ThePostOnline

Op stap met de enige Nederlandse militair in Mali

29-11-2013 12:24

Eén Nederlandse militair is al uitgezonden naar Mali: Maurice Piëtte. Hij maakt deel uit van een EU-trainingsmissie. Al ruim een maand loopt de sergeant-majoor rond in het Malinees legerkamp in Koulikoro, een stadje anderhalf uur rijden ten noorden van de hoofdstad Bamako. Hij zwaait naar de wasvrouwen onder de bomen en vraagt “Ca va’?” Trots toont hij de vele café’s op het complex met namen als “Malaria Bar’. Aan de oever van de brede en traagstromende Niger ondersteunt hij als enige Nederlander zijn 550 collega’s afkomstig uit 23 Europese landen die deel uitmaken van de Trainingsmissie van de Europese Unie, afgekort EUTM. Die moet werken aan de “capaciteitsverbetering” van het 13.000 man sterke Malinese beroepsleger.

Referentiekader

Sergeant-majoor Maurice Piëtte (49) wijst naar een groep Malinese militairen voor hun groene tenten achterop het complex. “Ze zijn fanatiek en geen domme jongens. Alleen is hun referentiekader wat anders dan bij ons. Je kunt met Afrikanen geen strakke afspraken maken.” En voor een goede strategie is juist die strakke planning en exacte uitvoering van levensbelang. Bij de opmars van de islamistische rebellen, samen met opstandige Toearegs vorig jaar, zetten de manschappen het direct op een lopen. In januari voorkwam snel ingrijpen van Franse strijdkrachten de capitulatie van de hoofdstad Bamako.

Een herhaling van het debacle moet dus worden voorkomen. Vandaar dat bataljons (zo’n 720 man sterk) nu een tien weken durende cursus volgen gegeven door Europeanen.

Force Protection

De Brabander Piëtte is betrokken bij het organiseren van de ‘force protection’. De 150 trainers worden namelijk beschermd door een cordon van 250 man dat het kamp beveiligt en bescherming biedt buiten de poort. De militair, die ook negen jaar politieagent was, werkt normaal bij de 414 CBRN (Chemische-, Biologische-, Radiologische- en Nucleaire) verdedigingscompagnie uit Oorschot, dat gespecialiseerd is in rampen- en terrorismebestrijding. Hij gaf zich op als vrijwilliger en mocht gaan. Hij toont zijn stapelbed, de foto’s van zijn gezin. Op de plank ligt het volle pakje condooms dat alle VN-militairen standaard krijgen uitgereikt op missie. Bij een rondgang over het complex wijst hij op huisjes zonder ramen en met alleen een metalen deur. “Cachots-cellen voor stoute soldaten. Soms zitten er mensen in. Dat kennen ze hier nog, wijzelf alleen van heel lang verleden.”

Voelt hij zich niet eenzaam als enige Nederlander? Nee, niet echt want zijn directe collega’s zijn Vlamingen. “Als zuiderling heb ik daar makkelijk een klik mee.” De zuiderburen hebben naast het gebouw enkele banken getimmerd. s’ Avonds wordt bier gedronken of video gekeken.

Toen dit voorjaar Nederland vanuit Brussel om een bijdrage werd gevraagd voor de EUTP werd dit niet gehonoreerd. Piëtte mocht wel gaan om zo in ieder geval een Nederlandse vertegenwoordiger te hebben. Nu zijn er meer Nederlanders niet nodig. Piëtte: “Iedereen doet hier nu zijn ding. Het is een rijdende trein. Het is vol.” Het gevolg is dat de bijna vierhonderd Nederlandse militairen die het kabinet Rutte-II nu wil sturen, automatisch meer risico zullen moeten nemen. Er is nu alleen nog maar plek in het noorden, het terrein van de rebellen, droogte en hitte.

Bermbommen

Over de voorgenomen uitzending van de Nederlandse militairen neemt de regering vrijdag een beslissing. De anders spraakzame Maurice Piëtte wil er geen uitspraak over doen. Wel heeft hij wat tips: “Er zijn hier veel muskieten, dus zorg voor een goed muskietennet en slik malariapillen. Drink veel, want je zweet je helemaal leeg in het begin. En hij wil kwijt dat hij zich in het zuiden van Mali weinig zorgen maakt. Hoewel ook hier iedereen met beveiliging de poort verlaat. “In het noorden moeten ze rekening houden met zelfmoordaanslagen en bermbommen.”

Meer lezen van Arnold Karskens? Neem een abonnement!