Politiek

Medelijden mag het uitvoeren van regels niet in de weg staan

27-03-2013 12:09

Het was een hartverscheurend nieuwsitem van RTL Nieuws: een vrouw met borstkanker heeft een lat-relatie, maar haar vriend is vanwege haar ziekte veel bij haar thuis. De gemeente Meppel controleert de vrouw omdat ze in de bijstand zit en komt tot de conclusie dat ze samenwoont. Ze moet met terugwerkende kracht haar uitkering terugbetalen. Volgens de wethouder is er conform de regels gehandeld. Na het maken van het item, schreef de RTL-verslaggeefster een verontwaardigde column over wat ze in Meppel had aangetroffen.

Deze boosheid over de gemeente Meppel is goed invoelbaar, maar boosheid, mededogen en medelijden zijn geen goede raadgevers bij de vraag hoe het probleem van de kankerpatiënt moet worden opgelost. Want op de vraag van de RTL-verslaggeefster: ‘zijn wij er voor de regels of zijn de regels er voor ons?’ luidt het antwoord: regels hebben soms nare consequenties die we zeker tegen moeten gaan, maar diezelfde regels zijn er niet voor niets.

Nationale ombudsman

Het item over de Meppelse kankerpatiënt verscheen afgelopen week naar aanleiding van het jaarverslag van de Nationale ombudsman. Het item is illustratief voor het soort zaken die de ombudsman in kaart brengt. In Mijn onbegrijpelijke overheid analyseert hij klachten van burgers: zij lopen tegen een bureaucratische, complexe en niet invoelende overheid aan. De Nationale ombudsman beveelt daarom aan dat er binnen wet- en regelgeving ruimte moet zijn voor uitzonderingen en bijzondere gevallen.

Volgens de ombudsman zou invulling ‘van onderaf’ beter aansluiten bij ‘de maatschappelijke werkelijkheid’. Het zou ‘een illusie’ zijn om te denken dat wetgeving en beleid alles dicht kunnen regelen. Dit klinkt als een aantrekkelijke oplossing voor de vrouw uit Meppel. Ook de RTL-verslaggeefster zou zich er wel in kunnen vinden. Onder deze omstandigheden hoeft er geen controle plaats te vinden en kan de vrouw haar uitkering houden zolang ze ziek is. We moeten niet te strikt naar de regels kijken.

Sympathiek doen

Dit voorstel klinkt sympathiek, maar dit soort voorstellen ondermijnen het vertrouwen van burgers in de overheid. Het pleidooi van de Nationale ombudsman en de RTL-verslaggeefster voor een aanpak waarbij rekening wordt gehouden met persoonlijke omstandigheden en waarbij burgers ‘met inlevingsvermogen’ worden benaderd werkt op lange termijn contraproductief. Want wanneer is inlevingsvermogen gewenst en wanneer niet?

De overheid is georganiseerd rond het idee van rechtsgelijkheid. Voor burgers gelden in gelijke gevallen dezelfde regels. Vroeger werd dat positief geëvalueerd, maar tegenwoordig is het negatief want het is bureaucratisch. Die bureaucratie heeft echter een functie: deze garandeert dat burgers een gelijke behandeling krijgen en voorkomt willekeur. De vraag is waarom de ene bijstandsgerechtigde wel haar uitkering kwijtraakt bij tijdelijk samenwonen, en de andere niet. Dat moet door regels onderbouwd zijn, anders is de toewijzing van die uitkeringen willekeurig.

Wat is erg genoeg?

De vraag is welke ziektes ‘erg genoeg’ zijn om controle over te slaan en welke zieken wel gecontroleerd moeten worden. Kanker dus niet controleren en lage rugpijn wel? Een geslachtsziekte? Psychische klachten? RSI? We hebben allemaal een andere mening over wat erg is en dus zal iedereen andere keuzes maken wat ‘redelijk’ is.

Er zijn veel situaties denkbaar waarin het schokkend is als burgers hun uitkering kwijtraken. Dit geldt bijvoorbeeld in alle gevallen waarbij kinderen, gehandicapten, chronisch zieken of ouderen betrokken zijn. Als we inlevingsvermogen tonen, mogen deze groepen de facto allemaal frauderen. ‘Met inlevingsvermogen reageren’ betekent een wirwar van uitzonderingen en daarmee rechtsongelijkheid. Soms mag het wel, soms mag het niet. Het hangt er maar vanaf welke ambtenaar je treft.

Als de kankerpatiënt uit Meppel tegen de regels in haar uitkering houdt, levert dat tientallen rechtszaken op van burgers die ook onder moeilijke omstandigheden hun uitkering moeten missen en die ook een uitzondering willen. Een regel waar men van kan afwijken, is geen regel. De overheid wordt vroeg of laat door de rechter teruggefloten. De enige oplossing voor gevallen als de vrouw uit Meppel zijn nieuwe regels, niet het maken van uitzonderingen. Regels veranderen kan heel snel, als politici het maar belangrijk vinden.

Andere regels maken

Juist om deze reden is ooit de representatieve politiek bedacht: de vraag wie recht heeft op welke voorzieningen onder welke omstandigheden ligt terecht gevoelig. We bedachten de overheidsbureaucratie om ervoor te zorgen dat politieke besluiten voor iedereen op dezelfde manier worden uitgevoerd. Als we dat beleid slecht vinden, moeten we bij de volgende verkiezingen andere politici kiezen die de regels veranderen. Het zou goed zijn als de politiek de situatie van de kankerpatiënt structureel oplost. Dat geeft ook andere kankerpatiënten zekerheid. Zij zouden anders onder de willekeur van individuele ambtenaren vallen.

De ombudsman en de RTL-verslaggeefster weten dit natuurlijk ook wel. Misschien kunnen ze bij dit soort zaken aan burgers uitleggen dat al die nare regels en ellendige bureaucratie nu eenmaal nodig zijn om rechtsgelijkheid te garanderen. Het heeft geen zin burgers in de illusie te laten geloven dat de overheid op elke individuele situatie ‘met inlevingsvermogen’ moet of kan reageren. Dat kan niet, hoe vervelend we dat ook vinden. Niet voor de kankerpatiënt uit Meppel, en ook niet voor al die duizenden anderen voor wie we graag een uitzondering zouden maken.

Chris Aalberts is auteur van: Achter de PVV: waarom burgers op Geert Wilders stemmen.