Frans Timmermans: bestemming bereikt

14-01-2013 09:15

Enigszins beteuterd moest minister van buitenlandse zaken Frans Timmermans woensdag jongstleden vaststellen dat de laureaat van de Mensenrechtentulp (ik had er nog nooit van gehoord, u wel?), de Indiër Marimuthu Bharathan, niet in de gelegenheid was om de prijs in Den Haag in ontvangst te komen nemen. Meneer is verdachte in een moordzaak en mag om die reden het land niet uit. En dat is lastig als je in de hoofdstad van het Internationale Recht, zoals onze residentie zich wenst te profileren, een spuuglelijk plastiek mag komen afhalen als erkenning voor je tomeloze inzet voor de allerlaagste kaste.

Ja, met de alleramsten in het buitenland willen PvdA-ers nog wel eens compassie tonen. Terwijl je eigen partij de bijstandstrekkers nog even een extra duwtje richting de modderput geeft met veel aplomb een prijs uitreiken aan iemand die aan de andere kant van de wereld tegengas probeert te geven tegen de vergroting van de kloof tussen arm en rijk: de huichelachtigheid van onze politieke kaste kent geen grenzen meer.

Kampbewaker

Beter verging het Zijne Excellentie de zondag daarvoor. Met nauwelijks verholen genoegen meldde hij dat de voorzitter van het Europees Parlement bij hem kwam ontbijten om even de Europese agenda door te nemen. Momenteel is dat de Duitse socialist Martin Schulz, bekend van zijn aanvaring met Silvio Berlusconi, die met zijn scherpe oog voor talent wel een rol als bewaker voor de politicus zag weggelegd in een film over de Duitse concentratiekampen tijdens WO2.

Helaas heeft die dat aanbod niet aanvaard en besloten zijn loopbaan als Europarlementariër voort te zetten. Want wat de voormalig boekhandelaar en burgemeester in het 37.000 zielen tellende dorp Würselen nabij Aken kwalificeert om momenteel de hoogste Europeaan te mogen zijn, zal wel voor altijd zijn eigen geheim blijven.

Heerlen

Echter, Würselen heeft één voordeel en dat is dat het, aldus Timmermans, voor de hoge bezoeker maar een kwartiertje rijden is naar Heerlen, de woonplaats van Timmermans. Sinds die tot het hoge ambt van minister werd geroepen is kerkbezoek op de zondagochtend er kennelijk niet meer bij voor de nominale katholiek die bij zijn beëdiging nog de hulp van de Almachtige afsmeekte.

En zo gebeurde het dat deze broeders in het socialistisch geloof op die mooie zondagmorgen bij Frans aan de koffietafel even onderling hun zaakjes konden regelen, onder het wakend oog van de vleermuizen in de tuin en de twee honden die daar sinds enige tijd rondbanjeren. Zonder pers, zonder pottenkijkers en helemaal zonder al die andere lastige parlementariërs. Zeker die nationale volksvertegenwoordigers hebben immers veel teveel praatjes, die kun je er maar beter niet bij hebben.

Rancune

Een ongeschreven regel luidt dat een bewindspersoon in de eerste honderd dagen van zijn ambtstijd niet al te hard mag worden bekritiseerd: gedurende die wittebroodsweken mag de kersverse minister of staatssecretaris nog even wennen aan de nieuwe status. Een dergelijke fijnzinnigheid is aan de opvolger van Uri Rosenthal niet besteed: door openlijk uit te spreken dat in het recente verleden Nederland te weinig deed voor minderjarige uitgeprocedeerde asielzoekers, sloeg Timmermans twee vliegen in één klap. Niet alleen desavoueert hij daarmee de onafhankelijke rechter die over de jeugdige gelukszoekertjes het vonnis “uitgeprocedeerd” heeft uitgesproken. Tevens was het een onverholen sneer aan het adres van zijn ambtsvoorganger.

In een moordend tempo dat doet vermoeden dat Timmermans heel goed beseft dat zijn politieke bestaan aan de Bezuidenhoutseweg geen lang leven zal zijn beschoren, werkt hij zijn door rancune gedreven agenda af. Zich daarbij gesteund wetend door zijn trouwe ambtenaren. Die onthaalden hem bij zijn terugkeer op het departement als de verloren zoon, blij dat ze waren verlost van de minister die aan de diplomatie als rustiek tijdverdrijf een einde had gemaakt.

God beware ons voor bewindslieden die populair zijn bij hun ambtenaren: die deugen meestal van geen kant. Op de nieuwjaarsreceptie van het Ministerie van Buitenlande Zaken werd de ook voor moslims – want halal – aanvaardbare delicatesse van de gefrituurde sprinkhaan geserveerd.

Ik zeg: bon appétit, monsieur le ministre!