Bedreigingen in Deventer

05-11-2013 20:16

Vandaag ben ik twee maal gebeld in verband met mijn aangifte wegens doodsbedreigingen op straat te Deventer een tijdje terug. Eerst belde Slachtofferhulp. Ze informeerden me over de ontwikkelingen in de zaak en dat er een verdachte is. De bedreiger gaf bij de politie zelf aan dat hij mij heeft bedreigd. Van een agent hoorde ik dat het ‘een bekende van de politie’ is. Dus de zaak is niet al te ingewikkeld om uit te pluizen.

De vrouw die mij belde wilde weten of ik eventueel een schadevergoeding wil. ‘Nee,’ antwoordde ik. Wanneer iemand mijn ruit ingooit mag die persoon dokken, maar over het algemeen ben ik tegen schadevergoedingen in strafzaken. Deze gekte komt overwaaien uit de VS en ook Nederlandse politici gaan allemaal op de toer van het financieel plukken van veroordeelden om zijn of haar leven zo veel mogelijk te ruïneren. ‘Want het slachtoffer heeft levenslang.’

Reprimande

Ook vroeg ze of ik zelf nog dingen had te melden. Ik noemde mediation. Als de bedreiger spijt heeft, of deels spijt heeft, wil ik best een gesprek met hem aangaan. Ik verwacht niet dat hij hierop ingaat maar het zal hem gevraagd gaan worden. Strafzaken lossen doorgaans niet veel op.

Maar een strafzaak komt er niet. Het tweede telefoontje was van de politie Deventer. De dader, waarschijnlijk nog minderjarig, is afkomstig van een groepje allochtonen (rotwoord). U kent het clichébeeld wel. Hij heeft van de politie een ‘reprimande gekregen’. (‘Foei’).
‘Een half jaar voorwaardelijk’, zei de agent. Doet hij binnen een half jaar weer iets verkeerd dan ‘neemt men dit mee’.
Wel is er voor hem ‘een traject uitgestippeld’, omdat hij vaker overlast geeft. Dat voorwaardelijk is trouwens niet door een rechter opgelegd dus heeft juridisch weinig tot geen waarde.

‘Heeft hij spijt,’ wilde ik weten. De agent zei: ‘Hij zegt daar niet veel over.’
‘Niet dus,’ denk ik dan.

Hij – de bedreiger – heeft een ‘heldendaad’ verricht. De makkers van zijn groep zien dat zo. Het is statusverhogend. Dat de politie tegen hem is versterkt enkel deze statusverhogende heldenrol.

Mediation

Jaren gelden interviewde ik Herman Bianchi, een gepensioneerd criminoloog. Deze criminoloog komt voor in het boek Het Bureau van Voskuil, als Karel Ravelli. Dit voor de 2 voor 12-fans die van weetjes houden.

Bianchi was van mening dat er maar enkele misdadigers dienen te worden opgesloten en dat je 99 procent moet oplossen via mediation. Als iemand oprecht spijt heeft hoort geen straf te volgen. Ik: ‘Hoe constateer je dat de verdachte oprecht is?’
Bianchi: ‘Daar hebben we psychologen voor.’

Tja, daar gaat het dus mank. Maar, op zich ben ik tegen het straffen uit vergelding. Dus Bianchi’s ‘jaren ’70-visie’, die inderdaad misschien iets te rooskleurig in zijn hoofd zit, mag best wel weer van stal gehaald worden. De laatste jaren, ook onder studenten recht, is de nadruk komen te liggen op hard straffen. Hoe harder hoe beter. Dit lost niets op en maakt op den duur dat de staat de grootste mensenrechtenschender is, meer nog dan de gemiddelde veroordeelde. Neem de VS als walgelijk voorbeeld hierin.

Ook onze toekomst? Ik verzet me daar keihard tegen, maar met Teeven en Opstelten gaan we hard die kant uit.

Marthijn Uittenbogaard was bestuurslid van de PNVD.