In de wielerwereld suddert weer eens een opstand. Verscheidene ploegen praten steeds openlijker over een afscheiding van de internationale wielerbond UCI. Voornaamste kritiekpunt van de professionele wielerploegen is dat dat de UCI zijn poot stijf houdt in het hele oortjesdebat (de UCI wil zonder oortjes rijden om de koers aantrekkelijker te maken, de ploegleiders willen met renners kunnen communiceren). Bovendien luistert de UCI niet naar ploegen en niet naar de rennersvakbond. Nu afscheiden is echter het stomste dat de wielerploegen kunnen doen.
Het zijn geen prutsers die de vrije bond willen oprichten. Een van de voortrekkers is Johan Bruyneel. De man die Armstrong zeven tourzeges bezorgde en en passant de Tour de France tot de saaiste koers van het jaar maakte door zijn manier van koersen, heeft het helemaal gehad met de UCI. De oortjeskwestie steekt hem en zijn kornuiten, net als de grote bedragen die de ploegen moeten betalen aan de UCI waar ze niets voor terug krijgen. De oortjeskwestie is slechts een symptoom. Het probleem is dat ná Hein Verbruggen met zijn mislukte Pro-Tour nu Pat McQuaid zonnekoning wil spelen in het wielerwereldje. Terwijl de ploegen het geld binnenbrengen.
Chaos lonkt
Die ploegen hebben best een punt. De UCI is een sportbond, dus een ondoorzichtige club, dus luisteren ze niet naar sporters en ploegen en wedstrijdorganisatoren, dus proberen ze zichzelf alle macht toe te eigenen. Maar de profploegen overschatten zichzelf danig als ze denken dat een eigen ‘wilde’ competitie opzetten de oplossing is. Want de wielerwereld heeft het al zwaar genoeg. De beste ronderenner van de wereld staat nog steeds onder verdenking van doping. In Duitsland wordt fietsen niet meer uitgezonden, in een traditioneel wielerland als Spanje is er nog maar één sponsor op het hoogste niveau. Wielerfans – en dat is uiteindelijk waar het geld vandaan moet komen – moeten al moeite doen om van fietsen te blijven houden. Een wilde bond maakt dat alleen nog erger.
Het scenario bij het ontstaan van zo’n wilde bond is uit te schrijven. Eerst opbieden waar de Tour de France naartoe gaat, vervolgens worden de overige wedstrijden opgedeeld. Sommige organisatoren blijven bij de UCI, anderen gokken op de wilde bond. Een wirwar aan uitzendrechten, niemand weet meer welke koers wanneer gereden wordt. Wie doet waaraan mee? Elke overwinning in elke rondje wordt gedevalueerd, want renner x of renner y is er niet bij. Het publiek haakt af, want sport is niet te volgen als er meerdere competities zijn. En dan gaan de sponsoren natuurlijk ook weg. Dat de UCI beter moet luisteren naar de andere belanghebbenden is duidelijk, maar een coup van Johan Bruyneel is niet de oplossing. Het zou het wielrennen vooral verder kapot maken en deze keer is er geen dopingschandaal voor nodig.
Huub Bellemakers is geen oortjesfan, geen Johan Bruyneelfan, maar ook geen McQuaidfan.