Zodra de dichtheid van moslims een zekere grens overschrijdt, ontstaan botsingen

22-09-2018 22:11

Islamitische zelfmoordterroristen offeren hun eigen lichaam en dat van onschuldige anderen op, omdat ze geloven dat hun god dit van hen verlangt. Het gaat om een religieus offer. Vandaar dat veel terroristische aanslagen worden gepleegd met een mes: zoals een offerlam de keel wordt overgesneden, zo werden ook die bejaarde priester in Frankrijk en vele anderen vermoord.

De bloedige en meedogenloze oorlog tegen het Westen is begonnen onder invloed van het Japanse Rode Leger en de Moslimbroederschap. In de jaren zeventig ontstond in Japan een zeer gewelddadige beweging die een communistische revolutie wilde ontketenen. In de Japanse traditie leeft binnen de krijgscultuur het idee van opoffering en een mysticisme dat voortkomt uit het Boeddhisme. Enkele leden trokken naar Libanon om contact te zoeken met de Palestijnen. Vanuit Libanon werd op 30 mei 1972 op het vliegveld Lod bij Tel Aviv een aanslag gepleegd door drie Japanners, waarbij 26 doden vielen. In de Moslimbroederschap werd ’de liefde voor het leven’ van het soefisme, vervangen door ’de liefde voor de dood’, vanuit de idee dat opoffering de wortel is van de politieke islam. Die radicale islam werd door de sjiieten in Iran overgenomen, onder andere door Khomeini. Die zochten contact met de Hezbollah en in 1983 werden de eerste aanslagen gepleegd tegen Amerikanen en Fransen die in Libanon waren gelegerd. Vervolgens werd deze tactiek overgenomen door Hamas en Al Qaida.

De god van de terroristen is niet de God van de Bijbel. Om dit goed te begrijpen is het verhaal van Abraham en Isaac verhelderend. In eerste instantie hoorde Abraham de stem van God die hem vroeg zijn zoon Isaac te offeren. Abraham gehoorzaamde die stem, maar op het laatste moment werd die oproep ingetrokken en heeft Abraham een ram in plaats van zijn zoon geofferd. Dit was een cruciaal moment en de geboorte van het monotheïsme. De God van joden en christenen is geen God meer die geniet van mensenoffers, maar een verborgen God van de geboden. Bij de joden staat de studie van de Wet centraal. Bij christenen gaat het vooral om het in praktijk brengen van het gebod van naastenliefde. Voor moslims is Allah de alomtegenwoordige heerser waaraan de mensen zich moeten onderwerpen. Vandaar dat zij voortdurend roepen ’Als Allah het wil’ en zo schuiven zij hun persoonlijke verantwoordelijkheid van zich af.

Betekent dit nu dat Allah in de koran oproept tot geweld? Dit wordt op twee manieren ontkend. In de eerste plaats door de moslims zelf. Zij zeggen dat er geen vijandigheid is tegenover ’de anderen’. Dat geweld staat niet in de koran. Diegenen die aanslagen plegen zijn verward. Het zijn psychopaten. Met hen hebben we niets te maken. Als er een zekere agressie is tegenover joden bijvoorbeeld, dan is dit een gevolg van de spanningen in het Midden-Oosten of het is te wijten aan moslims die komen uit Noord-Afrika en die nogal wat vooroordelen hebben over joden. De oplossing hiervan is een kwestie van tijd en opvoeding.

Deze ontkenning door de moslims is een manier om hun identiteit te beschermen. Als je met anderen samenleeft, kan je moeilijk wijzen op wat er in de koran staat over ’de anderen’. Als er vreselijke aanslagen worden gepleegd, dan zijn er complottheorieën om dit te verklaren. Die aanslagen zijn het werk van de Mossad of van de CIA.

De tweede ontkenning is die van het establishment. De agressie van moslims tegenover de anderen is een gevolg van discriminatie of van een gebrek aan integratie. Het komt vooral voor onder jongeren. We moeten hen helpen volwassen te worden. Er worden deradicaliseringsprogramma’s georganiseerd. Alle mensen zijn gelijk. Er is vrijheid van godsdienst. We moeten de moslims accepteren in hun anders-zijn. Deze ontkenning is de dominante ideologie van het Westen en is in zekere zin pervers: de werkelijke reden van deze ontkenning is het niet willen verstoren van de marktwerking. Alle consumenten, arbeidskrachten en potentiële kiezers zijn van belang.

Wat staat er nu werkelijk in de koran? Hier kan niemand om heen: de woede tegen de ’lieden van de Schrift’ is intrinsiek aan de koran. De goddelijke boodschap werd door de anderen overgenomen en vervalst. Vandaar een constante woede. De islam presenteert zich als een volmaakte religie. Als men zich onderwerpt, de gebeden doet en de geboden respecteert, dan is Allah tevreden. De islam heeft steeds meer terrein veroverd. Daar werd de woede vertaald in een minderwaardig statuut voor ’de anderen’, de zogenaamde Dhimmi, waar bescherming werd geboden tegen betaling.

Sinds enkele decennia heeft de islamitische identiteit zich gevestigd in het territorium van ’de anderen’. Zolang de moslims gering in aantal waren gaf dit geen problemen. Zodra de dichtheid een zekere grens overschrijdt, ontstaan botsingen. De machthebbers en in hun kielzog de MSM zagen en zien dit niet aankomen.

De gevestigde politici van de traditionele partijen hebben de status, de macht en ze weten dat de rechterlijke macht achter hen staat. Deze politici hebben oogkleppen op, verblind als ze zijn door wat Daniel Sibony noemt het totalitair humanisme. Ze leven onder de dictatuur van de mensenrechten, waardoor het gevaar van de islam voor een democratische samenleving niet wordt onderkend. Sibony, hoogleraar wiskunde en psychoanalyticus, is een merkwaardig man: jood, opgegroeid in Marokko en heeft Arabisch als moedertaal. Volgens hem is het fanatisme en radicalisme van de moslims niet zomaar een kwestie van individuen die de weg kwijtraken. In de identiteit van de moslims is het geweld tegen anderen ingebakken. Elke moslim die terugkeert naar de wortels van de islam, kan tot geweld overgaan. Vandaar dat terroristen vaak in de maanden die voorafgaan aan hun misdrijf vreedzaam en heel gewoon zijn, tot het moment waarop zij zich laten inspireren door de diepe boodschap van de koran. Dan moorden ze uit liefde voor hun identiteit: ’Un amour radical’. Een moslim kan zich heel goed vinden bij joden, christenen of ongelovigen en een goede buurman zijn, maar op een gegeven moment meent hij de weg van Allah te moeten volgen en gaat hij over tot daden van extreem geweld. Terrorismebestrijding staat hier vrijwel machteloos tegenover, want deze individuen kunnen overal en op elk moment opduiken en toeslaan.

In zijn laatste boek ’Un amour radical’ (2018) stelt Sibony voor dat niet alleen antisemitisme en racisme bij wet moeten worden verboden, maar ook oproepen, in naam van de religie, om anderen te vervloeken en te haten. De rechtspraak zal op die manier de moslims helpen zich te integreren, net zoals het verbod op de hoofddoek moslima’s helpt zich van die dwang te bevrijden. Om de lieve vrede te bewaren, treedt men helaas niet op. De psychoanalyticus Sibony verklaart dit als een soort doodsdrift van de westerse mens. De democratie staat op het spel en omwille van de democratie wordt niet opgetreden.

Persoonlijk denk ik niet dat een aangepaste wetgeving voldoende zal zijn om catastrofes te voorkomen. Als naast de dreiging die van de islam uitgaat ook nog eens andere donkere wolken opdoemen, zoals de gevolgen van de klimaatverandering, de gigantische en toenemende schuldenlast van de landen, de massa-immigratie vanuit Afrika en een economische recessie, dan zullen de spanningen zodanig oplopen dat de verschrikkingen van de vorige eeuw in veelvoud herhaald zullen worden. Ik beschuldig nu reeds de huidige politici van laksheid. Willen zij echt verantwoordelijk zijn voor alle doden die zullen vallen en voor de vernietiging van ons erfgoed? Beseffen onze politici dat ze medeplichtig zijn aan het ontstaan van een nieuw Midden-Oosten, hier in ons eigen Europa?

Wat kan hier het juiste politieke antwoord op zijn? In elk geval niet door haat met haat te beantwoorden. Om die reden moeten we ons zo ver mogelijk houden van extreem-rechts. Mijn voorstel, dat ik in meerdere boeken al heb verwoord, ligt in de opbouw van een islamitisch rijk van Turkije tot Marokko, waar de teruggekeerde moslims zich thuis kunnen voelen, waar ze in vrede, welzijn en welvaart kunnen leven en waar de islam op een vredige wijze in praktijk gebracht kan worden omdat er geen voortdurende confrontatie is met diegenen die door de islam als vijanden van Allah en zijn Profeet worden beschouwd. Als links, rechts, progressief, conservatief, antifascisten en nationalisten met elkaar samenwerken, kunnen we de kracht vinden om de moslims solidair bij te staan in de opbouw van de landen van herkomst. Dit beleid is zowel voor moslims, als voor Europeanen de meest vruchtbare.

De Dalai Lama heeft, zonder mijn boeken gelezen te hebben, gezegd dat Europa voor de Europeanen is. Oosterse wijsheid drukt de rationele westerse mens met de neus op de voor de hand liggende feiten.