Er lopen mensen rond (zat mensen) die beweren dat de wereld in de greep is van een machtige klimaatlobby. Mensen die ons op de mouw willen spelden dat de wereld naar de klote gaat, die ons willen bangmaken, die ons onze vrijheid willen afpakken, die onze banen in gevaar brengen. En dat terwijl er niets aan de hand is. De zon komt op, de zon gaat onder; pak lekker de auto naar de slager. Deze mensen zijn dan ook maar wat blij dat anderhalve wetenschapper en een paardenkop vraagtekens plaatst bij de bevindingen van het internationale platform voor klimaatverandering, het IPCC. ‘Zie je wel!’ roepen zij, zich verkneukelend over het feit dat de wereld niet naar de knoppen gaat. Dat zijn allemaal leugens van de klimaatlobby.
Dat laatste is op zijn minst een vreemde gedachte. Dat komt al snel aan het licht als we de balans opmaken van wat de belangen zouden kunnen zijn van klimaatlobbyisten tegenover die van de klimaatsceptici.
IPCC en boomknuffelaars
De klimaatwetenschappers van het IPCC betogen dat de aarde opwarmt door toedoen van de mens. Dit zal een klimatologische verschuiving tot gevolg hebben, die het ecosysteem op aarde ingrijpend zal veranderen. De ondertoon is, dat dit niet zo best is en eigenlijk beter een halt kan worden toegeroepen.
De volgelingen van deze opvatting (boomknuffelaars) willen meer bomen om te knuffelen, meer beestjes en meer frisse lucht. Dat mag ten koste gaan van biefstuk op zondag, kip op maandag, worst op dinsdag, karbonade op woensdag, braadlap op donderdag, kroket op vrijdag en tonijn op zaterdag, dat mag ten koste gaan van vliegvakanties naar Ibiza, van Hummers en Quads, van snelwegen door de Biesbosch. Hier komt geen financieel belang aan te pas. Sterker nog: de economie moet een tandje lager om de planeet te redden.
Sceptici en Hummers
Klimaatsceptici zijn van mening dat er vraagtekens zijn te plaatsen bij de invloed van de mens op de klimaatverandering. Vanuit wetenschappelijk perspectief is dit natuurlijk valide, scepsis is ononbeerlijk voor wetenschappelijke waarheidsvinding. Aanhangers van de klimaatsceptici willen doorgaan hoe het nu gaat. Lekker de kinders met de auto naar school, met je Hummer door de duinen crossen en met het vliegtuig op vakantie, twee plasmatv’s in huis en elke dag vlees eten.
Gelet op de belangen die beide kampen vertegenwoordigen kan maar één conclusie worden getrokken: als er al sprake is van een lobby, zal die moeten worden gezocht onder de sceptici, niet onder de leden van het IPCC. Immers, de oliemaatschappijen zitten niet op duurzaamheid te wachten, de industriële landbouw niet op milieuwetgeving, de voedingsmiddelenindustrie niet op gezond eten van de boer uit de buurt, de bouwsector niet op minder wegen.
Karretje
Voor het karretje van welke machtige lobby heeft het IPCC zich laten spannen? De gigantische groenestroomindustrie soms? Of de producenten van zonnepanelen, ook al zulke grote spelers? Laat ons niet lachen. Oliemaatschappijen, -staten en Rusland, zijn een heel wat aannemelijker bad guy dan mensen die graag een merel in de tuin willen.
Jezelf krampachtig vastklampen aan de strohalm van de klimaatsceptici is vergelijkbaar met blijven geloven in het creationisme. Het is namelijk ook niet te bewijzen dat de wereld niet door God is geschapen en dus zijn al die evolutiebiologen enge lobbyisten van de duivel, zelfs al dragen honderden wetenschappers al decennia bewijs op bewijs aan voor de evolutie. Kop in het zand en niet zelf logisch nadenken, maar vooral nablaten dat de aarde echt niet door de mens gesloopt kan worden.