ThePostOnline

Geef de kiezer iets te kiezen

07-09-2010 14:00

De Britten hielden op 6 mei verkiezingen, de Nederlanders op 9 juni. De Britten hadden binnen vijf dagen een regering, de Nederlanders hopelijk binnen vijf maanden. En toch gingen de Britten voor het eerst Nederlands doen met een coalitieregering, terwijl de Nederlanders iets Brits probeerden met een minderheidsregering. Veel kiezers van de twee Britse regeringspartijen zijn verontwaardigd omdat de partijen sommige verkiezingsbeloften hebben moeten inslikken.

De Lib-Dems waren altijd tegen de Tories, en nu werken ze er mee samen. De Tories waren altijd tegen politieke hervormingen en nu gaan ze er een referendum over steunen. Verraad! Britten zijn gewend aan partijen die zeggen wat ze gaan doen als ze gaan regeren, en dat dan daadwerkelijk gaan doen. Wij zijn gewend aan partijen die enorme stapels van papier als partijprogramma presenteren zodat ze er makkelijker de helft van de versnipperaar in kunnen onderhandelen.

Districtenstelsel
Britten weten ook beter wie ze kiezen. Door het districtenstelsel heeft de kiezer de volgende keuze: iedere partij heeft één kandidaat die belooft de belangen van dat district te gaan behartigen. Een keuze tussen partijen dus, maar ook tussen personen. Als de man van een minister porno door de belastingbetaler laat betalen, dan stemt die belastingbetaler de minister weg. In Nederland bepaalt voor iedere partij een bij elkaar gelobbyde kandidaatstellingscommissie hoeveel mannen, vrouwen, allochtonen en Zeeuwen in de Kamer komen. Het volk wordt niet in staat geacht zijn eigen vertegenwoordigers te kiezen.

De Britten vinden het grote voordeel van hun kiesstelsel dat het duidelijke keuzes oplevert: een stem voor de Tories is een stem tegen Labour en andersom. Als Labour na de verloren verkiezingen een coalitieregering had gevormd met de Liberal Democrats, hadden velen dat ‘illegitimate’ gevonden. Labour heeft 26 procent van zijn zetels verloren, en heeft 17,7 procent minder stemmen gehaald. Het CDA heeft 48,8 procent van zijn zetels verloren, en (dus) eenzelfde percentage minder stemmen gekregen, maar die schijn je niet naar huis te kunnen sturen.

Weg met peilingen
Maurice de Hond mag er een eind op los peilen, de VVD-stemmer is op 9 juni toch echt niet gevraagd of hij nou met Wilders wilde of over Paars. En hoe sterk een signaal een halvering ook is, niemand heeft daadwerkelijk het vakje ‘ik ben Balkenende en kornuiten zat’ rood kunnen kleuren. Of het vakje ‘Wilders ga alsjeblieft zelf het land uit.’

De Britten mogen straks per referendum kiezen of ze willen stemmen op een voorkeursvolgorde. Bent u een paarse VVD’er? Dan stemt u VVD-D66-GL. Liever over rechts? VVD-PVV-CDA. Dan hebben we Maurice de Hond ook niet meer nodig.

Laura Menenti woont in Schotland en is daar onderzoeker aan de Universiteit van Glasgow.