Het gaat in het publieke debat vaker over “iets leuks” waarover iedereen kan meepraten, dan over de inhoud. Als iemand dat goed heeft begrepen, dan is dat Rob Riemen wel. Het pamflet De eeuwige terugkeer van het fascisme van zijn hand, is daar een uitstekend voorbeeld van, maar daarover zo meteen meer. Rob Riemen is de oprichter van het aan de Universiteit Tilburg verbonden Nexus-instituut. Dit instituut bestudeert het Europese cultuurgoed in zijn kunstzinnige, levensbeschouwelijke en filosofische samenhang. Riemen is sterk in organiseren en weet de meest aansprekende opiniemakers en intellectuelen van onze tijd voor zijn instituut en de Nexus-conferenties uit te nodigen.
Sprekers zoals John Gray, Slavoj ZiZek of Francis Fukuyama. Locaties zoals het Concertgebouw of het Muziektheater. Koppelingen met andere culturele hoogtepunten zoals de opera La Juive. Daarnaast heeft Riemen nog tijd om te schrijven. Dit alles bij elkaar heeft de potentie om het intellectuele debat te verrijken.
Nexus-toneelstuk
Maar, in de Nexus-conferenties, waarbij het doel is om te debatteren over grote cultuurfilosofische vragen, komen de sprekers niet tot hun recht. Het inhoudelijke debat komt niet op gang. Het is zelfs geen debat, maar meer een soort toneelstuk, waarbij de zes of zeven aansprekende gasten achter een tafel met Riemen als gespreksleider de spelers zijn. In het toneelstuk doen de gasten wat van hen verwacht wordt. Ze geven met mooie volzinnen antwoorden op interessant klinkende vragen. Inhoudelijk komt het niet op gang, omdat er te veel verschillende mensen om de tafel zitten die netjes de etiquette hanteren. Tijdens de debatten word je als toehoorder niet geïnspireerd, niet getrakteerd op nieuwe inzichten of verander je niet van mening door een prikkelende discussie.
De Nexus-conferenties is prachtig van vorm, maar zonder echte inhoud waarbij Riemen precies de tijdgeest weet te pakken. Een debat organiseren dat perfect voldoet aan de vorm van het intellectuele debat: het is eigenlijk zoals het sprookje van de nieuwe kleren van de keizer. Niemand wil dom lijken en daarom houden we allemaal braaf onze mond en tegelijkertijd praten we gewichtig over de nieuwe kleren. Alleen wie houdt nu wie voor de gek?
De eeuwige terugkeer van het fascisme
Nog een voorbeeld. In zijn pamflet De eeuwige terugkeer van het fascisme poneert Rob Riemen een prikkelende stelling: “Geert Wilders en zijn beweging zijn het prototype van hedendaags fascisme.” Het pamflet heeft de vorm van een mooi boek, met een blauw kaftje en een pakkende achterflap. De titel is prikkelend en op de achterflap wordt gelijk de link naar Geert Wilders gemaakt. Riemen heeft vrijwel alles gedaan om de tijdgeest van het intellectuele debat te grijpen. Maar ook hier weer draagt de keizer zijn nieuwe kleren, want wie nauwkeurig het pamflet leest, ziet eigenlijk alleen maar de mooie vorm.
Het pamflet begint met citaten en bewerkingen van Albert Camus. Daarna passeren Thomas Mann, Alexis Tocqueville, Socrates, Spinoza en Nietzsche en dat gaat zo maar door, gevolgd door een aantal lessen uit de geschiedenis, die er gekunsteld bij zijn gezocht. De volgende paragraaf bestaat uit vragen met antwoorden, gevolgd door onbevredigende conclusie van amper honderd woorden. Het pamflet is één en al vorm en geeft geen antwoord op de vraag of Geert Wilders en zijn beweging onder “het hedendaags fascisme” kunnen worden geschaard.
Op een borrel of tegen je collegea kan je zeggen dat je op een Nexus-conferentie bent geweest of dat het pamflet zo interessant is. Het gaat niet echt om de inhoud, maar het gaat om de vorm en dat is blijkbaar wat veel mensen aantrekt gezien de grote belangstelling voor Riemen en zijn producten.