De definitieve teloorgang van een volkspartij

06-03-2013 15:01

Het CDA lijkt de weg kwijt te zijn, en wel definitief. Eigenlijk was er al desoriëntatie bij de partij sinds het debacle bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1994 met lijsttrekker Elco Brinkman. Het lot was de christen-democraten in 2002 echter gunstig gezind. Het CDA, verscheurd na de machtsstrijd tussen toenmalig partijvoorzitter Van Rij en partijleider De Hoop Scheffer, stond met groentje Jan-Peter Balkenende als nieuwe leider voor de zoveelste herstart.

Fortuyn redde het CDA

Toen kwam een onverwachte ‘godsend’: de Fortuyn-revolutie en luttele maanden later de moord op deze gevaarlijke outsider. Bij de verkiezingen die volgden zagen velen de christen-democraten als politieke vluchtheuvel waardoor het CDA voor het eerst in acht jaar weer grootste partij werd.

Nadat Balkenende deze winst twee verkiezingen lang wist vast te houden volgde in 2010 opnieuw een verkiezingsdebacle: een halvering van het zetelaantal naar 21. Sindsdien is het voor de eens zo machtige volkspartij zoeken geblazen. Niet alleen mist het CDA aansprekende politici; vergrijzing, verdergaande secularisatie en succesvolle nieuwkomers als de PVV en 50Plus vergroten de misère.

Nu moeten moslims het CDA redden?

Na hernieuwd zetelverlies bij opeenvolgende verkiezingen stijgt het water de christen-democraten inmiddels naar de lippen. Zie het advies van de werkgroep CDA & Islam: het CDA moet zich meer richten op moslims in de stad. Ook moet de partij nadrukkelijker kiezers en nieuwe leden gaan werven onder moslims in de grote steden en plek bieden aan gelovigen die de Koran als inspiratiebron hebben.

Maar wanhoop en naïviteit zijn slechte raadgevers. Als je als partij bij verlies aan achterban zo’n stap overweegt, is men de fase van het gebed voorbij. Het CDA leidt niet meer, maar volgt; beter, het zwalkt.

Realiteitszin en opportunisme

In zo’n state of mind aankloppen bij de steeds groter wordende groep moslims in Nederland getuigt niet van realiteitszin. Het opportunisme druipt er vanaf en bovendien is deze categorie kiezers geen vanzelfsprekende doelgroep voor het CDA. Het is verleidelijk te suggereren dat er overeenkomsten zijn, maar je kunt je afvragen of dat klopt. Alleen de waarde die in beide gemeenschappen wordt toegekend aan het gezin lijkt een gemeenschappelijke noemer, dan houdt het op. Gedachtegoed en levensstijl zijn zeer verschillend. Bovendien laten moslims zich niet paaien door een partij met zo’n Israël-beleid, om van het mislukte PVV-avontuur van het CDA nog maar te zwijgen.

Erger is de naïviteit die uit zo’n advies spreekt. Kan men zich voorstellen dat een moslimpartij waar ook ter wereld om stemmen gaat bedelen bij christenen? De vraag stellen is hem beantwoorden. Bovendien is de Bijbel niet hetzelfde als de Koran; CDA-ers ten prooi gevallen aan het relativisme mogen dit denken, dit wordt door de meeste moslims beslist niet gedeeld.

Dit advies toont dat binnen het CDA het karakter en de eenkennigheid van de islam miskend wordt.

En nu wachten

Het is te hopen voor het CDA dat deze aanbeveling bij interne discussies blijft en niet door het partijbestuur wordt overgenomen. Met huidig partijvoorzitter dominee Ruth Peetoom is dat echter geen zekerheid, integendeel.

Anders maar eens te rade gaan bij de talloze mastodonten van de partij? Daar lijken verwarring en verdeeldheid troef; oud-vicepremier Maxime Verhagen zal hier anders over denken dan oud-premier Van Agt.

Maar goed, hoe nu verder?

Het wachten is op een nieuwe godsend.