Media-inhoud is gewelddadig. Al jaren maken mensen zich zorgen wat agressieve cartoons, games en muziekjes met mensen doen. Nu kan daar een nieuw genre aan toegevoegd worden: reality TV. Onderzoek laat zien dat ook dit relatief nieuwe genre vol zit met geweld. Meer zelfs dan normale televisie.
Amerikaanse communicatiewetenschappers onderzochten hoe de hoeveelheid geweld en context van dat geweld verschilt tussen reality TV en niet-reality-TV. Onder dat laatste verstaan ze fictie. Het ging om Eastenders, Coronations Street, ER, The Vicar of Dibley en Torchwood. De onderzochte reality-programma’s waren Big Brother, Airline, Grease is the Word, American Idol en The Apprentice. Van alle programma’s werd tien uur geanalyseerd, op basis van vooraf opgestelde codes waarmee agressie kan worden gemeten.
De resultaten laten zien dat er vooral veel relationeel geweld is en dat – opmerkelijk – vrouwen daar vaker de aanstichter van zijn. Er is meer relationeel geweld in reality-TV te zien dan in ‘gewone’ televisiefictie: 25,13 keer per uur tegenover 20,62 (dat verschil is statistisch significant). Onder relationeel geweld verstaan de onderzoekers zaken als roddelen en sociale uitsluiting. Op basis hiervan concluderen zijn dat reality gewelddadiger is dan fictie – zoals kort de bocht samengevat in dit wetenschapsnieuwsitem. Dat is op zijn zachtst gezegd opmerkelijk, want fysieke agressie komt 3,35 keer per uur voor in televisiefictie, maar slechts 0,33 keer per uur in reality-TV.
Hoe dan ook is het wachten nu op de oproepen voor een hek om reality-TV.
De studie staat in het wetenschappelijke tijdschrift Journal of Broadcasting & Electronic Media. Het abstract is hier gratis in te zien, voor het artikel is bibliotheektoegang nodig.
