Column

Waarom Sierd de Vos de absolute held is

12-07-2014 12:57

De wedstrijd tegen Brazilië om de derde plaats is typisch zo’n potje om lekker bij weg te dromen. Zo’n avondje om een goede vriend of aardige buurman uit te nodigen en lekker te kletsen over het leven met dat duelletje als prettige achtergrond. Ik heb nog aardige wijn, De Spaanse witte en Australische rode staan er nog.

Hernieuwde kennismaking

Ik zal hem uitleggen dit prettige WK te herinneren als de hernieuwde kennismaking met mijn leuke oude vrienden van vroeger. Het kan jullie verder niks schelen, maar ik schreef een boekje om die mannen te eren én om ze een beetje bij elkaar te brengen. Ik had hun originele verhalen en vriendschap gemist en dacht: met zo’n boekje komen ze vast op de presentatie; en ze waren er bijna allemaal in Scheveningen. We zaten samen in een ‘WK whatsapp’ en speelde een klassiek voetbalpooltje, voor mannen de ideale combinatie om te onderzoeken of er nog wat gezelligheid over is. Zou die foute grap nog kunnen, mag je iemand aanpakken op zijn zwaktes en heeft hij nog steeds zoveel geweldige Oudhollandse uitdrukkingen paraat? (de antwoorden: ja, ja, ja. Over de massale kritiek van zijn appvrienden toen hij de pool won: ‘als de vorst er niet bij kan zijn de druiven zuur’).

Sierd de Vos, absolute held

Terwijl Robben twee goaltjes maakt, zou het over Sierd de Vos gaan. Voor mij is Sierdinho de absolute held van alle tv-dingetjes tijdens het WK. Niet omdat hij altijd met briljante verhalen komt, maar puur omdat hij een week of vijf lang zijn ijdele cojones heeft laten zien. Sierd had elke dag een degelijke repo kunnen maken: over een Nederlander in de favela’s, de zus van Neymar of Ronaldo’s schoenmaker, maar hij koos ervoor om zijn verhalen te ondersteunen met grappen. En dus ging het over kokosnoten op het strand en verdween hij theatraal met zijn microfoon in zee door het noodweer. Het was niet altijd enorm grappig, maar hij zat wel serieus elke dag te zweten om er iets vermakelijks van te maken onder het motto: saaie interviews zijn er al genoeg (‘wat zijn we toch trots’). Zijn kwetsbaarheid, het risico dat hij daarmee nam, doet me een beetje van die man houden. Geen vijf verdedigers achterin, maar vol op de aanval. ‘Ik sla je eraf.’ Mijn goede vriend zal vertellen dat mannen of vrouwen die durven altijd het verschil maken in het leven.

Van Persie

Als we Van Persie zien worstelen tegen die grappige broer van Jochem Meijer zullen we filosoferen over zijn karakter. De leuke columnist/journalist Sjoerd Mossou van het AD schreef ook over zijn twijfel over de leiderschapskwaliteiten van Van Persie. Hierin haalde hij het Trouw-interview aan waarin Van Persie boos werd op de journalist die vroeg hoe hij omging met zijn rol in de schaduw van Robben. Ik zal vragen aan die vriend: denkt Van Persie aan de groep of aan zichzelf? Mijn vriend zal zeggen dat het allemaal niet zo ingewikkeld is. ‘Spitsen als Van Persie denken eerst aan zichzelf en, als dat goed zit, ontstaat er weer ruimte voor het groepsgevoel. Dat is gewoon de normale volgorde bij die gasten. Toen hij in het toernooi merkte dat zijn fitheid niet toereikend was om te excelleren, ontstond er wat rook om zijn hoofd en dan gaan die mannen vreemde dingen doen. Zo werkt dat bij creatieve uitblinkers, niets aan te doen’. Best louterend; zo’n WK.