In de aanloop van deze verkiezingen ging menig tafeldiscussie bij De Wereld Draait Door over de vraag: ‘Is Nederland na de verkiezingen nog wel bestuurbaar?’ De aanleiding was het continue gepuzzel over mogelijke coalities in de media. Ook verkiezingsdebatten in Nederland gaan vaak minder over de inhoud dan men zou willen, om de doodsimpele reden dat iedereen in dit land weet dat er na de verkiezingen toch weer water bij de wijn gedaan moet worden. De debatten worden dan ook overheerst door jargon dat men buiten Nederland eerder met vergaderingen associeert: ‘Is de AOW voor u een breekpunt, meneer Wilders?’ Politiek in Nederland is om die reden behoorlijk ingewikkeld. Volgens sommigen is dat reden om te pleiten voor de invoering van een kiesdrempel van 5 procent. Gewenst effect: minder politieke partijen en betere bestuurbaarheid. Een uitstekend idee.
Grote schoonmaak
Nederland kent momenteel tien (!) partijen in de Tweede Kamer. Van die tien partijen zouden de Partij voor de Dieren, SGP, D66, GroenLinks en de ChristenUnie geen zetels hebben gehad bij een kiesdrempel van 5 procent. In plaats daarvan zouden alleen het CDA (47), PvdA (38), SP (29), VVD (26) en de PVV (10) in de Kamer gekozen zijn. Dit sommetje maakt Hans Hoogervorst in het NRC Handelsblad. Dat ruimt in ieder geval lekker op, nietwaar? Balkenende IV met de PvdA zou er hoogstwaarschijnlijk nooit gekomen zijn. In plaats daarvan had Nederland waarschijnlijk een duidelijke, rechtse coalitie tussen CDA, VVD en PVV gehad.
Politieke debatten zouden beter worden. Met minder deelnemende partijen is er meer ruimte voor inhoudelijk debat op hoofdlijnen en principes. Kamerdebatten in Nederland zijn half zo leuk als in Groot-Brittannië. Bij belangrijke debatten moeten alle fractievoorzitters hun zegje doen. Dat levert soms slaapverwekkende toestanden op.
Maar behalve dat: worden schreeuwerige, ongenuanceerde politici bediend door een teveel aan politieke concurrentie? Door veel mensen wordt geklaagd dat de PVV van Geert Wilders wel onevenredig veel aandacht naar zich toe heeft weten te trekken, maar één ding moet ook wel gezegd worden: het verschil tussen de PVV en de rest is dan ook een stuk scherper zichtbaar dan tussen pak ‘em beet D66 en Groenlinks. Met minder partijen hoeven politieke leiders minder hun best te doen om zich te onderscheiden – door het innemen van extreme standpunten enerzijds of een vlucht in specialistisch geneuzel anderzijds. Dat komt de kwaliteit van debatten zeker ten goede.
Bestuurbaarheid
De bestuurbaarheid van Nederland zou verbeteren. Wanneer het aantal mogelijke coalities kleiner is, gaan de coalitieonderhandelingen sneller en staan – letterlijk – schaduwkabinetten soms al klaar om direct aan de slag te gaan. Toen het in Groot Brittannië onlangs toch nodig bleek om een coalitie te sluiten omdat de Conservatives geen absolute meerderheid behaalden, begonnen journalisten na één dag al ongeduldig te worden. Dit terwijl Nederlanders gewend zijn geraakt aan wekenlange, zelfs maandenlange formatieprocessen. Dan spreken we nog maar niet over de grotere kwetsbaarheid van ‘gedwongen’ coalities: hoeveel kabinetten van Balkenende hebben de eindstreep gehaald?
Zelfs de pluriformiteit van ons politieke bestel hoeft er niet onder te leiden. Het schrikbeeld van alle tegenstanders is natuurlijk dat veel politici en kiezers plotsklaps ‘politiek dakloos’ zullen worden als partijen als GroenLinks, D66, ChristenUnie en de SGP uit de Kamer zullen verdwijnen. Maar bedenk dan dat partijen ook gewoon kunnen fuseren in een strijd om het bestaan. Bovendien zou het zo’n ramp niet zijn als een protestclub als de Partij voor de Dieren weer precies datgene wordt: een protestclub en geen politieke partij. Bestaande partijen zullen vanwege grote instroom van dakloos geraakte politici simpelweg geconfronteerd worden met meer interne verdeeldheid zodat ook deze partijen doen wat grote partijen in andere landen ook doen: hervormen ‘van binnenuit’.
Tot slot: het is onterecht dat dit debat gegijzeld wordt door het eeuwige bezwaar van pluriformiteit. Politieke partijen zijn een middel om politieke standpunten in de Kamer te laten horen – geen doel op zich. Een bescheiden kiesdrempel is het minste wat we kunnen doen om Nederlandse politiek overzichtelijk te maken – en het land bestuurbaar.
Eric Stam is debattrainer en gespreksleider. Hij blogt op www.ericstam.nl en www.debatblog.nl. Een kiesdrempel zou hem wel eens politiek dakloos kunnen maken.