Sport

Robert Gesink: koud, nat en pijn in de poten…

14-07-2011 20:00

Waar kun je allemaal aan denken in zeventien minuten en 44 seconden? Dat was de tijd die Robert Gesink vandaag nodig had om boven te komen op Luz Ardiden nadat ritwinnaar Samuel Sánchez de streep als eerste was gepasseerd. Zeventien minuten en 44 seconden. Op de dag dat de Tour volgens velen echt begon, was hij voor Gesink meteen afgelopen. We verplaatsen ons even in het hoofd van de Nederlandse Raboheld.

“Koud, nat, pijn in mijn poten… 39×19. Heb ik nog een tandje over? Terugschakelen. Wat doe ik hier eigenlijk? Laat ze allemaal de rambam krijgen met hun gezeik. En kap eens met die zinloze informatie in mijn oor, sjezus! Die Van Houwelingen weet ook van geen ophouden. Kan mij het schelen dat die Sanchez gewonnen heeft, Sammie met zijn Baskische geouwehoer. Olympisch kampioen is-tie, nou gefeliciteerd. Kijk, daar staat een bordje. Eens zien hoe ver het nog is. Vijf kilometer, kolere, da’s nog een eind. Als ik nou gewoon eens afstap? Schijt aan iedereen. Allemachtig, daar staan weer een paar van die idioten met Rabobankshirtjes. Hebben jullie niets beters te doen met je leven of zo? Wie gaat er nou in godsnaam voor zijn lol in de regen op een berg staan? Mij betalen ze hier tenminste nog voor…”

Zure stukjesschrijvers
“Straks aan de finish staan ze er allemaal weer met hun microfoons, journalisten. ‘Hoe voel je je?’ Nou, wat denk je zelf? Gaan ze me vertellen dat ik hier kwam voor een goed klassement. Alsof ik dat zelf niet wist. Net als al die praatjesmakers op TV, om over die zure stukjesschrijvers op internet nog maar te zwijgen. Eerst maandenlang schrijven dat ik die Tour wel even ga winnen en als het even tegenzit, kan ik er opeens niets meer van, dan deugt mijn mentaliteit niet en dan ben ik een slappeling. Zelf zitten ze iedere avond liters wijn te drinken op het terras en maar zeuren dat het zo hard werken is in de Tour.”

“En ze weten het allemaal beter: ‘Was het wel zo’n goed plan, die hoogtestage in de Sierra Nevada?’ Nou, ik verwijs jullie graag door naar Louis Delahaye, met zijn uitgestreken gezicht. Trainer, ha! Het hele jaar lopen kloten met SRM-meters en cijfertjes. Hij heeft het Mart Smeets gisterenavond allemaal haarfijn uitgelegd. Maar ik moet gewoon trappen om die fiets vooruit te krijgen en als je een paar keer goed op je donder bent gevallen. Daar, weer een bordje, vier kilometer… Hoe zou het eigenlijk met Johnny zijn? Die ligt nog verder achter. Johnny de held. Een paar sneetjes van het prikkeldraad en je hebt karakter. Misschien moet ik morgen ook eens als een idioot aanvallen en zomaar een gek ongeluk krijgen. Maar ja, dan wordt Breukink boos.”

We laten Robert weer even alleen met zijn gedachten. Het klassement is dit jaar aan de broertjes Schleck, van wie Fränk in de eerste zware bergrit de beste indruk maakte. En aan Cadel Evans en Ivan Basso, oude rotten die rijden voor hun laatste kans. Of toch aan Contador, maar dan moet hij uit een ander vaatje tappen. Thomas Voeckler houdt het geel, bijgebleven op basis van vechtlust, knap. Rob Ruijgh is op ruim elf minuten de beste Nederlander in het klassement. Jong talent. Hij wordt dit jaar 25 en is even oud als Robert Gesink.