Zondag kwamen linkse kopstukken bijeen om te spreken op de manifestatie ‘Een ander Nederland’. Het was een manifestatie waar optimisme en samenwerking de toon zouden voeren. Er spraken onder andere Emile Roemer (SP), Jolande Sap (GroenLinks) en organisator Job Cohen (Pvda). Een belangrijk moment, want zoals Kustaw Bessems laatst twitterde: “links heeft nog 7 weken om aandacht te verleggen van strategie naar ideaal”.
De afgelopen weken ging het vooral over een potentiële samenwerking, dat links de handen ineen moest slaan om een tegengeluid te vormen voor het rechtse kabinet. Maar het ging dan met name over strategie, zonder daar een fijne invulling aan te geven. Zondag was een uitgesproken moment om die idealen eens te laten horen. Wat hoorden we? Lukte het een beetje?
Emile Roemer
Roemer begon nagenoeg direct over die linkse samenwerking in zijn toespraak. Het gaat niet om de verschillen, links is geen eenheidsworst, zegt hij, maar links moet de handen ineenslaan om te knokken tegen het meest vreselijke kabinet sinds WO II. Smaakt naar Godwin, maar is het technisch gezien niet. Toch noemt hij WO II niet voor niets. Wanneer deze zin namelijk perifeer (vluchtig) wordt verwerkt, is er een grote kans dat de emotionele lading van het oorlogsleed toch onbewust even gekoppeld wordt met ‘het kabinet’. Doordacht van die Roemer.
Hij sprak over zijn missie: dien het volk. Met een fraaie drieslag geeft hij aan hoe het kabinet volledig de plank misslaat (sociale zekerheid, onderwijs en cultuur). “Wij staan daar pal voor”, stelt hij, “zó dien je het volk”. Retorisch klinkt het als een klok. Dit “pal staan” komt nog een aantal keer terug, namelijk wanneer hij spreekt over het feit dat het kabinet de samenleving in tweeën splijt. Zieken tegenover armen zet. Asociaal en oneerlijk is. Hij wisselt concrete punten af met stevige emoties. Zo wordt de boodschap versterkt. Daarbij weeft hij eigen idealen er moeiteloos doorheen.
Naast de karakteristieke eenvoudige maar herinneringswaardige SP-taal – “Rutte wil een test, nou de test is een protest”- voert Emile aan het einde nog een fraai kunstje op. Hij sjort aan zijn stropdas, trekt zijn jasje uit en spreekt de woorden: “dat gaat ons volgens mij alleen maar schouder aan schouder lukken, dat gaan ons alleen lukken, als wij nu állemaal de mouwen opstropen en tegen dit vreselijke rechtse kabinet zeggen richting 2 maart: Mark, here we come!” Naast dat dit beeld waarin hij doet wat hij zegt absoluut bij iedereen zal blijven zijn hangen, heeft hij ook nog een opvallende en sterke oneliner waarmee hij afsluit. Beeldend, emotionerend en humoristisch. Roemer legde de lat hoog.
Jolande Sap
Sap helpt Roemer een handje door zijn oneliner te herhalen, maar ze sneert wel lekker met de term “de caviapolitie”. Ze besteedt veel aandacht aan het koppelen van politiek en macht. Zo’n metadiscussie lijkt niet goed te passen in de context waarin ze sprak. Ook klinkt de terugblik naar de landelijke verkiezingen wat bitter: in plaats van macht vergaren, moet er dan maar macht beperkt worden bij de tegenstander. Dat voelt als een stap terug.
Eigenlijk gaat het in de toespraak maar weinig over GroenLinks en optimistische ideeën. Het gaat vooral over het kabinet. Wat het kabinet fout doet. Wat het kabinet nalaat. Hoe somber de toekomst eruit ziet met dit kabinet. Aangezien toekomst hét campagnewoord van GroenLinks van de afgelopen jaren is geweest, verwacht je als lezer nu de visie over hoe de toekomst wél zou moeten zijn. Dit is het moment om over de visie en de idealen van GroenLinks te gaan spreken, mét of zonder linkse samenwerking. Maar het komt niet echt. In plaats ervan komt er een stortvloed aan problemen, zonder dat er een beeld komt met oplossingen.
Sap eindigt met een oproep tot linkse samenwerking, zonder een beeld te vormen van wat die samenwerking kan bereiken. Abstracte woorden als ‘optimisme’, ‘zelfbewustzijn’, ‘machtsvorming’ en ‘hoopvol’ komen in sneltreinvaart voorbij, zonder dat er een écht plaatje ontstaat. En daarmee laat Sap haar kans varen om de luisteraar te voeden met een helder emotioneel toekomstbeeld.
Cohen
Cohen is niet bang voor reeds begane paden. Zijn toespraak is een verzameling van PvdA-klassiekers: de wereld die voor onze kinderen beter moet zijn, de voorbeeld-docent en de wens om “het beste uit een kind” te halen, “zo denkt de meerderheid erover”. Cohen wil een toekomst met hoop, optimisme en respect. Dat we trots op ons land kunnen zijn. Een fatsoenlijk land. Elkaar de hand reiken. Klinkt bekend, maar saai is het niet. Herkenbaarheid in woorden en structuur zorgt ervoor dat de luisteraar geassisteerd wordt bij het luisteren, dus Cohen doet er goed aan om dicht bij zichzelf te blijven.
Cohen stelt een concreet punt centraal: investeren in talent, onderwijs en zo in een beschaafde samenleving. Opvoeding en onderwijs vormen zo de rode draad in zijn visie. Een verrassend onderdeel van de toespraak is het moment dat hij een citaat van Rutte zo brengt dat het even duurt voordat duidelijk wordt dat het van Rutte komt. Dan spreekt hij Rutte direct aan: “Reik de Mark van 2008 de hand en versterk dit land”. Grappig, maar tegelijkertijd ook wat truttig.
Een les die Cohen nog steeds niet geleerd heeft, is dat het ronduit stom is om over “rechtse hobby’s” te beginnen. Stom, want daarmee herinnert hij alle luisteraars onbewust aan het verwijt van de verspilling aan de linkse hobby’s. Zolang die term bestaat, is het woord ‘hobby’s’ voor linkse partijen écht taboe. In welke context dan ook.
Dus?
Hoewel Roemer en Cohen (nou, vooruit Sap noemde ook een aantal dingen) zeker geprobeerd hebben een duit in het ideeënzakje te doen, is de som der delen behoorlijk mager. Wat gaat er nu eigenlijk schouder aan schouder gebeuren? In de toespraken leek “een optimistische toekomst” de verbindende factor te zijn, maar de drie politici lijken als vanouds moeite te hebben met het op een lijn brengen, wat gelijk moet zijn. De toespraken geven geen gezamenlijk antwoord, zelfs nauwelijks een individueel antwoord. Roemer lijkt de andere twee nog wel een lesje in idealen te kunnen geven en als hij toch bezig is, wellicht ook een lesje in soepel spreken. Handen uit de mouwen Emile!
Sarah Gagestein is framingspecialist, houdt zielsveel van workshops geven en schrijft op www.taalstrategie.nl