Wie het ooit verzonnen heeft mag Joost weten, maar blijkbaar moet iets waar geen vraag naar is betaald worden door de overheid. Of het nu gaat om dure huurwoningen, films maken of gewoonweg niet mee willen doen, men verlangt (en krijgt) centjes van de overheid. Men zegt wel eens “Nederland, subsidieland”. Voor elke tegenslag bestaat wel een subsidie. De meeste subsidies, bijvoorbeeld ten aanzien van het stimuleren van de economie (ondernemerssubsidies) of zorg, zijn volkomen terecht. Starters of chronisch zieken hebben nu eenmaal een extra steuntje in de rug nodig. Sommige subsidies daarentegen dienen geen enkel doel, louter als werkverschaffing van talentlozen. De kunstsubsidie is er zo een.
Intellectuele armoede
Om de een of andere reden is het beeld blijven hangen dat de overheid garant moet staan voor ‘expressie’. Het maakt niet uit wat je maakt, het gaat erom dát het gemaakt wordt. De kwaliteit ervan wordt bepaald door ambtenaren achter een loket of door de maker(s), maar zeker niet door het publiek. Het publiek kan immers de waarde niet bepalen of zelf bepalen of iets leuk is of niet. Intellectuele armoede van het publiek of iets dergelijks noemt men dat.
Terwijl het met kunst/cultuur heel simpel is: kunstenaars, filmhuizen, muziekcentra en musea die zichzelf niet kunnen bedruipen produceren blijkbaar iets waar geen enkele vraag naar is. Dat heeft niets met afvlakking te maken, maar met logica. Het publiek beoordeelt de kwaliteit, niet de maker(s). Geen vraag = geen afname = geen centjes. Als je wilt experimenteren, prima, maar zorg dan zelf voor de financiering van je projecten. Zoek sponsors en/of privépersonen die wel wat in je talenten zien, maar val de overheid er niet mee lastig. In andere landen werkt dat al jaren zo.
Ontplooiing
In Zwitserland bijvoorbeeld, dient de kunstsector (uitzonderingen daargelaten) zichzelf te bedruipen. Er komt geen overheidsfrank aan te pas maar men betaalt alles zelf. Het komt vaak voor dat kunstenaars, jong en oud, in een huiskamer, schuur of garage van een sponsor of liefhebber hun schilderijen, beelden of andere werken tentoonstellen of opvoeren. Vindt het publiek het leuk, dan heeft de kunstenaar in kwestie succes en verkoopt hij. Zo niet, dan heeft hij niks. Waarom dit niet in Nederland zou kunnen is mij een raadsel.
Het is juist beter voor het ontplooien van talent om ergens voor te moeten vechten. Je stinkende beste te doen om overeind te blijven, in plaats van je hand op te houden en geen enkel incentive te hebben om te presteren. Want waarom zou je namelijk veel inspanningen verrichten als het geld toch wel wordt overgemaakt?
Samenvattend en alle kulargumenten ten spijt, kunstsubsidie is nergens voor nodig. Men trekt niet meer mensen naar het theater, trekt niet meer kijkers voor films of ontplooit meer talent als kunst gesubsidieerd wordt. Het enige dat de overheid met deze subsidie doet is het in stand houden van kwaliteitsloze troep: ‘kunst omdat het moet’.
Jasper Mooren woont & werkt in Zwitserland en verbaast zich regelmatig over het gemak waarmee Nederland gratis geld uitdeelt aan een deel van haar burgers.