Column

Met de nieuwe roman van Sonja Bakker is het inferno volmaakt

13-06-2013 16:01

Er was ooit een tijd dat ik een hekel had aan elitaire ideeën over cultuur. Dan doemt toch zo’n hoofd van Connie Palmen of Kristien Hemmerechts in je op, met een gezicht dat eeuwenlang lijkt geweekt in krachtige azijn. Ik vond elitarisme zelfingenomen en repressief. De wereldvreemdheid van zo’n gesloten elitair wereldje, dat louter bestaat voor een handvol academici, stoorde me nog het meest. Ik moet daar ernstig op terugkomen.

Het alternatief, culturele standaardloosheid, is vele malen erger. ‘Every man has his breaking point,’ voor mij ligt dat breekpunt bij de literaire ambities van Sonja Bakker.

Het was de mildheid die me parten speelde. Want ach, ‘waarom zou je zo zuur zijn?’
Ik nam dat verweer over van figuren als Kluun, Saskia Noort en Heleen van Royen. Niet dat ik een kritisch houding een slechte eigenschap vond, maar ergens snapte ik die vraag wel. Vooral in zwaarmoedige tijden; niet te moeilijk doen, niet zo zeiken, laat de mensen lekker. Maar inmiddels is me duidelijk geworden dat zo ongeveer heel Nederland werkelijk alles prachtig vindt.

Als het maar leuk is

Leuk is het nieuwe devies. Als het maar leuk is, is het goed; voor velen zelfs volmaakt. Dat geldt niet alleen voor proza, maar ook voor muziek, film, televisieprogramma’s, eigenlijk voor alles wat onze cultuur vormt. Maak het maar niet te moeilijk. Kwaliteit, op basis van een degelijke set aan criteria, is volledig ondergeschikt aan de makkelijke lach, de makkelijke spanning en de makkelijke intrige.

Zij die daar tegen in het geweer komen schilderen we af als elitaire zeikneuzen die niet meer van deze tijd zijn. Dat laatste klopt, helaas.

Johan Vlemmix met een kontfluit

Omdat we liever geen standaarden meer hanteren, waden door een volmaakt inferno. We worden daar bij de poorten opgewacht door Johan Vlemmix die ons laat schrikken met een flauw getuut dat afkomstig blijkt van een apparaat dat hij trots een kontfluitje noemt. Eenmaal binnen schalt Sonja Bakker door de luidsprekers die haar Ibiza, de hemel en de hel voordraagt. Overal zien we projecties van films van Johan Nijenhuis, bij voorkeur Costa!. Om de paar seconden brult Gerard Joling ‘toppie’ in onze oren, waarna Gordon ons opdraagt om ‘ons momentje te pakken’ omdat we ‘kanjers’ zijn. De Toppers en LA the Voices treden gelijktijdig op, want Gordon is overal.

Hun optreden wordt onderbroken door korte sketches van Guus Meeuwis met Linda de Mol. In een glazen kist omringd door hellevlammen werkt Heleen van Rooyen zichzelf naar een hoogtepunt toe, terwijl Kluun grijnzend toekijkt. En iedereen die je wil aanspreken op deze wanvertoning kijkt je boos aan, alsof JIJ degene bent die moet worden opgenomen. Dit is immers toch gewoon leuk?

Intellectuele armlastigheid

Dit komt niet alleen door de markt. Je kan het bijvoorbeeld de uitgeverijen nauwelijks kwalijk nemen dat ze in tijden van ontlezing en overige intellectuele armlastigheid, hippe auteurs van wegwerpboekjes tekenen om het hoofd boven water te houden. Evenmin valt de schrijver van dergelijk proza iets aan te rekenen. Het is de schuld van de lezer. Als er ergens een giertank staat te sproeien, is het altijd nog een eigen keuze om er met de mond open achter te gaan staan, juichend in de drek.

Als er ergens over te twisten valt, dan is het wel over smaak. Neem een enkele alinea van voornoemde boekjesbakkers en iemand met enige mate van kritisch denkvermogen legt je uit waarom dat wangedrochtige proza duizend keer beter kan; knapper, mooier, origineler, interessanter. En daar zit de crux: er is een ander voor nodig dat uit te leggen (‘zo’n zure jaloerse recensent’), omdat veel lezers van tegenwoordig niet beschikken over enige context.

Ze hebben geen vergelijkingsmateriaal meer voorhanden. Het vergelijkingsmateriaal is namelijk ongelezen ‘te saai’, want niet meteen spannend, geil of hilarisch; en bovendien onvindbaar want bedolven onder de overgemarketeerde puinhopen van ‘leuk’. Een standaard hanteren? Waarom zouden we. Laten we het onszelf vooral niet te moeilijk maken.

Even een nieuwe uitdaging

Zolang de consument niet wat kritischer wordt, houdt de markt de giertank open en sproeit ze achteloos de mismaakte geesteskinderen van zelfbenoemde auteurs, muzikanten en programmamakers die het ‘gewoon leuk’ vinden ‘even een nieuwe uitdaging te hebben’.

Wat dit uitmaakt? Laat de mensen toch? Neen. Wat er gaande is, is je reinste degeneratie. Het volk mag wel wat meer elitair worden. Puur uit zelfrespect. We zijn verdomme geen kleuters.