Vliegtuigmotoren zijn er voor in de vliegtuigen, niet voor in de auto’s. Brutus, die even bij TopGear voorbij kwam, had hier geen boodschap aan. Lang voor Brutus zijn 45,8 liter BMW V12 kreeg ging er reeds een 23,9 liter Napier Lion W12 motor in een special van Reid Railton. Dit misplaatsen van vliegtuigmotoren in auto’s werd na de Eerste Wereldoorlog al een sport. Een chique sport zelfs want ook Bentley’s doen het soms op iets waar een prop op hoort. Of een schroef, zoals in Chris Williams’ Packard Bentley. De 40,8 liter Packard twaalfcilinder hierin stond vroeger met twee andere in de machinekamers van PT-Boats. Het chiqueste is de Rolls Royce Phantom II met een Merlin motor uit de verkeerde fabriek van dit merk. Woont een Merlin in een Rolls op stand, soms eindigen ze in de agrarische sector en moeten beulend in tractoren het plebs vermaken. Kom je daar je Spitfire voor uit?
BMW VI
Brutus‘ 45,8 liter V12 BMW VI motor was vanaf 1926 de meest succesvolle vloeistofgekoelde lijnmotor van de fabriek voordat het merk op radiaalmotoren overschakelde als krachtbron voor vliegtuigen. Brutus’ exemplaar werd na de oorlog in Spanje gevonden en op een American LaFrance chassis uit 1908 gezet. Een uitstekende keuze. LaFrance bouwt sinds 1903 eigenlijk alleen maar robuuste wielen en hardware voor echte kerels. Kerels die komen blussen. Daar Brutus behoorlijk vlamt, is zo’n LaFrance onderstel een prima keuze om Brutus’ 580-641 pk op de weg te houden. En om de mad minute van 750 pk bij 1600 tpm te overleven.
Brutus
Dan de Napiers. Napier Lion motoren werden in de twintiger jaren beroemd in de Supermarine vliegtuigen van Schneider Trophy faam. De Napier Railton van 1933 deed het met een ongeblazen versie hiervan om John Cobb te laten endurance racen. Cobb brak later met twee geblazen Napier Lion motoren in de 2500 pk Railton Mobil Special drie keer het landsnelheidsrecord (1938, 1939, 1947) en ging er als eerste mee door de 400 mijl barrière.
Napier Lion VII
Napier Railton
De Napier Bentley doet het iets docieler dan de Mobil Special en heeft net als de Napier Railton een atmosferische, bovenin nokkende Lion VII motor met vier kleppen per cilinder, gebouwd op een Bentley 8 chassis. Een typisch Napier product dat net even anders is. Met drie rijen van vier cilinders op één krukas. Goed voor 500-550 pk bij 2050 tpm. Waar de tweetonners een topsnelheid van zo’n 270 km/u mee kunnen halen. Dit, als de chauffeurs er de ballen voor hebben. Cobb had ze. Onder meer op het Brooklands circuit toen hij daar op de oval in 1935 het laprecord op 231 km/u zette.
Napier Bentley
Met een 40,8 liter 4M-2500 Packard motor voorin komt een andere Bentley aardig in de buurt van Brutus’ BMW VI cilinderinhoud. De Packard V12 voor in de (vlieg)boten haalt er dankzij bovenliggende nokkenassen en vier kleppen per cilinder 1500 pk bij 2400 tpm uit, waar het Bentley 8 chassis uit 1930 behoorlijk brutaal van wordt.
Packard 4M-2500
(foto: van ‘Mliu92‘s Flickr album)
Packard Bentley
