Weten & Tech

Over karikaturen, schoonheid en herkenning

19-01-2010 17:16

Wat maakt iemand aantrekkelijk? Wat maakt een karikatuur? Waarom is het lastig van een aantrekkelijk persoon een karikatuur te maken? Waaraan wordt een menselijk gezicht herkend? Op al deze vragen krijgt u in dit stuk een gedeeltelijk antwoord. Herkenning, karikaturen en aantrekking hebben met elkaar te maken. We beginnen met een vraag. Welke van deze heren vindt u het meest aantrekkelijk?

Evolutie

Waarschijnlijk vindt u het gemiddelde van de partijleiders (rechts) aantrekkelijker dan de de individuele partijleiders. Het blijkt in het algemeen dat een gemiddeld gezicht relatief aantrekkelijk wordt gevonden. Dat zegt lang niet alles over aantrekking, want grote lippen zijn bijvoorbeeld niet gemiddeld, maar kan door een subgroep liefhebbers juist erg mooi gevonden worden. Over het nut daarvan kan gespeculeerd worden, maar het lijkt plausibel dat het evolutionair gezien een stabiel systeem is. Het ras houdt zichzelf zo in stand. Als namelijk grote neuzen het nieuwe schoonheidsideaal zouden zijn, dan zouden de grote neuzen zich meer voortplanten en het ras op den duur een grotere neus krijgen. Totdat het onpraktisch zou worden en daardoor overlevingskansen zou beperken.

De volgende vraag: herkent u onderstaande lieden?

Als het goed is, herkent u deze lieden uitstekend. Misschien zelfs beter dan de bovenste serie foto’s. Het blijkt namelijk dat een milde karikatuur sneller herkend wordt dan het origineel. Dat zegt iets over herkenning. Maar wat maakt een karikatuur? Een karikatuur is een overdrijving van de afwijkende gezichtskenmerken. Dus is uw neus groter dan gemiddeld, dan zal de karikatuur een nog grotere neus hebben. Staan de ogen dichter bij elkaar dan gemiddeld, dan is dat nog meer het geval in de karikatuur. Het blijkt dat bij mensen vooral de verschillen ten opzichte van een gemiddeld gezicht bepalend zijn voor herkenning. De suggestie is dat gezichten in dat format worden opgeslagen in het brein (een analogie met beeldcompressie overigens). De herkenning op basis van afwijkende kenmerken verklaart ook waarom het moeilijker is om een karikatuur te maken van een gezicht zonder uitgesproken trekken dan mét. Immers, als er niks afwijkt van het gemiddelde dan kan je ook niks overdrijven en dus geen karikatuur maken.

Rassenleer

Dan nog even over het gemiddelde, de referentie waarmee wordt vergeleken ter herkenning en voor het maken van de karikatuur. In het westen zal het zijn afgeleid van het westelijk ras, ofwel Kaukasisch ras. Maar in Japan bijvoorbeeld zal men een heel andere referentie hebben, namelijk het Japans gemiddelde. Een Japanner zal daardoor een andere karikatuur maken van Balkenende dan een westerling, omdat hij Balkenende met zijn eigen Japanse referentie vergelijkt, en niet met het westers gemiddelde. Alle westerlingen lijken daarom aanvankelijk ook op elkaar voor die Japanner (en omgekeerd). Maar als de Japanner zich meer onder westerlingen begeeft, zal ook hij een westers gemiddelde leren. Daarmee zal de Japanner westerlingen uit elkaar kunnen houden, en zal ook zijn karikatuur van Balkenende meer gaan lijken op die van een westerse karikaturist. Om de verschillen tussen de gemiddelde Japanner en de gemiddelde westerling te verduidelijken, zijn ter lering ende vermaeck de bovenstaande heren door de transformatie Kaukasisch-naar-Japans heen gehaald (zie resultaat onder).

Er valt veel meer over te zeggen (hele proefschriften zo u wilt), maar dat laat de ruimte hier niet toe. Nog een toegift dan, omdat het kan. De bovenstaande beelden zijn gemaakt met online tooling van de universiteit van Aberdeen in samenwerking met een paar andere groepen (faceresearch.org), en daar kan je veel meer mee. Je kan de Paus mengen met de Groot-Moeftie, je kan het kind van Marianne Thieme met Jan Marijnissen voorspellen, en bepalen of de gemiddelde VVD-er knapper is dan de gemiddelde PvdA-er. In dit geval heb ik me beperkt tot het mengen van Balkenende en Bush, het verkneden van Bos tot een negroïde vrouw, en het mannelijker maken van Rouvoet.

Voor referentie: het werk van Prof. David Perrett en de groepen die gerelateerd zijn aan faceresearch.org. Dit is uiteraard geen complete lijst.