Roderick Veelo – Radicale activisten ruiken het angstzweet bij Unilever, Starbucks en Gillette

03-07-2020 14:04

RIP

Dit jaar geen advertenties meer van multinational Unilever op Facebook, Twitter en Instagram in Amerika. Het arsenaal aan moderatoren en algoritmes ten spijt falen de sociale media volgens Unilever in ‘de aanpak van verdeeldheid en haatdragende taal’.

De zeep- en voedselreus volgt daarmee de wereldwijde trend van bedrijven en instellingen, die een maatschappelijk statement maken door mediaplatformen te boycotten. In een wereld waar alleen nog goed en fout bestaat moet zo’n pr-statement doorgaan voor een bewijs van goed gedrag.

Volgens Unilever-topvrouw Hanneke Faber, baas van de voedingstak, horen haar merken niet thuis tussen de ‘onware beweringen’ en de ‘hatespeech’. Met de boycot wil Unilever de druk op Facebook en Twitter opvoeren om nog beter te screenen op de uitspraken van hun gebruikers.

Toch raar dat Unilever ergens onwaarheden wenst te ontlopen waar het zelf in advertenties niets dan onwaarheden etaleert over het uitgebreide assortiment etenswaren die het produceert.

Blijkbaar niet bewust van haar eigen conformisme vertelde Faber op Radio 1 te hopen dat andere ondernemingen dit lichtend voorbeeld zullen volgen: “We hopen af en toe een beetje te pionieren, dat andere bedrijven denken, nou dat moeten wij ook doen.”

‘Een beetje pionieren’. Met de advertentieboycot van VI en GeenStijl (2017) nog vers in het geheugen en een cancel culture in Amerika die de ene boycot aan de andere rijgt, is iedereen – op Unilever na dan – inmiddels wel bekend met dit fenomeen.

‘Een beetje pionieren’ klinkt ook weinig ambitieus en strijdlustig. Is dit wat er bij de multinational over is van het vuur van de grote weldoener Paul Polman. Alsof iemand deze week aan de lange bestuurstafel had voorgesteld om eens ‘iets geks te doen’.

De nieuwe topman Alan Jope bespaart – met de verhuizing naar Londen – de aandeelhouders elk jaar zo’n 350 miljoen euro aan dividendbelasting en nu is het tijd om de samenleving iets terug te geven. Een moreel kompas.

De wereld danst op de woede der ongerechtigheid en meedansen mag voor Unilever een ontdekking zijn, langs de kant blijven staan is levensgevaarlijk. Overal loert de moraalpolitie. En hup, daar ging de zeep- en voedselreus de dansvloer op. Tussen woke-links een beetje pionieren.

Ondertussen debatteerde de Tweede Kamer gisteren over het begrip ‘institutioneel racisme’. Dat is volgens de gebruikers van de term een variant van het racisme dat zich anoniem in onze instituties schuilhoudt.

Het politieapparaat waar etnisch profileren plaatsvindt, overheden en bedrijven die zich schuldig maken aan discriminatie, instellingen die ‘te wit’ zijn en universiteiten die zich onvoldoende bewust zijn van hoe racistisch de wetenschap eigenlijk is.

Volgens de bestrijders van het institutioneel racisme is er maar één oplossing: het afbreken van de instituties zelf.

In de Verenigde Staten – toch ons voorland zo lijkt het – zien we dat terug in de oproep om de politie te ontmantelen. Dat is een serieuze eis van Black Lives Matter en de anarchisten die de orde liever zelf handhaven.

Onder Amerikaanse studenten en docenten verspreidt zich de hashtag #ShutdowmSTEM. STEM staat voor Science, Technology, Engineering and Mathematics. Achter de hashtag zit de oproep tot ontmanteling van opleidingen in wetenschap, technologie, bouwkunde en wiskunde.

De argumentatie is dat deze vakgebieden altijd al gedomineerd zijn door witte wetenschappers, witte bouwkundigen en witte wiskundigen en dat ze om die reden raciale vooroordelen zouden bevatten. Techniek, bouwkunde, wiskunde en andere  wetenschappen worden in zichzelf racistisch verklaard.

Met de strijd tegen het ‘institutioneel racisme’ is het anti-wetenschappelijke denken de universiteiten binnen gewandeld.

Dat leidt er ondermeer toe dat zwarte studenten en docenten uit deze disciplines worden uitgemaakt voor verraders van hun ras.

Racisme is een kwalijk menselijk fenomeen waar individuen op moeten worden aangesproken. Maar zodra de vijand anoniem wordt is het meestal een excuus voor een ander plan. Zoals de ontmanteling van politie, wetenschap, musea en overheden.

De geschiedenis zit vol met gruwelijke praktijken wanneer de jacht geopend wordt op ‘duistere krachten’ die zich schuil zouden houden in de instituties.

Het antisemitisme leunt zwaar op de aanname dat het bankwezen gerund wordt door ‘de’ joden en dat zij de kapitaalstromen beheersen.

Miljoenen mensen zijn tijdens de Culturele Revolutie in China geëxecuteerd, omdat ze een stukje land of een winkeltje bezaten en zo het kapitalisme belichaamden, waar het land zo nodig van gezuiverd moest worden.

En in het Cambodja van massamoordenaar Pol Pot kwam iedereen met een bril in aanmerking voor deportatie naar het platteland, om de instituties in de hoofdstad te ontdoen van de oude elite van hogeropgeleiden.

En terwijl krantenkolommen en talkshowtafels worden gevuld met getuigenissen van institutioneel racisme in Nederland, vervolgt dat andere racisme gewoon zijn weg.

Door alle berichtgeving zou je bijna gaan denken dat racisme een wit privilege is. Maar dat is natuurlijk niet zo. Het is een fenomeen dat zich voordoet tussen mensen van alle kleuren overal ter wereld.

Arabische en Noord-Afrikaanse moslims bijvoorbeeld kunnen als geen ander neerkijken op zwarte mensen. Zelfs op zwarte moslims. Een gevoel van superioriteit is bij hen heel gebruikelijk. De Turks-Nederlandse schrijver Hizir Cengiz doet daar deze week in de Correspondent een boekje over open.

En natuurlijk de vooroordelen en het racisme van Arabische moslims tegenover joden. Joodse Nederlanders voelen zich hier al lang niet meer veilig om met een keppeltje op over straat te gaan. Scholen en synagogen worden al jaren streng bewaakt. Een Israelisch restaurant in Amsterdam wordt regelmatig bespuugd en besmeurd en tot twee keer toe werden er de ramen ingegooid.

En hoe racistisch is het om consequent witte meisjes uit te zoeken om je tegenover te misdragen? Seksuele intimidaties en scheldpartijen die de meisjes uit de eigen groep gelukkig bespaard blijven, maar die autochtone jonge vrouwen met alle gemak wel naar hun hoofd geslingerd krijgen.

En zijn het racistische vooroordelen over oude witte mensen die het gemakkelijker maken om ze te beroven, te treiteren of omver te duwen?

Racisme is een hardnekkig probleem en we schieten er geen flikker mee op. Het geweld en de vernedering die er uit voortkomen verdienen onze afkeuring en vervolging. Maar racistische vooroordelen zijn morgen niet weg en volgend jaar ook nog niet.

Wat zal helpen is in gesprek te blijven en elkaar wat minder de maat nemen. Wat zeker niet helpt is de radicale activisten op straat en op sociale media hun zin geven bij het ontmantelen van de instituties.

Zij ruiken het angstzweet bij de Unilevers, de Starbucksen en de Gillettes van deze wereld. En die lucht is niet te harden.

Ergens niet meer adverteren is één, maar anderen oproepen ook te vertrekken is verraad. Laf verraad aan een partner waar je voorheen nog vrolijk adverteerde.

Omdat Unilever het in z’n broek doet voor de radicale activisten en het de onderneming nu beter uitkomt, raakt het Facebook en Twitter direct in z’n bestaan. Lekker pionieren.

Het kan niet lang meer duren voordat grote ondernemingen voortaan aan de moraalpolitie van de doorgedraaide activisten toestemming vragen op welke media er nog wél geadverteerd mag worden.

Deze column werd eerder gepubliceerd op RTLNieuws.nl.