Alles is kapot. Wist u dat al? En wist u ook al wat daar de positieve kant van is? Afgaande op de kop van dit artikel kunt u misschien raden op welke positieve kant ik doel. Maar eerst even iets over hoe dat heeft kunnen gebeuren. De oorzaak ligt in de 12e en 13e eeuw: toen ontstond een internationale economie gebaseerd op een onaantastbaar geloof in groei. In de 12e eeuw begonnen de Italianen goudstukken te slaan, nadat ze dit goud hadden verkregen door handel met de Arabieren. Een internationale betaalstandaard was ontstaan.
In de 13e eeuw ontstonden de Hanzeroutes op de Oostzee, later uitgebreid tot aan Nederland. Een eerste aanzetje tot een globale economie: verschillende landen handelden snel en gecoördineerd met elkaar. Naast de goudstandaard en internationale handel ontstond in die tijd ook schuld op de handelsbalans. Voorheen was het voldoende om als land een sterkere economie te hebben dan andere landen. De economie groeide weliswaar gelijk met de bevolkingsgroei, maar voor machthebbers was nationale groei ten koste van de groei van andere landen het relevantst. In de 13e eeuw, met internationale handel en een goudstandaard, ontstond ineens een gezamenlijk belang: groei van de wereldeconomie. Om te groeien moet je lenen. De groeieconomie is een schuldeneconomie. In de Gouden Eeuw werd door de Nederlanders de 2000 jaar oude leus “De cost gaet voor de baet uyt” in herbruik genomen en werd de effectenbeurs uitgevonden om de VOC te financieren: een uitvinding waarmee je nóg sneller en effectiever jezelf in de schulden kunt steken. De schuldeneconomie kwam op verschillende momenten heftig tot uitbarsting. De gebeurtenissen van 1929 waren niet heftig genoeg om het geloof in schulden en groei op te geven. Die van 2008 en 2012 wel? Voorlopig wijst niets daarop.
Het publieke domein is kapot
Het grote dempen van de ene put door het graven van de andere is namelijk begonnen. De oorlogskas van de Europese regeringen is gevuld met genoeg geld om, na Griekenland, nóg een land te hulp te schieten. Dat zal Spanje zijn, waarna er een nieuwe oorlogskas wordt volgestort om Italië, Cyprus en Ierland te redden. Er wordt met geld gesmeten zonder de fundamenten van de groeieconomie onder de loep te nemen. Griekenland heeft austerity measures opgelegd gekregen door Europa en kan nu óf failliet gaan, óf alles afbetalen. In beide gevallen verandert er niks in de fundamenten, behalve het de nek omdraaien van de publieke sector. Als u nog eens niks te doen heeft op een druilerige zondagmiddag, lees dan dit paper (PDF) van Paul Mizen die al in 2008 schreef dat we niks geleerd hebben van de credit crunch en dat er geen grote beleidsveranderingen zijn ingezet om een nieuwe klapper te voorkomen.
Het is nu 2012 en Mizen heeft gelijk gekregen. In Nederland, bijvoorbeeld, waar we zes financiële instellingen hebben overladen met miljarden door de staatskas te plunderen: het dempen van de ene put door het graven van de andere. Wat is er daarna in Nederland aan beleidsveranderingen ingezet om een nieuwe klapper te voorkomen? Niets. Wat verscherpt banktoezicht wellicht: als je nu van je eigen geld een risicovol product wil kopen heb je ineens de betuttelpolitie van het AFM in je nek. Verder is er niks veranderd. Net als in Griekenland veranderen de fundamenten niet, maar het publieke domein wel. Om al die geplunderde Europese staatskassen weer te vullen, moeten de belastingen omhoog en de uitgaven omlaag. Dat eerste is een verschrikkelijk idee, dat tweede is fantastisch.
Minder overheid
Twee weken geleden registreerde ik www.vandaaggratisbiermorgenzienwewel.nl en liet het doorlinken naar de website van de PvdA. Het ging al snel viral via Twitter en Facebook en binnen een paar dagen hadden honderdduizend mensen op de link geklikt. Ik lachen. Het liet zien dat we het beu zijn, en dat we cynisch zijn. We zijn het beu omdat we zelf, binnen de organisaties waar we werken, binnen onze huishoudens of binnen ons bestaan als ZZP’ers, wél zuinig moeten zijn en bij voorkeur uitgaven moeten doen die later weer iets opbrengen. In alle hoeken en gaten van de economie moeten we rendabel zijn. Ons geld moeten we daar inzetten waar het rendabel is en weghalen waar het onrendabel is. We zijn het beu dat van elke realiteit losgezongen politici ons geld uitgeven aan onrendabele zaken als ambtenaren, uitkeringen en cursussen hoofddoekjesvouwen. We zijn er cynisch over als politici ons gouden bergen beloven. Voor die gouden bergen is eerst een Interdepartementale Werkgroep van ambtenaren nodig die met een ‘visiedocument’ probeert te ‘borgen’ dat er ‘intercultureel draagvlak’ is voor een ‘pilot’ met één gouden berg. Als je de overheid beu bent, kun je twee dingen doen. De progessieveling wil de overheid dan hervormen, en de liberaal wil de overheid dan terugdringen. Ik ben voor terugdringen, zeker nu de tijd daar rijp voor is.
Door de schuldencrisis zijn we al lang bezig de overheid terug te dringen. Het publieke domein wordt al kleiner, omdat we in onze uitgaven moet schrappen. Laten we de ambtenarij, het uitkeringsstelsel, de zorg en defensie eens aanpakken, om te beginnen. Minder ambtenaren betekent minder regeltjes en dus meer vrijheid. Inkomstenbelasting verder omlaag zodat er ook meer bestedingsvrijheid voor consumenten ontstaat: de enige motor achter economische groei die niets met schulden te maken heeft. Indien u wel eens naar het nieuws op de publieke omroep kijkt weet u dat nieuwsitems over bezuinigingen altijd gepaard gaan met een dreigende voice-over, een lage bromtoon en shots van onrendabele, zielige mensen. Dat zouden in de toekomst shots van lachende mensen moeten zijn met heel veel eigen geld in hun eigen zakken. Blij met alles dat kapot ging in 2012.
Pieter Rietman (1983) is ondernemer en D66’er.