De taken die bijstandsgerechtigden in Rotterdam voor hun uitkering moeten uitvoeren, worden door de deelnemers als intimiderend, zinloos en onredelijk ervaren. Dat stelt de gemeentelijke ombudsman Anne Mieke Zwaneveld in een rapport over de uitvoering van het zogeheten re-integratiebeleid van de gemeente.
Wie in Rotterdam in de bijstand zit, moet daar iets voor terugdoen. Wie geen werk kan vinden, moet de eerste vijftien weken straten gaan vegen, ongeacht achtergrond in opleiding of werk. Volgens de ombudsman gaat het om straten die door de professionals al zijn schoongemaakt.
De ombudsman vraagt zich af wat de toegevoegde waarde is van de algemene verplichting straten te gaan vegen. ,,Velen ervaren dit werk als vernederend en confronterend. Het draagt in hun beleving in ieder geval niet bij aan het vinden van betaald werk.”
Tegelijkertijd voelen mensen die een uitkering aanvragen zich behandeld als profiteurs, hufters en losers. ,,De gemeente hoeft niet voor Sinterklaas te spelen, maar dit is het andere uiterste”, zegt Zwaneveld. Mensen die hier klachten over hebben, durven die onvrede niet te uiten omdat ze bang zijn voor de gevolgen, bijvoorbeeld korting op hun uitkering.