Politiek

Nederlandse politici zijn opportunistisch en bang voor het grote verhaal

28-08-2013 14:36

Vandaag een halve eeuw geleden sprak Martin Luther King over zijn dromen: ‘I have a dream.’ Wouter Bos maakte bij Zomergasten duidelijk dat hij niet veel op heeft met politici die grote, idealistische verhalen vertellen. Zijn voorkeur ligt bij politici die de politiek klein en persoonlijk maken, dichtbij mensen brengen. De idealisten kunnen nooit hun beloften waarmaken. Bos bekritiseerde Barack Obama en de Duitser Joschka Fischer die grote verhalen vertellen over respectievelijk de toekomst van de Verenigde Staten en Europa. Zijn scherpe onderscheid tussen grote en kleine verhalen slaat volgens mij de plank mis en dat laat zien waarom Wouter Bos, ondanks al zijn talenten, politiek niet geslaagd is zoals hij wellicht had kunnen slagen. Hij mist ‘the vision thing’ dat volgens mij onmisbaar is voor echt goede politici.

Wouter Bos & Jack Stanton

Bos liet bij Zomergasten een fragment zien uit de film Primary Colors, waarin presidentskandidaat Jack Stanton veel gelijkenissen vertoont met Bill Clinton. De toespraak die Stanton houdt voor een zaal met arbeiders vond Bos het voorbeeld van een politicus die een verhaal klein en dichtbij mensen brengt. Maar kijk nu eens echt naar die toespraak. Het briljante is dat Stanton het beide doet, groot en klein met elkaar verweeft.

Stanton begint met vragen stellen aan de zaal. ‘Sinds de fabriek gesloten is, wie van u heeft een nieuwe baan gevonden? Steek u hand maar op’. Handen gaan omhoog en Stanton zegt: ‘Ik begrijp het. En wie van u kan ongeacht het aantal uren dat u werkt de huur niet betalen? Steek u handen op.’

Dan vertelt Stanton over zijn eigen moeder en maakt hij grapjes over de berichten in de media over zijn seksuele escapades. Dit is inderdaad de politicus die connectie maakt met zijn publiek, die begrip laat zien. Ik ken u en begrijp uw pijn. Ik ben ook maar een mens.

Stanton echter verder: ‘Weet u wat ik ga doen. Ik ga iets heel geks doen. Ik ga de waarheid vertellen.’ En dan wordt hij serieus: ‘Geen politicus kan u uw baan terugbezorgen. Geen politicus kan de tijd terugdraaien. We leven in een nieuwe wereld, zonder economische grenzen. Eén man kan met een druk op de knop in een oogopslag een miljard naar Tokyo verhuizen. Werk gebaseerd op spierkracht gaat naar lage-lonen-landen. Dat zijn wij niet. Dus als u wilt concurreren, zult u dat met uw hoofd moeten doen. Dit hele land moet opnieuw naar school. We moeten slimmer worden en nieuwe vaardigheden leren.’

Het grote en het kleine verhaal

Dit is het visieverhaal, een verhaal dat Bos voordat hij ging draaien met zijn voorstellen voor aanpassing van de verzorgingsstaat ook wel hield. Een van de adviseurs van Stanton maakt zich zorgen en zegt: ‘Nu is hij het publiek kwijt.’ Maar dat is niet zo, juist niet, zijn publiek luistert ademloos. De opmerking van de adviseur laat wel de vrees zien voor een eerlijk verhaal. Stanton stelt zijn kiezers niet gerust, hij belooft ze niet direct een baan, inkomen en zekerheid, alle beloften die politici gewend zijn te maken, maar waarvan de kiezers heus wel door hebben dat die niet waargemaakt kunnen worden. Zie de duizend euro van Rutte. Stanton praat zijn kiezers niet naar de mond, maar neemt ze mee naar de toekomst.

En dan maakt hij het weer persoonlijk: ‘Ik maak met u een afspraak. Ik zal hard werken, iedere ochtend aan u denken, met bloed, zweet en tranen het geld vinden om van onderwijs een levenslang recht te maken, u de steun geven om vooruit te komen.’ En dan de briljante wending: ‘maar het echt harde werk zult u zelf moeten doen!’ En de hele zaal begrijpt dat. Kiezers zijn namelijk niet dom.

Kiezers meenemen naar de toekomst

Ja, Bos heeft gelijk, Stanton maakt zijn verhaal klein door het over de mensen te hebben. Maar hij maakt het ook groot door te praten over de veranderende wereld. Hij doet geen valse beloften en hij spreekt mensen aan op hun eigen verantwoordelijkheid. Het is die combinatie die briljant en overtuigend is. We zitten in een zware economische crisis, maar geen Nederlandse politicus kan vertellen hoe hij de toekomst ziet. De mantra van Rutte – sterker uit de crisis komen – is volstrekt leeg. Veel politici gebruiken doemverhalen, maken mensen bang voor verandering, laten geen perspectief op de toekomst zien. Door welke waarden worden Nederlandse politici nu eigenlijk gedreven? Wat vinden ze belangrijk? Hoe zien zij de toekomst?

Nog een voorbeeld, nu uit de Amerikaanse politieke serie The West Wing. Matt Santos is de Democratische kandidaat bij de presidentsverkiezingen. Santos staat voor een groep arbeiders die bang zijn hun baan te verliezen. Hij begint met een grapje: ‘Als jullie denken dat ik geen persoonlijk belang heb bij mijn economische plannen, dat het niet persoonlijk is voor mij – hé, ik ben de eerste die zijn baan kwijt is als het land ze niet ziet zitten.’ En dan gaat hij verder: ‘We kunnen niet vasthouden aan de banen uit het verleden. De hoeveelheid menselijke kennis verdubbelt elke vijf jaar. Een kind dat vanavond wordt geboren, kan de 22e eeuw halen. Als we vernieuwing koesteren en alle beperkingen weghalen, kan dat kind een totaal nieuwe industrie gaan leiden, een gevreesde ziekte genezen en een horizon beroeren die wij nu nog niet eens kunnen zien. Als het persoonlijk is voor jou, als je wilt dat jouw kind opgroeit in een wereld vol nieuwe welvaart en baanbrekende ontdekkingen, dan heb ik jouw stem nodig.’ Santos wint de verkiezingen.

Kleine stapjes

Dan nog een opmerking over effectiviteit, want Bos stelt dat politici als Obama en Fischer wel grote verhalen houden, maar in de kleine stapjes vooruit zetten zijn mislukt. Dat is onzin. Ondanks een volstrekt gepolariseerde politieke cultuur en obstructieve Republikeinen is het Obama gelukt om de gezondheidszorg te hervormen, de banken aan te pakken en de Amerikaanse economie uit het dal te trekken. Natuurlijk zijn er ook tegenvallers. Dat het niet lukt om Guantánamo Bay te sluiten zoals hij had beloofd, is pijnlijk, maar er is ook geen enkele medewerking, noch in de Verenigde Staten zelf, noch van zijn Europese Partners, om een oplossing te vinden.

Dezelfde miskenning krijgt Joschka Fischer toen Bos het fragment liet zien van Fischer die tijdens de campagne voor het referendum over de Europese Grondwet een bevlogen verhaal hield over nationalisme en oorlog terwijl Nederlandse politici Europa heel klein hielden en het hadden over geld en bureaucratie. Bos vond dat mooi, maar zei dat zulke politici vergeten dat politiek gaat om kleine stapjes vooruit zetten. Dan is Bos vergeten dat Fischer ook daarin een meester was. Als minister van Buitenlandse Zaken voor de Duitse Grünen, kreeg Duitsland en zijn eigen partij zo ver dat zijn land een rol ging spelen in het ingrijpen in voormalig Joegoslavië. Dat was een unieke stap, gezien de geschiedenis van Duitsland en de afzijdige, behoedzame rol die het land in de internationale politiek tientallen jaren had gespeeld.

Daarnaast was in het deze coalitie van Grünen en sociaaldemocraten die de Duitse verzorgingsstaat heeft hervormd en gemoderniseerd. Op basis van die aanpassingen, nodig omdat de wereld is veranderd, doet het land het nu economisch beter dan andere Europese landen. Wouter Bos heeft zich, na aanvankelijk progressieve verhalen te houden over modernisering van de verzorgingsstaat, in de coalitie met het CDA altijd verzet tegen aanpassing van de WW of het ontslagrecht, bang als hij was voor de concurrentie van de SP. Wie is er dan succesvoller geweest. Fischer of Bos?

Nederlandse politici zijn opportunistisch en bang

De Nederlandse politici van de kleine verhalen, niet alleen Bos, zijn vooral opportunistisch. Ze zijn bang om een verhaal over de toekomst te vertellen en mensen daarin mee te nemen. Wat we nodig hebben is gefundeerd optimisme, niet bang zijn voor verandering en een moedige politicus die dat uitdraagt met een perspectief op de toekomst. Op deze dag, vijftig jaar naar ‘I have a dream’, is dat misschien de conclusie die we moeten trekken als we onze eigen politici zien worstelen met beleid en verontwaardigde en wispelturige kiezers. Het ontbreekt hen aan moed om een echt verhaal over de toekomst te vertellen. Grote politici gebruiken retorica om de wereld te veranderen. Kleine politici zijn alleen geïnteresseerd in het winnen van verkiezingen.

Bart Snels is publicist en politiek strategisch adviseur. Hij werkte onder andere voor GroenLinks en Alexander Pechtold