Koolhydraten zijn gevaarlijk, sporten is heel erg goed voor je en als je dik en ongezond bent, is dat je eigen schuld. Het is een gebrek aan controle. Een gebrek aan het vermogen jezelf beperkingen op te leggen. Alles wat je nodig hebt voor een rijk, gezond en gelukkig leven is tenslotte een beetje discipline. Tegelijkertijd zijn beperkingen ook veilig en fijn, want door te leven binnen bepaalde kaders maken wij het leven ook heerlijk voorspelbaar. Juist door onszelf te omgeven met allerlei compleet doorgeslagen beperkingen en allerlei (schijn)zekerheden vergeten we een ding. Namelijk: om te leven.
Laten we wel wezen, de mythe van ‘in control zijn’ is een beetje doorgeslagen. Wanneer je om gezond te blijven in de avond gezellig je benen en armen op een matje gaat strekken terwijl de kachel op 40 staat, ben je doorgeslagen. Omdat deze strek-sessie toevallig wordt gegeven in een opgeknapte baksteenfabriek in Amsterdam Zuid op een vloer van Berlijns steigerhout onder de inspirerende begeleiding van een Russel Brand-kloon die (te zien aan de pupillen) iets te strak in zijn ‘zen’ zit, en de naam Bikram Yoga heel erg professioneel klinkt – is het nog steeds doorgeslagen. Heel fijn dat je lichaam je tempel is die je meerdere malen per week graag digitaal wilt bewieroken met het juiste instagramfilter, het blijft stretchen op een matje met de kachel op 40 graden.
Als zelfs gewoon hardlopen al passé is, ben je echt doorgeslagen. Want stel je voor dat je gewoon een trainingsbroek en een oud shirt aantrekt en gaat rennen. Nee, nee, nee, je gaat meteen ‘trainen’ voor iets. De colourrun, de halve marathon of iets met kinderkanker. Uiteraard worden de updates van je voortgang meerdere malen per week gedeeld op Facebook of Twitter zodat iedereen kan zien wat voor supergezond gedisciplineerd mens jij bent. Je bent tenslotte in control over je lichaam en geest. Helemaal in balans. Oh, over controle gesproken: natuurlijk eet je geen brood en pasta, want bah-bah koolhydraten. Koolyhdraten zijn bijna net zo erg als een rietje in de Tsjernobyl-reactor prikken en die leegslurpen. Zo gevaarlijk is brood namelijk. Als je dan toch per se dat moet eten, neem dan op zijn minst speltbrood. Want dat is ‘gezonder’. Gluten zijn ook zo erg, trouwens. Had je al een strijdbare veganistische cupcake meegegeven aan je kind in zijn broodtrommeltje #meenaarschool?
Kortom: doorgeslagen. Het is fijn dat wij in een land leven waar hier blijkbaar allemaal de tijd voor is, het is wel teleurstellend wanneer je ziet dat deze overdaad aan vrije tijd wordt gevuld met een expositie van controlfreaks. Je moet blijkbaar zeggenschap over je eigen leven claimen en altijd in control zijn. Dikke en zieke mensen zijn losers tenslotte, en als je depressief bent ga je maar een lekker rondje hardlopen. Want heel veel ziekte zou verdwijnen, als wat meer mensen die controle over zichzelf zouden hebben.
Feitelijk is controlegedrag een bliksemafleider voor existentiële angst. Angst om controle te verliezen. Angst om geconfronteerd te worden met het onverwachte, zoals ziekte en de dood. Kortom: de onvermijdbare consequentie van het leven. Daarom haalt een hele generatie nu vervulling en geluk uit het controleren van het oncontroleerbare, namelijk het leven. Want stel je voor dat je de controle verliest, dat je ondanks al het sporten en gezond eten alsnog dik wordt. Of door alle selfies van jezelf in je strakke trainingsoutfit je bloedvaten corrumpeert door de stress die je jezelf aandoet bij het nalezen van alle reacties op je selfie van jezelf in je strakke trainingsoutfit (hoi Marianne Zwagerman!). Of dat je kind ondanks al je zorgvuldig geprepareerde broodtrommeltjes alsnog een MBO-advies meekrijgt in groep 8.
Door met zijn allen een omgeving te creëren met maakbare zachte muren, vol glittergifjes en positieve, constructief meekeuvelende mensen zijn wij in staat om op elk gewenst moment de applausmachine (“Joehoe! Een onsje eraf, mag ik nu een paar onsjes erkenning?”) aan te slingeren. Superdolletjes. Zo heeft iedereen zijn eigen permanente comfort zone. Een comfortabele zone van wederzijdse bevestiging (“Doe jij dat ook? Ja, ik ook – wat zijn we lekker bezig”) waar geen ruimte is voor dissidente ideeën, negatief gezeik of vervelende mensen die het feestje komen verstieren. Die zeggen dat ze depressief zijn en niet eens uit bed komen, laat staan een “lekker rondje gaan rennen”. Of mensen die jou niet de erkenning geven waar je zo desperaat naar hunkert, omdat ze andere dingen (lees: niet-jij) belangrijker vinden. Die buitenwereld, die zure vervelende enge mensen hebben waarschijnlijk issues met zichzelf – dus daar kun je je maar beter ver van houden. Zo kun je in ieder geval de illusie van onfeilbaarheid hoog houden, ondanks dat de tegendeel bewijzende nagels aan de binnenkant van je hoofd krabben die je zo mooi had verstopt achter een ‘block’ of ‘ontvriend’-knop.
We zijn totaal doorgeslagen controlfreaks geworden met zijn allen, en in onze angst voor andermans oordeel zijn wij bang geworden voor onszelf. Zoals Damiaan Deyns, hoogleraar psychiatrie, onlangs zei in een lezenswaardig interview in Vrij Nederland “de angst voor elkaar, dat is nu dé grote angst. Vroeger waren we bang voor een leeuw of slang of bliksem, nu voor de medemens”.