‘DNB had keihard moeten ingrijpen bij SNS’

10-06-2013 16:30


Hoe moeilijk is het om nee te zeggen in de boardroom? ‘Het is heel zwaar om tegen de stroom in te gaan.’ Drie ex-bankiers en een ex-centrale bankier verhalen over hun donkerste momenten in de bestuurskamer van een bank. ThePostOnline dook onder in de wereld van de krijtstrepen met schuldgevoel.

Het kruisje boven de deurpost kijkt mee over zijn schouder. “Hebzucht en angst zijn menselijke sentimenten. Het zijn de diepste drijfveren in de omgang met geld,” zegt de gepensioneerde bankier Dick van der Laan (66) in de woonkamer van zijn huis in Amstelveen.

Ethisch

Hij werkte tot 1996 bij CVB Bank, een nutsinstelling die is opgegaan in SNS Reaal, het concern dat onlangs moest worden genationaliseerd omdat zich in het vastgoed had verslikt (zie kader). De katholiek opgevoede econoom verliet de CVB Bank na een ‘verschil van inzicht’ met enkele andere leden van de raad van bestuur. “Ik ben weggegaan omdat ik andere opvattingen had over bankieren,” zegt hij diplomatiek.

Hij neemt een filosofische aanloop om zijn exit te verklaren. “De bankenbranche karakteriseert zich door de buitengewone eigenschap dat je met je handen op het geld zit. Bij een bank komen elke maand sloten geld binnen. Dat is geld van anderen. Maar de verleiding om daar een greep in te doen is voor sommigen onmenselijk groot. Niet iedereen is zo geweldig ethisch…”

Katholieke werknemers

Over zijn vertrek mag hij contractueel nog steeds niet praten, maar wie een paar uur met hem doorbrengt, onder dat kruisje, bespeurt toch een zekere wrok bij de pensioneerde bankman. “Goh, hoe zeg ik dat… Ja…”

Van der Laan, afkomstig uit een keurig middenstandsmilieu uit Haarlem, groeide op in de jaren zestig en werd volwassen in de jaren zeventig. Hij studeerde economie aan de Universiteit van Amsterdam, en natuurlijk werd ook hij links. Als langharige FNV’er met roomse roots kwam hij via KVP-connecties terecht bij wat toen nog de Centrale Volksbank heette, een nutsinstelling die over het vermogen waakte van de katholieke werknemers.

Van der Laan: “In die tijd mochten banken geen verzekeringsactiviteiten ontplooien. Via een zogeheten structuurregime bestond er een wettelijk afgescheiden werkterrein voor banken en verzekeraars, waarbij risico’s werden toegewezen overeenkomstig hun doelstellingen.”

Bankbuddy Clinton

Hij houdt zich even om een weemoedige puntkomma te plaatsen: “Toen nog wel.”

Inderdaad, toen nog wel. Anderhalf decennium later woedden de optimistische jaren negentig en regeerden privatiseringsverliefde paarse kabinetten ons land. In de Verenigde Staten sloopte bankbuddy Bill Clinton de heilige muur tussen zakenbanken en nutsbanken die zijn voorganger Roosevelt na de beurscrash van 1929 had laten metselen.

Oud SNS-bestuurder ageerde tegen bizarre overnamedrift en stapte op

Van der Laan: “Handelsbanken mochten op een gegeven moment ook investeringsactiviteiten ondernemen. Daarmee is een bonuscultuur in het bankwezen geslopen die de traditionele handelsbankcultuur volledig is gaan overheersen. Dát, in combinatie met de Angelsaksische focus op korte termijnwinsten, geeft een verkeerd accent in het bankvak. Toezichthouders hebben dat toegestaan, en die durven nog steeds niet in te grijpen.”

The City

Dick van der Laan, de vakbondsjongen met de PvdA-lidmaatschapskaart, kwam ineens tegenover mensen te staan die zich gingen gedragen als zakenbankiers uit The City. Toen hij net lid van de raad van bestuur was geworden, mocht hij een nieuwe lease auto uitzoeken, een BMW van enkele tonnen, met chauffeur. Van der Laan reed een keurige Volvo en was daar dik tevreden mee, zo gaat de mare.

“Ik zeg daar niks over,” verklaart hij. Ook op het verhaal dat hij meerdere malen werd gepusht om toch maar in dat gechauffeerde Duitse scheurijzer te kruipen, wil hij niet reageren.

Bankier die nee zegt

Bankiers die ‘nee’ zeggen moeten moedige mensen zijn, wist ook de Britse econoom John Maynard Keynes een eeuw geleden al. “Tegen de stroom in gaan is heel riskant, daar word je niet voor beloond. Keynes zei: ‘Het is makkelijker om met z’n allen de afgrond in te gaan dan in je eentje proberen gelijk te krijgen.’ Je kent toch zijn beroemde uitspraak: ‘Markets can stay longer irrational than you can stay solvent’?” zegt Lex Hoogduin, oud-bestuurder van De Nederlandsche Bank (DNB).

Hoogduin verschuift even op zijn stoel in het glazen kantoor van het Holland Financial Centre, de koepel van financiële instellingen aan de Amsterdamse Zuidas waar hij tegenwoordig werkt. met uitzicht op de bancaire torens aan de Amsterdamse Zuidas. In zijn tijd bij DNB en als beleggingsadviseur bij Robeco heeft hij weleens ‘nee’ gezegd, maar Hoogduin erkent dat hij misschien vaker gehoor had moeten geven aan zijn onlustgevoelens.

ANP-1000_22718609

Robeco-bestuurder Lex Hoogduin waarschuwde tevergeefs voor te veel optimisme

Robeco-Sheriff

Hij geeft een voorbeeld van zijn geestelijke tweestrijd. In 2006 waarschuwde Hoogduin als vers aangetreden bestuurder een zaal vol Robeco-bollebozen, die dagelijks nieuwe beleggingsproducten fabriceerden, voor te veel euforie. Maar niemand wilde naar de nieuwe sheriff luisteren. “Het thema dat ik toen aansneed was: Het gaat misschien wel héél erg goed.’’

Hij moet er nu om lachen. “Ik vertelde dat de kans bestond dat de zaak in elkaar zou donderen. De zaal keek me braaf aan en vervolgens ging iedereen over tot de orde van de dag. Als mensen in 2006 naar mij hadden geluisterd, hadden ze in 2008 een goed gevoel kunnen hebben, maar dan waren ze wel werkloos geweest.”

Economisch kuddegedrag

Het is bijzonder moeilijk om je aan economisch kuddegedrag te onttrekken, meent Hoogduin. “Gezond optimisme schiet eens in de zoveel tijd door naar euforie. Je bent gek als je niet meedoet, is dan het devies. Maar dat vooruitgangsgeloof is niet vol te houden. Aan het eind van zo’n periode zie je vaak dat het wat smoezeliger wordt, om de groei erin te houden. In die periode van de cyclus heb je de meeste fraudegevallen. Vaak gaat het mis met vastgoed. Dat is allemaal niks nieuws, maar de omvang van de huidige crisis is verontrustend ontwrichtend.’”

Hij steekt zijn handen vertwijfeld in de lucht. “We jagen zelf die huizenprijzen zo op. Het zijn geen buitenaardse wezens die dat doen.”

Irrationele idiotie

Arnoud Boot heeft de irrationele idiotie in het vastgoed van nabij meegemaakt als commissaris bij De Key, de Amsterdamse woningcorporatie die miljoenen verloor door een dubieuze grondtransactie en inmiddels onder overheidstoezicht staat (zie kader). Boot, hoogleraar ondernemingsfinanciering en financiële markten aan de Universiteit van Amsterdam en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, vocht destijds tevergeefs tegen de al te menselijke krachten bij De Key.

ANP-1000_8408202

Economie-prof Arnout Boot vertrok als commissaris bij De Key: ‘Dierlijke instincten’

Boot was aangesteld om toe te zien op de geldstromen bij het publieke stenenimperium. Maar hij zag vooral bizarre grootheidswaanzin. “De directie wilde, ergens tussen 2004 en 2006, een fusie met een concurrent aangaan zonder dat daar een verhaal bij was. Alleen omdat ze dan de grootste zouden zijn en de wethouder niet om ze heen zou kunnen. Daarmee dien je natuurlijk niet het belang van de huurder. Die fusie heb ik letterlijk vijf keer proberen tegen te houden. Maar als de voorzitter van de raad van commissarissen en de directievoorzitter twee handen op één buik zijn, dan wordt zoiets er bij corporaties toch heel vaak doorgejast.”

Procedureel gepoort

Boot werd procedureel gepoort door zijn collega-bestuurders. De voorzitter van de Raad van Commissarissen schreef een extra vergadering uit waarbij de dwarsligger niet aanwezig kon zijn. “Toen ik er niet was, hadden de andere commissarissen die ik altijd aan mijn zijde kon krijgen een slappe rug en stonden die fusie toe. Toen heb ik gezegd: ‘Dan moet ik aftreden’. Ik heb de toezichthoudende organen ingelicht, maar niemand deed wat. Vier jaar later bleek er strafrechtelijke vervolging noodzakelijk.’

Had hij niet eerder moeten vertrekken? “Ja en nee,” zegt hij. “Je denkt toch: als ik wegga, is er niemand meer die toekijkt.”

De Key

Bij De Key gingen dingen flagrant mis, maar vaak is de situatie minder eenvoudig, legt Boot uit. “In de meeste gevallen weet een toezichthouder niet eens waartegen hij ‘ja’ zegt. Het is als commissaris onmogelijk om in die twintig dagen per jaar dat je bent aangesteld de business op eenzelfde wijze te doorgronden als een management dat er fulltime mee bezig is. En je hebt nooit alle informatie. Je kunt een paar randvoorwaarden veiligstellen. Zoals verantwoorde financiering. Daarover kun je goed een oordeel vormen, dat is heel prettig.”

Want nonchalance bij een financiering kan tot de ondergang van een onderneming leiden, zegt Boot. Hij wijst op de acquisitie van het Duitse E-Plus door KPN in 1999. E-Plus was een mobiele telefonie-aanbieder die met geleend geld werd overgenomen. Als gevolg van zware rentelasten zakte de telecomolifant bijna door zijn pootjes.

Falende Scheepbouwer

“Voor een commissaris was het in die tijd eigenlijk onmogelijk tegen te zijn. Wat weet jij van de operatie dat consultants of het management niet weten? Niet veel. Wat je wel kan doen, is er zorg voor dragen dat zo’n deal verantwoord wordt gefinancierd. En daar ging het bij KPN mis. De commissarissen, inclusief Ad Scheepbouwer, de latere bestuursvoorzitter, hebben daar volledig gefaald.”

Boot verbaast zich over de roekeloosheid, zeker bij bestuurders in de bancaire sector. “Bankiers zouden van nature extra voorzichtig moeten zijn. Het bankwezen is namelijk gefinancierd op een manier waarop een bank zelf geen enkel ander bedrijf zou willen financieren. Op de balans van een bank staat gemiddeld niet meer dan drie procent eigen vermogen! Drie procent, tegenover zevenennegentig vreemd vermogen. Elke normale bankier zou tegen een bedrijf dat zo gefinancierd is zeggen: ‘Je moet er meer eigen geld in stoppen.’”

Dwaze overnamedrang

De dwaze overnamedrang van de laatste jaren wijt Boot aan de ‘beestachtige instincten’ (‘animal spirits’) waar de Britse econoom Keynes in zijn werk veelvuldig tegen ageerde. “Er zit geen kwaadwilligheid achter. De jongens willen meedoen met andere grote jongens.”

Van dat krijtstreepmachismo is de overname van Property Finance door SNS een goed voorbeeld, zegt Boot. “SNS had sterke merken en blonk uit in lokaal bankieren. Wat heb je dan te zoeken bij commercieel vastgoed, vaak ook nog eens ver van huis? Men heeft het toch gedaan, omdat ze met de grote jongens mee wilden doen. Het was te saai kennelijk. Daarom probeer ik er niet zo moralistisch over te zijn.”

Schermafbeelding 2013-06-10 om 14.32.02

SNS-adviseur: ‘DNB had moeten ingrijpen om overname Property Finance te voorkomen.’

Grommende Verhaar

Peter Verhaar gromt instemmend als hij de analyse hoort in zijn huis aan de Amsterdamse gracht. Verhaar, die bekend werd als oprichter van beleggingsbank Alex en tegenwoordig adviseur is van SNS, had gehoopt dat de raad van commissarissen een krachtig ‘nee’ zou laten horen tegen de vastgoedacquisitie. “Ze hadden had ‘nee’ moeten zeggen, want die acquisitie had niks met de business van de bank te maken. SNS Reaal was een retailbank die spaarrekeningen, hypotheken en verzekeringen onder beheer had en de afhandeling van betalingsverkeer regelde. Wat moet je dan met een vastgoedportefeuille? Daar hadden ze bij SNS helemaal geen verstand van!”

Verhaar profileert zich als een activistische toezichthouder, vertelde hij onlangs aan Intermediair. Zo sprak hij zich uit tegen het inhuren van de Amerikaanse bank Goldman Sachs als adviseur. “Wat zij aan fees vragen, is soms excessief.”

DNB had nee moeten zeggen

Niettemin werd Goldman toch ingeschakeld, net zoals Property Finance toch werd ingelijfd. “Sjoerd van Keulen, de toenmalige SNS-bestuursvoorzitter, heeft fouten gemaakt. Maar hij kón die ook maken,” neemt hij het bijna op voor de gewezen bankbestuurder, die na de nationalisatie van SNS in februari het mikpunt werd van een ware volkswoede en onderdook.

Omdat niemand hem tegenhield? “Ja, DNB had ‘nee’ moeten zeggen.”

Is dat niet een beetje makkelijk? “Als DNB had gezegd: ‘Mannen, dit lijkt ons niet verstandig,’ dan was het niet gebeurd. Zoveel gezag heeft DNB wel.”

Chief Client Officer

Vindt Verhaar dus dat van een kritische raad van commissarissen niet te veel moet worden verwacht? “Wel als je elkaar binnen de raad van commissarissen geen tegengas biedt. Van Keulen was een eigenwijze vent, dat zijn al die topmannen. Dat is geen verwijt, want daarom zitten die mannen ook op die positie. Ik heb dat zelf ook meegemaakt,” zegt hij, verwijzend naar zijn tijd als topbestuurder bij beleggingsbank Alex.

Verhaar biecht op: “Toen ik bij Alex werkte, had ik veel strijd met mijn mede-directeur René Frijters. Hij wilde expanderen. Ik was aangesteld om het belang van de klant te dienen. Op mijn kaartje stond zelfs ‘chief client officer’. Op een gegeven moment hadden we een discussie of we het onze klanten moesten vertellen dat ze op de ene rekening rood stonden en rente moesten betalen en op de andere rekening geld hadden staan waar ze niks voor kregen. Ik vond dat we de boel een beetje aan het bedriegen waren…”

‘Betaald jazeggen’

Hij lacht. “René heeft een nieuwe bank opgericht, Knab, waarmee hij juist dit probleem aanpakt. Hij stuurt tegenwoordig een mailtje als mensen rood staan en elders een overschot hebben. Maar ik kreeg het er niet door.”

Van der Laan is minder overtuigd van het zelfcorrigerende vermogen van de krijtstrepen. “‘Nee’ zeggen wordt nog moeilijker als de toezichthouder goed wordt betaald om ‘ ja’ te zeggen’, constateert hij. “Mensen die ik nog heb meegemaakt bij SNS Bank zijn commissaris geworden bij de grootste schuldenaren, waar ze goed betaald werden nadat de lening was verstrekt.”

De oud-bankier doelt op de overstap van SNS-commissaris Joop Bouma naar de grootste schuldeiser, Lips, waar hij toezichthouder werd. De Lips Capital Group bouwde met geld van SNS het winkelcentrum The Wall langs de A2 tussen Amsterdam en Utrecht. Lips ging failliet en The Wall staat voor de helft leeg. “Ik denk als je het hebt over cultuurverschillen, dat ik daar iets te duidelijk mijn afkeer van heb laten blijken.”

ANP-1000_17601606
Waar was Wellink toen we hem nodig hadden?

Lippendienst aan Lips

Bouma is lang niet de enige, zegt Van der Laan. Hij spoedt zich naar boven en komt terug met een zalmroze krantenknipsel. “Hier! Het FD! Joop Bouma, sinds 2010 commissaris bij Lips, Cees Hakstege, oud-Bouwfonds, die kennen we natuurlijk allemaal van de onroerendgoedfraude. Jan Boven, ook commissaris bij Lips geworden. De onvermijdelijke Hans Wiegel, en natuurlijk die meneer Groenhof.” Buck Groenhof zit momenteel vast als hoofdverdachte in de fraudezaak rond SNS Property Finance.

Van der Laan leest onverstoorbaar verder uit de roze annalen. “En dit zegt Chester de Koster: ‘Niemand zat zo lang als ik in het kredietcomité.’ Ja, en vervolgens word je adviseur van een van de kredietnemers. Dan weet je dus dat je in een belangenconflict komt als je overstapt.”

Duistere motieven

Verhaar vermoedt net als Van der Laan duistere motieven bij sommige bankiers. “Ik heb een heel simpele theorie: als een bank marmer aanlegt en verhuist naar een nieuw hoofdkantoor, gaat het mis. Dat zie je wel vaker: Bank Labouchere kocht een pand aan het IJ en is er nooit in getrokken, omdat ze werden overgenomen.

“Als bankier ben ik een aanhanger van het rules-based-idee: je hebt regels en daar moet je je aan houden. Maar daarin ben ik een eenling; in de bancaire wereldd was principles-based lange tijd de leidraad. Ben ik geen voorstander van. Het idee dat iemand naar de geest van de wet handelt, daar geloof ik niet zo in, want hij zal eerder geneigd zijn om de regels naar zichzelf toe te rekenen. Liever regels dus. Als we meer wetgeving hadden gehad, was de crisis minder heftig geweest, denk ik.’

Niet overtuigend

Ook Boot erkent dat hebzucht het zicht op de werkelijkheid kan vertroebelen, maar hij stuit nog vaker op botte ontkenning van problemen. “Zo’n tien jaar geleden schreef een collega van mij een studie over lage bancaire kapitaalniveaus. Dat rapport kwam terecht bij de gouverneur van de Bank of England, Mervyn King, de Britse Klaas Knot. Er was niets aan de hand volgens hem, dus hij kreeg het terug met ergens rechts bovenaan: ‘not convinced’. Die mensen waren overtuigd van de stabiliteit van het financiële systeem en waren niet meer ontvankelijk voor signalen die daartegen ingingen. Dat de financiële sector uiteen is gebarsten, is echt gekomen omdat de toezichthouder dacht dat de financiële sector stabiel was.”

De hoogleraar is verbijsterd over het gebrek aan zelfreflectie bij de bankiers. “In de economie zijn er niet zulke vaste verbanden als in de natuurkunde. Een baksteen valt altijd naar beneden door de zwaartekracht. Zo werkt de economie niet. Daarom kun je ook geen overdreven verwachtingen van toezicht hebben.”

Brussels gebrabbel

Boot is sceptisch over pogingen om de sector via wetgevig aan te lijnen. “Als je met iemand in Brussel praat over de problemen in de financiële sector, dan hoor je: ‘Ja, daar zijn we mee bezig, want we werken aan 147 maatregelen.’ Waarom 147?, vraag je je dan af.”

Hij gniffelt. “Het is dezelfde houding als van studenten die het antwoord niet weten op een vraag. Die schrijven tien pagina’s vol in de hoop dat het goede antwoord ertussen zit. Men weet het niet, men doet maar wat. Voor elk van die 147 is wel een verhaal te vertellen. Maar allemaal tezamen? Dan heb je geen idee.”

Voor Van der Laan staat de zaak vast. De sector heeft behoefte aan een dikke knuppel om het financiele wangedrag uit te bannen. “Als de geldeconomie belangrijker wordt dan de reële economie, dan moet je uitkijken. Daar heb je toezichthouders voor nodig.”

Kwartaalrapportages

In de jaren tachtig werd er nog wel eens een ‘njet’ uitgesproken door vadertje DNB, herinnert Van der Laan zich. “Ik weet nog dat wij werden ontvangen aan het Frederiksplein. Je werd in een kamertje gezet en dan kreeg je te maken met de directeur toezicht. Wij moesten elk kwartaal rapportages opsturen; die werden uitgebreid bestudeerd. Dat gebeurt nog steeds wel, maar de vraag is wat ze ermee doen.”

SNS had bij een strenger DNB-toezicht nooit toestemming kunnen krijgen voor zijn vastgoedavontuur. “De aankoop van een onroerendgoedportefeuille was in de periode dat het wettelijk structuurregime nog bestond eenvoudigweg niet in de hoofden opgekomen. Niet bij DNB, maar ook niet bij de commissarissen van SNS. Dat mocht gewoon niet, want je was een spaarbank.”

Van der Laan kijkt even naar boven, naar de gestorven Christus. “Dat een bank die is opgericht voor de kleine luyden uiteindelijk een last wordt voor diezelfde kleine luyden, de belastingbetaler. De mensen met de laagste inkomens betalen naar verhouding immers de meeste belasting. Dat vind ik bittere ironie.”

‘Ja is het nieuwe nee’

Voelt Lex Hoogduin, de ex-DNB-er die had moeten opletten, zich aangesproken? Achteraf geeft hij toe dat hij wat vaker ‘nee’ had kunnen zeggen. Terwijl buiten de kou wegtrekt, zegt hij: “Weet je wat het is… Misschien slaan we nu ook wel weer door in onze kritiek op de banken. We hebben ze wel nodig, hè. Misschien moeten we intussen niet vaker ‘nee’ zeggen, maar ‘ja.’ Dat is nu nodig.” Lachend om zijn eigen vondst: “Misschien is ‘ja’ wel het nieuwe ‘nee’.”

 

Wat ging er mis bij SNS?

In 2006 neemt spaarbank SNS Reaal voor 840 miljoen euro Property Finance, de vastgoedfinanciering van Bouwfonds, over van ABN Amro. Een fatale overname, blijkt later. SNS is een relatief kleine spaarbank die ‘mee wil doen met de grote jongens’ en daarom in het commercieel vastgoed stapt. De portefeuille bevat voor 10 miljard aan commercieel vastgoed, voor een groot deel in het buitenland. Door de malaise op de internationale vastgoedmarkt moet SNS in 2009 fors afschrijven op Property Finance. In februari 2013 moet de bank worden genationaliseerd omdat Property Finance de volledige bank omver dreigt te trekken. Sjoerd van Keulen, onder wiens leiding Property Finance werd gekocht, werd door televisiemaker Jelle Brandt Corstius via Twitter tot kwaaie pier uitgeroepen. Hij ontving bedreigingen en dook onder in het buitenland.

Wat ging er mis bij De Key?

Woningcorporatie De Key, die zo’n 37.000 woningen in Amsterdam en omstreken verhuurt,  staat onder verscherpt toezicht van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) vanwege zijn benarde financiële situatie. Bij grondtransacties in 2005 en 2006 ging de corporatie voor 3,2 miljoen euro in het schip. Toezichthouder Arnoud Boot stapte in 2006 op, twee directieleden die bij de deal betrokken waren, werden in 2011 ontslagen. Het OM stelde vervolging tegen hen in, maar de zaak is inmiddels geschikt.

Fotografie: Frank Groeliken en ANP Foto

Dit verhaal stond eerder in HP/DeTijd