De Saturnusmaan Enceladus is de trotse bezitter van een ondergrondse oceaan. Zo hebben wetenschappers van NASA ontdekt. En daarmee is de maan met die gekke naam in één klap uiterst interessant geworden, vinden diezelfde wetenschappers. Want waar water is, is mogelijk leven. Ja, u leest het goed! Mogelijk Buitenaards Leven! En toen dat eenmaal was geroepen, was het hek van de dam.
Prompt verschenen overal op aarde astronomen op radio en tv, ten eerste om uit te leggen wat dat is, een maan, en om te vertellen hoe groot de kans is dat daar buitenaards leven zit. Nou, je zag ze groeien! Ze houden allemaal een slag om de arm, natuurlijk, want ze zijn nuchtere wetenschappers. Maar interessant is het zeker! Zeker een bezoekje waard, die gekke maan Enceladus! En dat is precies wat NASA wil horen. Want waar leven is, is geld. De door enorme bezuinigingen geplaagde organisatie richt zich al verscheidene jaren op de speurtocht naar buitenaards leven. De maan, daar zijn ze geweest. Een landing op Mars, daar heeft Obama reeds een streep door gehaald. Daar mag NASA alleen over dromen. Maar dat was altijd al een pipe dream. In feite heeft NASA al vele jaren al haar kaarten gezet op buitenaards leven… Die ontdekking, die mag toch niet naar de Chinezen gaan! Daar moet de Amerikaanse politiek toch de portemonnee voor willen trekken! Daarvoor willen ze NASA toch wel overeind houden?!
Vandaar dat water. Vandaar de heisa.
Leven op Enceladus. Op de BBC verscheen een astronome die vertelde dat ze het eigenlijk gewoon gék zou vinden als daar géén leven zou worden gevonden. Natuurlijk geen haring of karper, maar bacteriën, dat moest toch kunnen, zoiets eenvoudigs. Ook astronomen kunnen blijkbaar niet meer nuchter nadenken wanneer de camera’s op hen worden gericht. Want wie onderaardse oceaan zegt, denkt aan het Vostokmeer, diep onder Antarctica. Dat is ook al zo’n van zonlicht en zeelucht afgesloten plas water. Kilometers diep opgesloten onder het ijs. Met één groot verschil: Antarctica is op aarde. Op een planeet die wemelt van het leven. En ook al is het daar koud en nat en donker, je zou toch verwachten dat een dergelijk ondergronds meer zijn eigen microflora en fauna moet hebben ontwikkeld. Leven in het Vostokmeer – Reuze interessant! Zeker de moeite van een bezoek waard! En dat is ook gebeurd. En wat is er gevonden? Niks.
Er is een boorgat gemaakt naar het meer, en wetenschappers hebben water uit het meer dat in het gat naar boven kwam, en bevroor, onderzocht op de aanwezigheid van DNA-fragmenten. Het was maar een boor, een boor die je lastig kunt steriliseren en die dus allerlei DNA van boven mee naar beneden kan hebben genomen – en dat bleek dus ook te zijn gebeurd. Alle aangetroffen DNA is zo goed als zeker afkomstig van bacteriën die met de boor mee naar beneden zijn gevoerd. Alles kon namelijk worden geïdentificeerd aan de hand van een DNA-databank. Er is één complete bacterie naar boven gehaald die niét in de bestaande databanken te vinden was, maar dat zegt nog niet alles. Bovendien bestaat het sterke vermoeden dat het hier om een zeldzame rakker gaat die geleerd heeft te leven van kerosine (de ‘smeerolie’ van de ijsboorinrichting, die ook in het naar boven gehaalde ijsmonster aantoonbaar was).
Men zoekt verder. Maar de kans op de ontdekking van een unieke Vostok-flora, opgebloeid in volmaakte afzondering, is al volkomen verkeken. Vostok was dood (nu niet meer; we hebben het besmet). En bedenk: dat meer ligt on-ge-lofelijk dicht bij een planeetoppervlak dat barst van het leven. Eigenlijk is het uiterst onwaarschijnlijk dat daar géén (uniek) leven te vinden zou zijn. Maar nee dus, dat zit er niet. Ook het leven heeft zijn grenzen.
In de hoogtijdagen van het Vostok-onderzoek was NASA er als de kippen bij om te roepen dat als daar leven zat, de kans dat er in onderaardse oceanen elders in het zonnestelsel óók leven zat, in één klap een stuk groter werd. Waarom dat zo zou zijn, dat mocht Joost weten, Maar het klonk goed. En nu, nu duidelijk is dat Vostok morsdood is, hoor je ze helaas niet meer. Blijkbaar mogen daar geen conclusies aan worden verbonden.
Maar die zee op Enceladus, daar diep onder het oppervlak van een werkelijk morsdode maan. Wordt dat wat? Die maan waar NASA en al die astronomen die eindelijk weer eens de pers over de vloer kregen, zo volstrekt objectief en beslist niet publiciteitsgeil, zo heerlijk enthousiast over zijn? Mogen we daar iets verwachten? Moeten we daar een massa geld tegenaan smijten? Is dat de manier om NASA-medewerkers van de straat te houden? Misschien is omscholen toch goedkoper.