Het Klimaatakkoord als splijtzwam tussen stad en ommeland

02-01-2019 13:54

In het grensgebied van Nederland heeft aantrekkelijk openbaar vervoer altijd ontbroken. Een belbus die je een uur van tevoren moet bellen is niet bepaald uitnodigend. Als je dan de fiets pakt om vijf kilometer verderop de trein te halen en daarmee een uur te vroeg op je afspraak in de stad bent overweeg je al snel een auto. De voordelen van een eigen heilige koe in het ommeland zijn, ondanks hoge kosten, nog altijd vele malen aantrekkelijker dan de nog hogere kosten van het openbaar vervoer en veel mindere betrouwbaarheid en comfort. Want zodra de herfst invalt is het nog maar de vraag of je met het OV 50 kilometer verderop op je werk komt.

Echter hoe kom je nog op school en werk als het rekeningrijden wordt ingevoerd, de belastingen op benzine- en dieselauto’ s en bijbehorende brandstoffen omhoog gaan en je vanaf 2030 alleen nog maar elektrisch kan kopen? Een aanschafsubsidie van 6.000 euro klinkt al gauw minder leuk op een aanschafwaarde van 40.000 euro, al helemaal met het adagium ‘wie eerst komt eerst maalt’. Dat alles in een realiteit van alsmaar stijgende kosten en met een overheidsbeleid dat sparen niet meer lonend maakt. Met een elektrische deelauto kom je trouwens ook niet ver in het ommeland, aangezien je deze vaker nodig hebt dan iemand in de stad, maar een leaseauto in het ommeland is financieel onverantwoord.

Ooit kwam je in het ommeland wonen omdat je verantwoorde keuzes wilde maken. Een huis kopen op slechts één inkomen was juist verantwoord. Als jonge werknemer op de arbeidsmarkt was het inkomen navenant en waren de huizenprijzen in de stad ruim 10 jaar geleden al hoog. Dus kocht je, met een bouwtechnisch rapport, een huis op het platteland.

Maar met het Klimaatakkoord kunnen vele ommelanders een fijne toekomst vergeten. De Groninger gasbel wordt door het Kabinet ingeruild voor de klimaatreligie. Daar zit je dan, in de uiterwaarden van de provincie, met je huis dat zwaar gerenoveerd moet worden wil de daarbovenop komende verduurzaming nog enig energetisch effect hebben. Dan komt een benodigd investeringsbedrag van minstens een ton wel in de buurt.

Ondanks dat gemeenten nog lang geen alternatief plan hebben klaarliggen hoe je huis te voorzien van een duurzame energievoorziening, mag je alvast een hogere gasprijs betalen en word je geconfronteerd met stijgende belastingen op energie. En waar mensen in het erkende aardbevingsgebied nog gecompenseerd worden met bijvoorbeeld zonnepanelen ter waarde van 4000 euro mogen de inwoners van het economisch achtergestelde Oost- en Zuid-Groningen of Zuid-Limburg het zelf uitzoeken.

‘Hoe kom je nog op school en werk als rekeningrijden wordt ingevoerd en belastingen op brandstoffen omhoog gaan?’

Vanuit Den Haag wordt met gebouwgebonden leningen geantwoord, vanuit het bedrijfsleven met duurzame huurconstructies met een rentepercentage van 100 procent en vanuit gemeenten met experimentele erfpacht om je in de warmte van alle aandacht dieper in de schulden te graven of twee keer zo hard te lopen dan je stadsgenoot. Als kers op de taart mag je je woning aansluiten op een warmtepomp die niet in staat is om oudere huizen te verwarmen omdat een warmtenet of geothermie geen opties zijn in het buitengebied.

De middenklasse mag voor dit alles de onderklasse nog meer compenseren, omdat het Rijk niet zit te wachten op een golf van gele hesjes. Dit oplossen met meer werken is geen optie met kinderen in de basisschoolleeftijd. Want met een extra auto en kinderopvang houd je onderaan de streep minder over dan anderhalf keer modaal.

Als het je lukt je oude huis zonder verlies te verkopen mag je hopen dat je met je kinderen een betaalbaar huis in de stad zonder tuin op basis van twee volledige inkomens kan vinden. Dan kun je beiden fulltime gaan werken, de auto’s vanaf de eerste lentezonnestralen voor het huis laten staan en met je overige geld de kinderopvang steunen.

Vergrijzing? Had je maar geen kinderen moeten krijgen.