ThePostOnline

Vijftig nieuwe vragen aan Geert Mak

06-11-2009 14:03

Geert Mak laat weer van zich horen in het publieke debat. Op zijn website plaatst de volksschrijver beschouwingen over de huidige politieke situatie onder de titel Nieuwe Flessenpost. Inmiddels hebben we kennis kunnen nemen van de afleveringen één en twee van deze commentaren, die hij schrijft in de vorm van brieven aan zijn ‘dierbare oom Petrus’, een in 1941 gepensioneerde Friese schoolmeester.

In 2005 publiceerde ik op de website van het Algemeen Dagblad vijftig vragen naar aanleiding van Maks zeer omstreden pamflet Gedoemd tot kwetsbaarheid, dat hij schreef na de moord op Theo van Gogh. ‘Herhaalt alles zich?’ vraagt Mak zich af. Afgaande op de twee eerste brieven moet ik vaststellen, dat één ding zich in elk geval wel herhaalt. De Makkiaanse methode bestaat nog steeds. Mak blijft grossieren in onterechte vergelijkingen en blijft een hardnekkige karikatuur schetsen van het in Nederland gevoerde debat over immigratie, islam en integratie.

Alle aanleiding dus om Geert Mak te bestoken met nieuwe vragen. In 2005 stelde ik hem vijftig vragen naar aanleiding van Gedoemd tot kwetsbaarheid. Mak vond het ondoenlijk om alle vragen te beantwoorden, maar stemde wel in met een interview met het AD.

Hier volgen de 50 nieuwe vragen aan Geert Mak.

1. Uw oom en tante hadden de affiche ‘Onverdeeld naar de openbare school’ voor hun raam hangen. U stelt dat de oude verzuiling, waar zij tegen streden voorbij is. Waarom vermeldt u in dit verband niet dat sinds de jaren tachtig islamitische scholen worden opgericht?

2. Ik weet natuurlijk niet hoe uw oom Petrus er nu over zou denken, maar ligt het niet in zijn lijn om de islamitische zuilvorming te bestrijden?

3. Kunt u aangeven welke taal van de Kruistochten uit de 13de eeuw wordt gebruikt door ‘Nederlanders die pretenderen de voorhoede te vormen voor de 21ste eeuw‘? Welke ‘Nederlander uit de voorhoede van de 21ste eeuw’ roept op tot geweld tegen moslims en joden, zoals de beruchte kruisvaarder Peter de Kluizenaar deed aan het einde van (kleine correctie) de 11de eeuw?

4. Waaruit blijkt dat de kritiek op de islam of op fundamentalistische moslims bedoeld is voor alle immigranten, vreemden, anderen?

5. Bedoelt u dat de kritiek op prominente moslims als sjeik Fawaz Jneid of Mohammed Cheppih eigenlijk ook is bedoeld voor het uit Suriname afkomstige VVD-Kamerlid Laetitia Griffith, of voor Theodor Holman en Amanda Kluveld, columnisten met Indische roots, en voor de Somalische Ayaan Hirsi Ali, de Egyptische Nahed Selim, of de Iraanse hoogleraar Afshin Ellian?

6. Heb ik het goed begrepen en voeren de critici van Ayaan, Ellian en Kluveld eveneens een kruistocht tegen immigranten, vreemden, anderen?

7. Kunt u aangeven welke jongere journalisten weglopen met Geert Wilders? Graag met voorbeelden, want in de gevestigde media hoor en zie ik eigenlijk alleen maar journalisten, die Wilders bestrijden.

8. U doet het voorkomen alsof alleen Wilders zich mengt in het islamdebat. Is het u bekend dat er ook in andere, progressieve en liberale kringen kritiek wordt geleverd op de orthodoxe en fundamentalistische islam, en dat die kritiek al bestond voordat Geert Wilders of Pim Fortuyn het politieke toneel betraden?

9. U bent fractiemedewerker geweest van de PSP en had altijd veel affiniteit met de kraakbeweging. Wat vindt u van de links-activistische groep Doorbraak, die zich scherp tegen de politieke islam keert en stelt dat de fundamentalisten doen aan machtsvorming in het publieke domein? Zij willen dat tegengaan. Spreken deze krakers en actievoerders ook de taal van de Kruistochten of de taal van Wilders?

10. In de jaren 80 zette de linkse anarchist Anton Constandse grote vraagtekens bij het immigratie- en integratiebeleid. Hij noemde de islam ‘zeer autoritair, nog meer dan jodendom en christendom‘. Sprak Constandse destijds de taal van de Kruistochten? Of was hij een linkse ‘rattenvanger’?

11. Alex van Veen, redacteur van het u wel bekende krakersblad Ravage (de opvolger van Bluf!) schreef na de dood van Theo van Gogh het geruchtmakende artikel ‘Nederland Droomland’. Daarin stelt hij dat wezenlijke problemen als homohaat, antisemitisme, vrouwonvriendelijkheid en extremisme worden genegeerd zodra het over de moslimgemeenschap gaat. Vindt u dat Van Veen met dit artikel moslims als barbaren vernedert?

12. Berooft Femke Halsema de moslima’s van hun menselijkheid door hen op te roepen de hoofddoek af te slingeren?

13. In april 2007 hield cineast Eddy Terstall een lezing voor de PvdA-afdeling New York. Hij toonde zich verontrust omdat in ‘het neplinkse kamp’ humanistische waarden niet meer vanzelfsprekend zijn. “In de religieuze hoek heeft men bedacht dat er een hetze is tegen het geloof. In de naam van tolerantie en respect eist men steeds vaker om niet met onwelgevallige meningen te worden geconfronteerd.” Spreekt Terstall hier de taal van de Kruistochten?

14. Kunt u zich voorstellen dat mensen u bij ‘het neplinkse kamp’ indelen?

15. Waarom gaat u voorbij aan de kritiek uit feministische kring – in het buitenland sterker aanwezig dan in Nederland – op de fundamentalistische islam. Vindt u dat voormalig Opzij-hoofdredacteur Cisca Dresselhuys, publiciste Nahed Selim, de Duitse feministe Alice Schwarzer of de Française Caroline Fourest minderheden en vreemden afschilderen als een minderwaardig soort mensen en willen dat ze als barbaren worden vernederd en uitgestoten, en van hun menselijkheid worden ontdaan, waarna alles mogelijk is?

16. Overigens, met alle kritiek die er wel mogelijk is op de standpunten van Geert Wilders, waarom gebruikt u in dit verband de term ‘van hun menselijkheid ontdoen’ en daarop de zin ‘Daarna is alles mogelijk’? U weet heel goed dat dit de terminologie is, die wordt gebruikt voor de massamoordenaars in de Tweede Wereldoorlog. U maakt weer een kwalijke vergelijking, net als destijds tussen de films Submission en Der ewige Jude, waarmee u Ayaan in het nazi-kamp drukte. Kunt u het weer niet laten?

17. U meent direct de politieke bloedgroep te kunnen herkennen, waaruit Wilders zou stammen, de nationaal-socialistische. Is het u bekend dat kritiek op religieuze intolerantie vooral afkomstig was uit de liberale en sociaal-democratische bloedgroepen?

18. U suggereert dat Wilders politiek gebruik maakt van zijn bewaking en op theatrale wijze bevestigt dat er sprake is van een agressieve islam. Bevestigen Ayaan Hirsi Ali, Afshin Ellian, Ahmed Aboutaleb, Ehsan Jami, kunstenares Sooreh Hera, schrijfster Naima el Bezaz, en in het buitenland de Deense cartoonist Kurt Westergaard, de Syrisch-Amerikaanse islamcritica Wafa Sultan, schrijver Salman Rushdie en de Franse filosoof Robert Redeker ook op theatrale wijze het gelijk van Wilders?

19. Vindt u het achteraf niet jammer dat Theo van Gogh geen gebruik heeft gemaakt van bewaking? Immers, daarna werd op theatrale wijze bevestigd dat er wel degelijk moslims bestaan, die de islam zeer agressief uitleggen.

20. Waarom ontbreekt de moord op Van Gogh trouwens in uw beschouwingen over de angst in Nederland? Of houden we dit onderwerp nog tegoed?

21. De namen bij vraag 18 laten zien hoe zeer de vrijheid van meningsuiting onder druk staat. De bedreiging van deze belangrijke verworvenheid van onze vrije samenleving kom ik nog niet tegen in uw flessenpost. Gaat u daarover nog communiceren met uw oom Petrus?

22. U refereert aan de ’liberale jihad’, waartoe Geert Wilders (toen nog VVD) en Ayaan Hirsi Ali in 2003 opriepen. Kunt u er de volgende keer bij vertellen dat de twee Kamerleden daarmee pleitten voor weerwerk tegen de ongehinderde pogingen tot segregatie en geloofsdwang, die werden ondernomen vanuit salafistische moskeeën?

23. Herinnert u zich nog dat de twee Kamerleden aandrongen op maatregelen tegen de fundamentalistische As-Siddieqschool in Amsterdam? Voeren staatssecretaris van onderwijs Sharon Dijksma en de Amsterdamse wethouder Lodewijk Asscher, die eindelijk optreden, nu een socialistische jihad tegen de islam?

24. Weet u dat er al twintig jaar problemen zijn met de intolerante As-Siddieqschool, zelfs toen Ayaan en Geert nog niet in beeld waren?

25. Is het niet zo dat de opkomst van de PVV (en eerder van de LPF) het gevolg is van het feit, dat de gevestigde partijen verzuimd hebben om op te treden tegen intolerante uitingen van de islam? (Waarvan in Nederland al sprake was lang voor de opkomst van het populisme.)

26. Heeft u er een verklaring voor dat problemen rond de islam zich ook voordoen in andere West-Europese landen, waar Geert Wilders geen nare toon aanslaat tegen moslims. De problemen zijn er ook in landen waar rechts-populistische partijen geen rol spelen, en zelfs in landen waar linkse sociaal-democratische regimes tientallen jaren een welwillende houding hebben aangenomen tegen moslims en/of immigranten in het algemeen.

27. Is het u bekend dat er in het nabije buitenland ook linkse en liberale critici rondlopen die zeer kritisch zijn over de islam? Bijvoorbeeld de Denen Karen Jespersen en Ralf Pittelkow met hun boek Islamisten en Naïvisten. Of de Duitser Henryk Broder (Hurra, wir kapitulieren!) of de Britse stand-up comedian Pat Condell. Zijn zij ook bezig met het ontmenselijken van vreemdelingen?

28. Wat vindt u eigenlijk van de recente noodkreet van de linkse (Groene) Vlaamse parlementariër Luckas van der Taelen, die zich ernstige zorgen maakt over de vorming in Brussel van getto-achtige wijken, waar islamitische wetten heersen? Of spreekt deze man de taal van Geert Wilders en Filip Dewinter?

29. Kunnen we van u nog een stellingname verwachten tegen pogingen uit orthodox-islamitische hoek om regels uit de sharia op te leggen aan de eigen etnische groep? Wat vindt u bijvoorbeeld van de 65 shariarechtbanken, die in Groot-Brittannië functioneren met toestemming van de Labour-regering?

30. Vindt u serieus dat de aanhangers van de NSB en de NSDAP naar een positieve invulling streefden van het moderne leven?

31. Waarom betitelt u beargumenteerde kritiek op intolerante aspecten of uitingen van de islam (bijvoorbeeld gedwongen kledingregels voor vrouwen, haatdragende teksten in de koran, het opdringen van religieuze regels aan liberale en seculiere moslims en aan niet-gelovigen) als ’een ronduit religieuze afkeer van de islam’?

32. Hebben politici van D66 of GroenLinks ook een ronduit religieuze afkeer van het christendom, als ze kritiek leveren op het condoombeleid van de paus, of vragen stellen over een evangelisch gezinscongres of geen subsidie willen verlenen aan Youth for Christ?

33. Waarom gooit u alle kritiek op de Europese Unie (te veel bureaucratie en regeltjes, aantasting van de nationale soevereiniteit, vraagtekens bij de toetreding van Turkije) op één hoop onder de noemer ’destructief verzet’ tegen de Europese eenwording?

34. U geeft toe dat Wilders en zijn PVV geen geweld plegen of prediken. Ligt daar niet het meest essentiële verschil met de nationaal-socialistische (en niet te vergeten communistische) bewegingen, die de vorige eeuw zo veel ellende hebben aangericht in Europa?

35. De PVV heeft nooit een poging tot staatsgreep gedaan, heeft geen bewapende en militante knokploegen op straat lopen die tegenstanders intimideren en uit de weg ruimen. Waarom verzuimt u deze levensgrote verschillen te noemen?

36. Adolf Hitler zette na zijn machtsovername in 1933 de democratie buiten werking en arresteerde alle politieke tegenstanders. U weet dat Hitler een regering kon vormen dankzij de steun van de Duitse katholieke partij en de rechtse conservatieven. Nu beweert u dat de Nederlandse christendemocraten bereid zijn om hun grootmoeder aan de duivel te verkopen om op het pluche te blijven. Het extremisme en racisme van Wilders zouden dan – net als met de NSDAP en Hitler in 1933 – de normaliteit van het staatsgezag verwerven. Wilt u eventuele regeringsdeelname van Wilders op één lijn stellen met de machtsgreep van Hitler?

37. Zo nee, waarom schrijft u het dan toch zo op?

38. U citeert uit een afscheidsbrief van de socioloog Willem Bonger, die in 1940 zelfmoord pleegde bij de komst van de Duitse bezetters. ‘Ik kan niet bukken voor het tuig dat nu gaat heersen.’ Nogmaals, stelt u de beweging van Wilders echt op één lijn met een buitenlands fascistisch bezettingsleger?

39. Ik houd niet van vergelijkingen met de Tweede Wereldoorlog, maar ontkom er niet aan doordat u zelf voortdurend vergelijkt. In verband met Bongers opvattingen stelt u: ‘Waakzaamheid, het stellen van grenzen, wij, hedendaagse Nederlanders, moeten het allemaal opnieuw leren.’ Een gewetensvraag: bestaan er naast de PVV misschien nog andere intolerante, misschien wel totalitaire stromingen, waartegen nog veel meer waakzaamheid is geboden?

40. In uw tweede brief aan Oom Petrus schetst u een zeer onthutsend beeld van de hedendaagse media, die onder invloed van internet dreigen te verwilderen tot een beerput. ‘Wat er ook gezegd wordt, nonsens, racistische kletskoek, het geeft allemaal niets. Als het bloed maar stroomt, eten journalisten uit je hand.’ Ook in Gedoemd tot kwetsbaarheid maakte u al een karikatuur van de media. Daarom mijn vraag: kunt u man en paard noemen?

41. Verspreiden NRC Handelsblad en Volkskrant racistische kletskoek? Of bijvoorbeeld Trouw en Algemeen Dagblad? Of Elsevier en Vrij Nederland? Of de journaals van NOS en RTL? Horen we racistische geluiden bij Nova en Netwerk? Komen racistische kletsers aan het woord in Buitenhof of bij Pauw & Witteman? Ik vraag het maar want uw opmerkingen over de journalistiek zijn nogal extreem en generaliserend.

42. Of bedoelde u misschien een door de gemeente Amsterdam verspreide lesbrief, waarin blanke autochtone Nederlanders als racistische moslimhaters werden neergezet? Nee, dat kunt u niet bedoelen, want u heeft het over de media.

43. Welke problemen met nieuwkomers worden opgeblazen? Die rond criminaliteit? Rond eerwraak? Het uithuwelijken van minderjarige meisjes? Het fenomeen van de analfabete importbruiden? Het prediken van segregatie en afkeer van de Nederlandse samenleving in moskeeën en op islamitische scholen? De intolerantie in moslimkringen tegenover homo’s? Als deze problemen zo erg worden opgeblazen, hoe komt het dan dat ook Kamerleden en bestuurders van SP, VVD, PvdA en CDA regelmatig aan de bel trekken over deze onderwerpen?

44. U schrijft dat het leven op sommige plekken, zoals in delen van Rotterdam, niet gemakkelijker is geworden, en dan drukt u zich nogal zacht uit, vindt u zelf. Drukt u zich niet heel erg zacht uit? Denkend aan Slotervaart, de Amsterdamse Kolenkitbuurt, de Haagse Schilderswijk en Transvaal, Tilburg, Gouda, Roermond, Kanaleneiland, Overvecht, Zuilen, driekwart van Rotterdam – gaat het onderhand niet meer om ‘sommige plekken’ maar om ‘veel plekken’?

45. U suggereert dat de voortdurende kritiek op de islam er juist toe leidt dat jonge moslims zich niet willen aanpassen. In uw woorden: ‘De permanente anti-islamcampagne heeft een modderlaag van vernedering gelegd over alles en iedereen die ooit maar afkomstig was uit een moslimland.’ Hoe komt het dat een deel van de moslims in landen als Frankrijk, Groot-Brittannië, Duitsland, België, Spanje en Denemarken, die geen last hebben van Wilders’ modderstroom, zich eveneens afkeert van de westerse samenleving?

46. Wat denkt u van de opvattingen van Christopher Caldwell? Hij stelt in zijn boek De Europese Revolutie dat de immigratie van moslims naar Europa wezenlijk verschilt van eerdere migratiestromen, zowel in omvang als in de bereidheid van de nieuwkomers om zich aan de ontvangende samenleving aan te passen.

47. Caldwell is het niet eens met uw stelling dat we moeten oppassen met ‘vernederende’ kritiek op de islam. Hij waarschuwt juist tegen de ’permanente fatwa tegen de scherpste en scherpzinnigste critici van de islam’. Werkt u juist niet mee aan deze voor onze vrijheid levensgevaarlijke fatwa?

48. U waarschuwt steeds voor rattenvangers. Kent u eigenlijk wel het sprookje van de Gebroeders Grimm over de rattenvanger van Hamelen? Als historicus moet u toch weten dat rattenvangers nuttig werk deden voor de gemeenschap in het tijdperk voor de komst van de riolering en de waterleiding. Weet u dat de problemen in Hamelen pas ontstonden toen de stad weigerde om de rattenvanger voor zijn arbeid te betalen?

49. Als we het toch over rattenvangers hebben: past de term rattenvanger niet veel meer bij de politieke leiders, die onze samenleving jaren lang in slaap hebben gesust met hun multiculturele sprookjes en dooddoeners?

50. U bent nogal een liefhebber van onze vaderlandse geschiedenis. U trekt graag parallellen met het verleden, niet alleen met WO II, maar ook met de 17de eeuw. Jonathan Israel citeert in zijn standaardwerk over de Nederlandse Republiek uit het pamflet Den Schotschen Duyvel van Johan de Wit (de neef van de in 1672 vermoorde regeringsleider). Deze De Wit ging nogal los tegen fundamentalistisch predikanten als Voetius en Lodenstein. ‘Dat noemen jullie vrijheid, de vrijheid om iedereen tot slaaf te maken.’ Bent u het met mij eens, dat deze opmerking nog steeds geldig is, tegenwoordig met name voor de predikers van de fundamentalistische islam?

Bonusvraag 51: Wie zei daar dat in onze schoolklassen niets over deze genocide wordt geleerd?

Carel Brendel is auteur van Het verraad van links. De vijftig nieuwe vragen aan Geert Mak verschenen eerder op zijn website.