Of het nou om aardstraalklunen, piskijken, homeopathie of ayurvedisch oorkaarskleien gaat, de alternatief overtuigde medemens bedient zich ter verdediging van de kwakzalverij van hun keuze van een aantal standaardargumenten. Natuurlijk is discussie in de meeste gevallen zinloos, maar mocht u af en toe de behoefte voelen om kruidenvrouwtjes en mandalavouwers van repliek te dienen dan is deze serie op De Jaap zeg maar helemaal uw ding. We gaan alternatieve dooddoeners debunken! Vandaag: “De gebruiker bepaalt of iets werkt.”
Bert en Erniepleister
Goh. Die kende ik nog niet. De gebruiker bepaalt of iets werkt. Op Twitter struikelde ik over een bericht van homeopathie- en fytotherapiebedrijf VSM. Een testpanel van ouders had hun zalf tegen builen, blauwe plekken en schaafwonden geprobeerd en de uitkomsten waren zeer positief.
Laat ik vooropstellen dat het snel tot bedaren brengen van geblesseerde koters natuurlijk altijd prettig is. Dat het door toepassing van dit zalfje komt is echter onwaarschijnlijk: het ‘werkzame’ ingrediënt Arnica is namelijk herhaaldelijk onderzocht maar onwerkzaam gebleken. Het spulletje helpt omdat het wrijven over een opkomende buil of blauwe plek sowieso helpt, of je nou met slaolie wrijft, met niks of met zalf. Daarbij is er het ritueel: het kind bezeert zich, vader of moeder sust en doet ook iets: er wordt een Speciale Tube bij gepakt en het kind wordt Behandeld. Het kind voelt zich gekend in zijn leed en ervaart een heilzaam placebo-effect. Dat principe is al zo oud als de weg naar Rome, ‘kusje erop, over!’, een bezwerend versje opzeggen of een vrolijk gekleurde Bert en Erniepleister plakken is van hetzelfde laken een pak.
Subjectieve verhalen
Ik maakte bezwaar tegen deze manier van ‘onderzoeken’ en kreeg bovenstaande tweet ten antwoord. Een grote speler op de markt van zelfzorgmiddelen zegt dus gewoon: “de gebruiker bepaalt zelf of het werkt”. Het is een waarheid als een koe, als je het over arnicazalf hebt, dat wel, maar stel je toch eens voor dat je die opmerking serieus neemt!
“Zo mevrouw de Bruin, hoe voelen wij ons vanmorgen?”
“Niet zo best dokter, die pillen van u werken niet!”
“Komkom mevrouwtje, dat is UW keuze hoor! de gebruiker bepaalt of het werkt!”
Gelukkig werkt de medische wetenschap niet zo, want het impliceert namelijk dat het onwerkzaam zijn van een middel komt door het falen of door de onwilligheid van de patiënt. De alternatieve sector hangt deze theorie met verve aan, het is immers alles waar ze op kunnen bogen. Hard bewijs voor de werkzaamheid ontbreekt, dus moeten ze het doen met subjectieve verhalen van hun gebruikers. Die opstelling verbaast mij niet, maar de houding van de ouders van Nederland, die ongetwijfeld het beste voorhebben met hun kind, verbaast me des te meer. Waarom zij de alternatieve leugen in stand willen houden is voor mij een raadsel, en voor fabrikanten een zegen.
Annabel Nanninga plakte toen haar kinderen klein waren weleens een Bert en Erniepleister op hun beurse knietjes, maar weigert daarover jubeltestimonials af te leggen.