Column

Wetenschappelijk advies voor iedereen met goede voornemens (inclusief kabinet): maak het concreet

23-12-2018 19:39

Of het nu gaat om onze eigen voornemens of het klimaatakkoord van het kabinet: de beste manier om je plannen te realiseren is in alle gevallen hetzelfde: maak het concreet. Advies voor iedereen met goede voornemens, inclusief het kabinet.

Veel mensen beginnen het nieuwe jaar met goede voornemens, en dat geldt ook voor het kabinet met het klimaatakkoord. Psychologen zeggen: er is een zwakke relatie tussen intentie en gedrag. In gewoon Nederlands: van de meeste goede voornemens komt niets terecht. We verwezenlijken slechts ongeveer 30% van onze intenties. Voor het kabinet zal dat niet veel beter zijn. Het akkoord lijdt namelijk aan precies hetzelfde euvel als particuliere voornemens: teveel positief denken, te weinig concrete plannen.

Jan Kuitenbrouwer verwoordde het heel mooi in De Taalstaat: “Dit is meer ‘de grote klimaatcatechismus’ dan een klimaatakkoord”, zei hij. Het bevat veel “nobele, ijdele vergezichten” van een groene, schone, ecologische toekomst. Bijvoorbeeld: “In 2050 zien wij Nederland voor ons met een bloeiende circulaire en mondiaal toonaangevende industrie, waar de uitstoot van broeikasgassen nagenoeg nul is”. “Dus”, vervolgde Kuitenbrouwer, “tussen nu en 2050 gaat in Nederland een groot ecologisch wonder geschieden; de grote vergroener zal neerdalen op aarde.”

Want de Nederlandse track record geeft weinig aanleiding tot dit soort optimisme. Nederland heeft een ongelofelijk slechte staat van dienst als het gaat om milieu en klimaat. We lopen ernstig achter op de doelstellingen van Parijs, we zijn in Europa het vieste kindje van de klas. Kortom, het klimaatakkoord waarin Nederland ‘toonaangevend’ en ‘vooroplopend’ is, is een staaltje ‘morele zelfbevrediging met weinig harde actie’, een ‘vrijblijvend droomscenario’.

Je zou het kunnen vergelijken met iemand met overgewicht, die er jaar in jaar uit niet in slaagt om af te vallen, en die dan zegt: volgend jaar ben ik een slanke den, een voorbeeld voor allen die willen afvallen. Dream on, zeggen we dan. Ja, als mensen concrete doelen stellen (in 2050 stoten we 49% minder uit; aan het eind van dit jaar weeg ik 20 kilo minder) líjkt het voornemen menens. Maar niets is makkelijker. Een kleuter kan targets stellen. Een kleuter kan dagdromen over het beoogde doel. Maar onderzoek wijst erop dat dit geen stap dichterbij komt zonder concrete actieplannen en bindende afspraken – met jezelf of met elkaar.

Positief denken kan goed zijn voor de inzet, maar het gevaar is dat mensen blijven hangen in fantasieën en dagdromen. Onderzoekster Gabriele Oettingen noemt dat indulging: denken aan hoe fijn het is als de droom verwezenlijkt is, niet aan wat er fout kan gaan. Uit haar onderzoek bleek dat indulgers met goede voornemens de laagste kans op succes hebben. Ze nemen vaak verkeerde beslissingen, doordat ze de negatieve gevolgen onvoldoende in beeld hebben. Of ze komen überhaupt niet tot actie. Ze hebben bijvoorbeeld positieve fantasieën over hun toekomstige baan, maar ze solliciteren minder en verdienen uiteindelijk ook minder dan somberaars.

Is negatief denken dan beter? Nee: dan blijf je óók zitten waar je zit, doordat je blijft malen over hoe slecht de situatie is en hoe ver je verwijderd bent van waar je naartoe wilt.

Wat wél werkt is een derde strategie: mental contrasting. Hierbij haal je eerst je droom voor de geest: wat wil je voor elkaar krijgen, hoe ziet het eindresultaat eruit? Vervolgens denk je aan de realiteit en het contrast met je droom. Dit is een stuk minder prettig maar het is een noodzakelijke tweede stap: hierdoor word je realistisch en ga je overdenken wat er nodig is om de kloof van realiteit naar fantasie te overbruggen.

Contrasters denken meer concreet over wat voor actie ze moeten ondernemen en welke belemmeringen ze moeten overwinnen. Ze maken als-dan-plannen: als ik op een feestje kom met lekkere hapjes, zal ik mezelf eraan herinneren waarom ik wil afvallen; als ik wil hardlopen en het regent, ga ik naar de sportschool. Ze committeren zich aan hun doel: ze beschouwen het als een contract met zichzelf waar ze zich aan willen houden. Dat geeft een ‘kom op, aanpakken’-gevoel; een extra energie die zelfs fysiek meetbaar is, en die ze gebruiken om er harder aan te trekken als het tegen zit.

Het wetenschappelijke advies voor iedereen met goede voornemens, inclusief het kabinet: maak het concreet. Kijk eerlijk naar je eigen track record en bedenk een specifiek plan om de oorzaken van je eerdere falen weg te nemen. Dagdromen is fijn, maar het is niet de manier om je dromen werkelijkheid te maken.

Dit stuk is deels gebaseerd op: Roos Vonk, Je bent wat je doet, (Maven Publishing, 2014; herziene editie verschijnt januari 2019), waarin een uitvoeriger handleiding voor het realiseren van doelen en plannen is te vinden.