Of het nou om aardstraalklunen, piskijken, homeopathie of ayurvedisch oorkaarskleien gaat, de alternatief overtuigde medemens bedient zich ter verdediging van de kwakzalverij van hun keuze van een aantal standaardargumenten. Natuurlijk is discussie in de meeste gevallen zinloos, maar mocht u af en toe de behoefte voelen om kruidenvrouwtjes en mandalavouwers van repliek te dienen dan is deze serie op DeJaap zeg maar helemaal uw ding. We gaan alternatieve dooddoeners debunken! Allemaal even de chakra’s loschanten mensen: we moeten ervoor open staan.
Ziekteverwekkers nuken
Dit lijkt een vermakelijke dooddoener: “Karmisch instralen werkt alleen als je ervoor open staat. Met een negatieve houding kom je nergens.”
Het idee van geneeskunde die alleen werkt als je ervoor open staat is op zich makkelijk onderuit te halen. Wie een blaasontsteking behandelt met correct gebruik van antibiotica zal genezen, ongeacht of je open staat voor de heilzame werking van penicilline. Leve de controleerbare, reproduceerbare resultaten! Gewoon nuken die ziekteverwekkers en het enige wat ‘open moet staan’ is je mond, driemaal daags, om een pilletje in te stoppen.
Maar de openstaan-doctrine heeft een gemene implicatie: wie zijn blaasontsteking behandelt met één of andere kwakzalfmethode zal natuurlijk niet of erg langzaam opknappen en als klap op de vuurpijl ook nog geloven dat het eigen schuld, dikke bult is. Had je maar meer open moeten staan voor het karmisch instralen. Het is een tamelijk middeleeuwse opvatting die de kwakbeliever, behalve met een onbehandelde aandoening, ook nog opzadelt met een schuldgevoel. Ook hier is de vergelijking van kwakzalverij met religie weer snel gemaakt: als het niet gaat zoals jij wil doe je het fout, is je geloof niet sterk genoeg, moet je nog harder je best doen. En zodoende schakel je alle kritisch denkvermogen effectief uit, want twijfel en je komt in de hel!
Kushi Instituut
En dan is een blaasontsteking nog een simpel voorbeeld. Er zijn ook mensen met kanker die glashard te horen krijgen dat die uitzaaiingen hun eigen schuld zijn. Roel van Duijn schreef het schrijnende relaas van zijn ex-vrouw ‘Flora’ (een pseudoniem) en sleepte haar behandelaar, macrobioot van het Kushi Instituut Adelbert Nelissen, voor de rechter. Nelissen isoleerde Flora van haar omgeving en bediende zich nog van de ‘je moet ervoor openstaan’ tactiek toen de vrouw doodziek was van uitgezaaide baarmoederhalskanker:
“Dat denk jij (van Duijn, AN) misschien, maar opereren is nog niet nodig. Nodig is dat zij zich echt aan het dieet houdt en dat jij nu eens macrobiotisch kookt en geen broodjes kaas meer eet. Dáárom heeft onze inspanning geen resultaat opgeleverd.”
De kreet ‘je moet ervoor open staan’ is dus een hele gemene en gevaarlijke dooddoener, en niet geheel toevallig één van de populairste kreten in alternatiefland. Het maskeert het falen van kwakzalverij niet alleen, het legt de schuld van het falen ook nog daar waar die nooit thuishoort: bij de patiënt.