Een tijdje was ik het disproportionele aandeel van die dekselse islam in de media ontvlucht. Een reis naar Portugal. Mijn dokter had me dat aangeraden. Blackberry uit, laptop uit, u kent dat. Vlak voor mijn vertrek hoorde ik van de film van studente Sofie Peeters: Femme de la rue. Gezien de media-aandacht die ze vervolgens heeft gekregen, was De wereld van Sofie ook een goede titel geweest. Ik kon voor mijn vertrek nog net de trailer meepikken, en die zag er veelbelovend uit. Bij mijn terugkomst heb ik dan de volledige film en Peeters’ media-optredens bekeken, alsook de modderstroom aan mediacommentaren beluisterd en gelezen.
Leve het internet
De propaganda-oorlog rond het ‘duiden’, het ‘vinden van oorzaken’ en het ‘aandragen van oplossingen’ was losgebarsten. De gekende giga-kloof is wederom komen bovendrijven: die tussen de politiek correcte mainstream media, academici en traditionele politici enerzijds, en de burger anderzijds. ‘Henk en Ingrid’ in Nederland en ‘Mark en Mia’ in Vlaanderen zoeken noodgedwongen hun toevlucht op allerhande niet-politiek correcte blogs, nieuws- en websites. Leve het internet, denk ik dan: het weerhoudt deze mensen ervan de studio’s van de NOS/VRT in de as te leggen.
Islamitische Arabieren
Voor de meeste mensen – iedereen die wel eens in een grootstad rondloopt, de feitelijke berichtgeving leest of zich via niet-politiek correcte kanalen informeert – is de film niet wereldschokkend. Dat toont ook de stortvloed aan van reacties van vrouwen/meisjes die zich in Sofie Peeters herkennen. Islamitische Arabieren vallen vrouwen lastig. Punt. Dat weet iedereen. Ik maakte het mee op de lagere school. Ik maakte het mee toen ik met mijn vriendin ging zwemmen in een openluchtzwembad. Ik maakte het mee toen ik met mijn zus naar de bioscoop ging. Mijn ouders maakten het mee toen ze in de stad gingen winkelen. Een vriendin maakte het mee op de tram. Ieder meisje in mijn omgeving heeft het minstens één keer meegemaakt of kent minstens één meisje of vrouwelijk familielid dat werd lastiggevallen door islamitische Arabieren. Kortom: tenzij je de laatste twintig jaar op Mars hebt geleefd, ben je ervan doordrongen: islamitische Arabieren vallen – al dan niet schaarsgeklede – en – al dan niet westerse – vrouwen lastig. Alvorens u in een politiek correcte kramp schiet: neen, uiteraard doen niet àlle islamitische Arabieren dat. Zoals natuurlijk ook niet àlle moslims jihadisten zijn. Het zou eraan mankeren, nietwaar?
Als religie verpakte ideologie
Maar – en nu komt de crux -, net zoals moslims disproportioneel vaak terroristische (zogenaamde ‘jihadistische’) daden plegen (reeds meer dan negentienduizend sinds nine eleven), net zoals moslims veel vaker antisemitische sentimenten koesteren, net zoals moslims oververtegenwoordigd zijn in onze gevangenissen en net zoals mohammedanen veel vaker schizofreen gedrag vertonen, zo vallen islamitische Arabieren ook disproportioneel vaak vrouwen lastig. Bij ons zijn de daders doorgaans islamitische Arabieren, in het Verenigd Koninkrijk vormen de zogenaamde ‘Muslim paedophile grooming gangs’ (verkrachters van minderjarige blanke meisjes) een groot probleem, en daar zijn het steevast islamitische Aziaten. In Scandinavische landen zijn lieden met een islamitische achtergrond dan weer oververtegenwoordigd in de verkrachtingscijfers. En zo vormt die dekselse islam(itische cultuur) steeds opnieuw een gemeenschappelijke factor als het gaat om het lastigvallen, uitschelden en/of verkrachten van (onze) vrouwen. Zou er dan toch iets fundamenteel fout zijn aan die als religie verpakte ideologie, die haar stempelt drukt op de islamitische cultuur? Of is het louter een gevolg van het feit dat al deze islamitische lieden zogenaamd ‘sociaaleconomisch achtergesteld’ zijn?
Aanranding op het Tahrirplein
Het doet me denken aan het onderzoek van onderwijsspecialist Jaap Dronkers. Die toonde aan dat, bij gelijk sociaaleconomisch niveau, islamitische Aziaten en Arabieren (doorgaans moslim) het in onze scholen heel wat slechter doen dan niet-islamitische Aziaten. Dronkers’ conclusie, die iedere ervaringsdeskundige in het onderwijs natuurlijk al lang aanvoelde: Chinezen en Japanners doen het beter dan Europeanen, die het op hun beurt beter doen dan moslims. Ook Joden, die disproportioneel veel Nobelprijzen in de wacht slepen (moslims disproportioneel weinig), excelleren. Met andere woorden: It’s the culture, stupid! Zo ook met het lastigvallen van vrouwen. Westerse journalistes zoals Lara Logan, die op het Tahrirplein door honderden Egyptische moslims tegelijkertijd werd aangerand, kunnen er van meespreken. En daar hingen géén billboards met halfnaakte vrouwen. Het vrouwonvriendelijke gedrag van moslims in onze contreien wijten aan onze ‘doorgeslagen vernaaktisering of pornoficatie’, is dan ook van de pot gerukt.
‘En de Joden dan?’
Ik hoor het u al zeggen: en die ultraorthodoxe Joden dan, die in Jeruzalem een meisje bespuugden omdat ze ‘onzedig’ gekleed zou gaan? Deze door de anti-Israëlische media disproportioneel opgeblazen uitzondering bevestigt de regel: heel Israël, van links naar rechts, stond in rep en roer, de überkritische pers schreef er duchtig op los, en de Israëlische regering kon niet hard genoeg schreeuwen hoezeer dit gedrag niet wordt getolereerd en dus zal worden aangepakt. Kom daar eens om in een islamitisch land. Bovendien is wat daar gebeurt, ‘kwalitatief’ noch kwantitatief te vergelijken met het lot van vrouwen in islamitische landen.
Sociaaleconomisch mantra van de culturele marxisten
Terug naar onze contreien, want ook het weerleggen van de sociaaleconomische mantra van de culturele marxisten is een fluitje van een cent. Ik heb bijvoorbeeld nooit meegemaakt dat mijn vriendin, zus, moeder, of andere vrouwen/meisjes in mijn omgeving klaagden dat ze door ‘sociaaleconomisch achtergestelde’ Joden, hindoes, sikhs, boeddhisten, SGP’ers of anderszins werden lastiggevallen. Deze ‘inconvenient truth’ mag in de mainstream media echter niet hardop worden gezegd. Ook Sofie Peeters kreeg het enigszins benauwd toen ze moest toegeven dat het vrijwel altijd ‘allochtonen’ zijn. De arme studente “zit in met het effect dat haar documentaire teweegbrengt” en vernoemt de ‘Sofie Peeters is een hoer’-reactie van Sharia4Belgium in één adem met die van het Vlaams Belang en de PVV. Ze is dus totaal verknipt, en de media smullen ervan. Ik zou haar via deze weg dan ook willen vragen: Sofie, maak je hetzelfde mee als je door een arme Jodenbuurt loopt? Of door Chinatown in Antwerpen?
Koffieklets
Potsierlijk was de uitzending van Terzake, waarin Kathleen Cools werkelijk zat te bibberen op haar stoel. Zelden heb ik Cools met zulke lange tanden zien presenteren. In hun viereneenhalve minuut durende koffieklets hadden Cools en Peeters het dan ook meer over de angst te ‘stigmatiseren’ en ‘racist’ te worden genoemd, dan over het probleem en de daders zélf. Alvorens Peeters’ film te starten praatte Cools zichzelf nog wat moed in: “Het is geen evident debat, maar we zullen het voeren.”
Hoezo, geen evident debat? Het debat over de losse handjes van voormalig mediafiguur en politicus Pol Van Den Driessche was voor de VRT blijkbaar heel wat evidenter. Van Den Driessche werd genadeloos afgemaakt, hij werd gelyncht. Maar hij heeft dan ook geen kleurtje en is geen moslim. Hij is, net zoals Dominique Straus Kahn, een blanke man in een machtspositie die de postmoderne westerse feministen, zichzelf op de borst kloppend en met behulp van de politiek correcte media, eens flink de les durven te spellen.
Vrouwenquotum
Studio 100-baas Gert Verhulst, die zich in een lang interview liet ontvallen ‘feminisme’ “een vreselijk woord” te vinden omdat “de slinger in de verkeerde richting is doorgeslagen,” daaraan geërgerd toevoegde dat “vrouwen tegenwoordig niet meer kunnen koken en daar nog trots op zijn ook,” en tot slot stelde dat als de overheid een vrouwenquotum zou opleggen inzake kaderfuncties, hij “morgen met dit bedrijf stopt”, haalde de woede van Groen!-Kamerlid en mensenrechtenexperte Eva Brems over zich heen. “In wat voor wereld lééf jij, Gert?”, vroeg Brems zich af.
Onze eigen schuld
Sofie Peeters, Kathleen Cools, Eva Brems: postmoderne vrouwen, alle drie in hetzelfde bedje ziek. Ze staan op de bres voor vrouwonvriendelijke symbolen bij uitstek, zoals de hoofddoek of zelfs de nikab en de boerka, en wijten vrouwendiscriminatie door moslims (in de eerste plaats) aan sociaaleconomische factoren en aan de ‘doorgeslagen’ seksuele moraal in het Westen. Het is dus onze eigen schuld. Zo prudent en behoedzaam ze te werk gaan bij het ‘duiden’ van het lastigvallen van vrouwen door ‘allochtonen’, zo fel gaan ze tekeer als iemand ‘uit het eigen nest’ een vrouw lastigvalt of, zoals in het geval van Gert Verhulst, zijn gezond verstand inzake ‘feminisme’ laat spreken.
Hollaback! Brussels
En dan zijn er nog de antidiscriminatiegroepen, zoals de beweging tegen seksisme op straat ‘Hollaback! Brussels’, die niet moe worden te herhalen dat “het gebeurt door verschillende soorten individuen, ongeacht hun culturele achtergrond of hun sociale status in de maatschappij”.
Hun angst om zélf te ‘discrimineren’ is zo groot dat ze dadergroepen niet durven te benoemen. Als Pol Van Den Driessche vrouwen lastigvalt is ‘hij een geilaard die zijn status misbruikt’, als moslims vrouwen lastigvallen en letterlijk stellen (onze) vrouwen als grof wild te zien, is dat omdat het ‘hangjongeren zonder status zijn’ (wat uiteraard ook onze schuld is) ‘die zich vervelen’.
Multikul-pretgazet
De zogenaamde gematigde moslim Hassan Rahali (SP.a’er en filmmaker uit Molenbeek) die in Terzake in verhakkeld Nederlands zijn zalvend zegje mocht komen doen, concludeerde op het eind (meer dan tien minuten lang een masker ophouden bleek te moeilijk) dat “cultuur geen rol speelt” en dat “de verantwoordelijkheid ook bij de vrouw ligt”. De postmoderne feministen bevinden zich dus in goed gezelschap. Maar zelfs Elma Drayer, die we moeilijk van dat soort postmodernisme kunnen verdenken, slaagt erin om in haar column – die ze schreef op vraag van de Vlaamse multikul-pretgazet De Morgen – het woord ‘moslim’ of ‘islam’ niet één keer te vermelden. Zelfs zij mijdt dus de fundamentele vraag waarom de daders nooit pakweg (sociaaleconomisch achtergestelde) Joden of Chinezen zijn. Of mocht ze niet van De Morgen?
Fluitende bouwvakkers
Tot slot: wat het ‘bouwvakkerargument’ betreft, geponeerd door onder andere columnist Steven De Jong in NRC Handelsblad, de Nederlandse variant van de multikulpretgazet De Morgen, kan ik het niet beter verwoorden dan dit blanke Nederlands meisje, dat vanzelfsprekend symbool staat voor héél véél westerse meisjes: “Nou, duizend keer liever een ‘goedemorgen schoonheid’ van een grijnzende Hollandse bouwvakker dan de ‘psst, hoertje’ van een gefrustreerd-geile Mocro die veel te dicht bij komt en zijn hijgende asem langs je nek naar beneden laat glijden.”
Men ziet de film van de brave Sofie Peeters als taboedoorbrekend, maar dat is hij niet. Het écht taboe blijft overeind: dat de minachting voor vrouwen (net zoals het antisemitisme) ingebakken zit in de islamitische cultuur.
Sam van Rooy is medewerker van de studiedienst van het Vlaams Belang en publicist. Hij is samensteller en auteur van ‘De islam. Kritische essays over een politieke religie’ (2010) en ‘Europa wankelt. De ontvoering van Europa door de EU’ (2012).
Noot van de redactie: u bent van harte uitgenodigd een reactie op dit artikel in de vorm van een opiniestuk in te zenden. Gebruikt u de commentaarpanelen alstublieft voor serieuze discussie.