Met Tweede Kamerverkiezingen in aantocht en de gigantische bezuinigingen waar Nederland voor staat, staat ook de Eerste Kamer onder druk. Onder andere GroenLinks stelt in haar concept-verkiezingsprogramma voor de Eerste Kamer af te schaffen. Het zou een beter bestuur in Nederland opleveren, en bovendien scheelt het ook wat geld. Dat is een uitstekend idee.
Invloed van de koning
Vaak wordt gezegd dat de Eerste Kamer dient voor contemplatie. Wetten worden rustig bekeken, nogmaals bekeken, zonder de politieke waan van de dag. Wetten worden tegen de Grondwet aangehouden, door mensen die ook nog eens midden in de maatschappij staan. Eerste Kamerleden doen hun achtenswaardig werk immers slechts één dag per week. De Eerste Kamer heeft dan wel geen amendementsrecht, maar wijzigt tegenwoordig wel wetten door middel van novelles. Want de Tweede Kamer doet haar werk blijkbaar niet goed. En de Senaat moet toezien op de kwaliteit van wetgeving en de controle van de regering.
Deze an sich steekhoudende argumenten gaan echter voorbij aan de ontstaansgeschiedenis van de Eerste Kamer. Die is namelijk niet gesticht om de kwaliteit van de wetgeving te controleren. De Eerste Kamer is in 1815 opgericht om de Koning meer invloed te geven. De Tweede Kamer werd immers gekozen door de provincies. De Eerste Kamer werd door de Koning zelf benoemd. Later, in 1848 werd de Eerste Kamer een zoethoudertje voor de regio. Waar ooit de Provincies en haar Staten allesbepalend waren in Nederland, kregen ze nu een bijrolletje als kiezer van de Eerste Kamer.
Zapservice
De Eerste Kamer is dus nooit bedoeld voor contemplatie. Het is een overblijfsel van ingewikkelde staatkundige compromissen uit de 19e eeuw, met wat invloeden uit Amerika en Engeland. Als vertegenwoordiging van de Nederlandse regio’s slaat zij ook nergens meer op. Behalve wat zelfbedachte culturele verschillen en streektalen is Nederland van Vaals tot aan Stavoren wel ongeveer hetzelfde. In een echt federaal land als Duitsland heeft zo’n regionale vertegenwoordiging wél zin, in een minilandje als Nederland heeft dat een enkele functie meer.
De haalbaarheid en uitvoerbaarheid onderzoeken, daar hebben we de Raad van State voor. Een constitutionele toetsing door de rechter zit al bijna in de Grondwet. De contemplatie waar voorstanders van de Senaat over spreken, hoor je in de Tweede Kamer te doen. Dat kan prima, als politici hun mindset maar veranderen. Dan moeten ze debatteren over de inhoud, niet om een quoteje in de zapservice van Pauw en Witteman te krijgen. Dan moeten ze betogen houden, in plaats van irrelevante Kamervragen stellen. Politici moeten dus niet, zoals nu, de kiezer onderschatten. Stoppen met doen alsof de kiezer anno 2010 zo stom is in de goedkope publiciteit van Kamervragen te trappen. Als politici dát aandurven, kan de Eerste Kamer gewoon afgeschaft worden. Misschien toch maar even wachten dan.
Huub Bellemakers is eigenlijk tegen staatkundige veranderingen, maar in één nacht van voorstander naar tegenstander van de Senaat gegaan.