Mart Smeets. Vermoedelijk zit meneer over zestig jaar nog steeds vrolijk Studio Sport te presenteren, als de winterspelen pakweg in Dubai gehouden worden. Smeets lult er wel een punt aan.
Want Smeets is Smeets, en de rest van de mensheid kan dan ongezien doodvallen, of je nou Sven of Irene heet, uiteindelijk draait het om Smeets. Mag dat zo gezegd worden, ja dat mag zo gezegd worden. Je hebt de wereld, je hebt de Olympische Winterspelen, en je hebt Mart Smeets. Zoek het verband.
‘Weet u nog, Jean-Claude Killy in Grenoble?’ Nee, ouwe zak, dat weet ik niet, net zo min als ik dat gezever over vroeger over de Tour de France steeds slechter ga trekken. ‘Weet u nog het was 1967, de tijdrit in Saint Etienne, toen Jan Janssen lek reed op de Boulevard Charles de Gaulle….’; het is gekmakend.
Laten we iets met elkaar afspreken. Oude, bejaarde mannen pesten en zwart maken is niet aardig. Dat zij ons pesten is ook niet aardig. Daarom moet opa Mart uitgefaseerd worden. We gunnen hem de ‘grand depart’ van de Tour in Rotterdam, maar dan is het mooi geweest. Moet kunnen toch?