Leven

Cuba: what’s in a name (8)

02-10-2013 16:01

Iedereen die Havana bezoekt, komt wel op de een of andere manier in aanraking met Ernest Hemingway. Is het niet door het drinken van één van de twee door hem legendarisch gemaakte cocktails: my mojito in La Bodeguita, my daiquiri in La Floridita, dan wel door een bezoek aan zijn hotelkamer in Ambos Mundos midden in Oud Havana of door een bezoek aan zijn huis. De schitterend gelegen, volledig gereconstrueerde finca La Vigia met vanuit de tuin een wijds uitzicht op Havana en in die tuin de boot die zo centraal staat in zijn boek: De oude man en de zee. Maar er zijn meer fraai gerestaureerde schrijvershuizen. Om er enkele te noemen: het huis gewijd aan Alejo Carpentier, het woonhuis van José Lezama Lima en het huis van Dulce María Loynaz. Meestal veranderden die woningen na restauratie en openstelling voor het publiek in culturele instellingen. Want Cuba is trots op zijn schrijvers, ofschoon helaas niet op alle.

Het schitterend gerestaureerde huis van Dulce María Loynaz staat in de Calle 19 No. 502 e/ E y D in Havana. In Havana wordt het adres van een huis aangegeven door de toevoeging van de dwarsstraten, in dit geval e/E y D, dat wil zeggen entre E y D: tussen straat E en D, de nummers waarmee de straten in de fraaie lommerrijke buitenwijk van Havana, Vedado, worden aangegeven.

Kom je via de imposante hal haar huis binnen, dan is het alsof je terugkeert in de welstand van weleer; waarin bij haar alles draaide om literatuur en muziek.

Dulce María Loynaz was een begenadigde vrouw. Een aristocrate die het ook na de revolutie verkoos om in Cuba te blijven wonen. Tijdens haar leven ontving zij in haar huis vele literaire grootheden zoals o.a. Frederico García Lorca met wie haar familie innig bevriend was.
sobre-dulce-maria-loynaz-9788479624088[1]
Ofschoon in Cuba gelauwerd, is zij in onze contreien een onbekende dichteres, zoals er veel Cubaanse dichters en schrijvers bij ons onbekend zijn. En als je daarover navraag doet bij uitgevers en literaire agenten dan krijg je in deze tijd van pulpovervloed te horen dat lezers op dit moment niet in Zuid-Amerikaanse literatuur geïnteresseerd zijn. Hoe lang nog zal het duren voordat dichters als Mario Benedetti en Pablo Neruda en schrijvers als Isabel Allende en Gabriel Garciá Márquez uit ons literaire geheugen verdwenen zijn? Om maar niet te spreken over de Cubaanse schrijvers van wie het werk zelfs in Cuba niet verkrijgbaar is, zoals Eliseo Alberto Diego, Cabrera Infante en vele anderen. Overigens is Cabrera Infante de man die het scenario schreef voor de prachtige film The lost city. Een film die zowel een beeld geeft van de verwarrende tijd waarin Dulce María Loynaz leefde als van de impact die revolutie had op welgestelde families zoals die van haar.

In eigen land en ook na de revolutie werd de grote waardering voor het oeuvre van Dulce María Loynaz in prijzen uitgedrukt. Haar poëzie is zoals dat van zoveel Latijns-Amerikaanse dichteressen – ik noem o.a. Gabriela Mistral en Alfonsina Storni, vriendinnen en geestverwanten van haar – doordesemd van een erotisch getint verlangen, van een lyrische en intieme sensualiteit. Zij schreef poëzie vanuit het hart en wist haar gevoelens beeldend in woorden te vatten. Zij schreef vanuit passie, niet vanuit het gevoel een missie te hebben. Op een vraag daarover antwoordde zij: ‘die vraag is hetzelfde als vragen waarom een nachtegaal zingt, waarom een roos geurt. De missie van een roos is geuren en die van een nachtegaal zingen. Niets meer en niets anders.’ (Confesiones de Dulce María Loynaz, editorial José Martí, Havana, 1999)

Dulce María Loynaz werd in 1903 geboren. Hetzelfde jaar waarin Anaïs Nin het licht zag. Nin werd geboren uit Spaans-Cubaanse ouders en bracht enkele jaren in Cuba door.
cuba2004 017loynaz
Lang voordat de wereld bol stond van Vijftig tinten grijs, schreef Anaïs Nin al in alle toonaarden over de wereld van vrouwelijke erotiek. Maar ook dat lijkt al weer uit het literaire geheugen verdwenen te zijn, ware het niet dat haar werk zo doorspeelt in de poëzie en de romans van Wendy Guerra. Wendy Guerra is net als Dulce María Loynaz een gelauwerde, Cubaanse schrijfster. Maar dat dan alleen buiten Cuba. In eigen land is haar werk niet te koop, ondanks dat zij in Cuba de workshops volgde die Gabriel Garciá Márquez er gaf. Márquez, een grote vriend en bewonderaar van Fidel, deed dat jarenlang in Havana aan de Escuela Internacional de Cine de San Antonio de los Baños. Márquez zag in Wendy Guerra een groot talent en gaf haar alle krediet. Doch desondanks is in eigen land haar werk uit zicht. Welhaast niet anders dan in ons land waarin, in deze tijd van snelle doorloop en top-tieners, een werk dat niet in zicht is, niet lijkt te bestaan.
wendy guerra
Hoe kun je een dichteres beter leren kennen dan door haar werk? Vandaar dat ik wil afsluiten met een enkel gedicht van Dulce María Loynaz, zowel in het origineel als in de hertaling die ik ervan maakte:

Quiéreme entera…
Si me quieres, quiéreme entera,
no por zonas de luz o sombra…
si me quieres, quiéreme negra
y blanca. Y gris, y verde, y rubia,
quiéreme día,
quiéreme noche…
¡Y madrugada en la ventana abierta!
si me quieres, no me recortes:
¡quiéreme toda… o no me quieras!

Hertaling van quiéreme entera…

als je me wilt, neem me dan zoals ik ben
volledig
niet verblind door het clair-obscur
dat mijn ik in parten telt
als je me wilt,neem dan ook het zwart
zoals het wit je ogen streelt
neem me grijs, groen, geel
proef het glanzend goud
dat op mijn huid bestoven ligt
neem me in het volle licht
maar stel me ook ’s nachts tevree
en doe het, doe het bij dageraad
staande voor het open raam…

als je me wilt, koester me
doe me niet tekort
maar neem me zoals ik ben
of laat me gaan
SAMSUNG
Wil Heeffer