Het merendeel van de openbare universiteiten in Nederland is op het moment bezig maatregelen door te voeren om het studiesucces van de student te verhogen. De beleidsmakers van deze instanties, evenals de Nederlandse regering, definiëren een succesvolle student voornamelijk als een student die snel studeert, hoge cijfers haalt en weinig geld kost. Om deze student te kweken voeren de universiteiten strakke onderwijsprogramma’s in die de student in korte tijd zo veel mogelijk kennis bijbrengen zodat hij snel voldoet aan de eisen om af te studeren. Deze visie op een goede student is echter niet alleen fundamenteel tegengesteld aan alles wat de wetenschap moet zijn, maar ook destructief voor de moderne maatschappij.
Geniale geesten
Kennis hoort niet haastig te worden toegediend. Een student die een dag voor zijn tentamen begint met leren haalt misschien wel een voldoende, maar wat hij heeft geleerd is na een week weer verdwenen. Wanneer de universiteit een student gaat beoordelen aan de hand van het tempo waarin hij studeert is de kans groot dat hij juist die studenten benadeelt die door veel tijd in hun studie te steken belangrijke inzichten ontwikkelen. De universiteit verwart ongestructureerdheid met luiheid, waardoor hij geniale, flexibele geesten, in veel gevallen in een dom, onflexibel kader dwingt. Doordat de regering en universiteiten zich dood staren op het monetair verlies dat een goede student op korte termijn oplevert, vergeten zij de onmetelijke maatschappelijke winst die hij op lange termijn op kan leveren.
Ook aan de instelling waar ik studeer, de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam, wil het bestuur het onderwijs radicaal hervormen ten bate van het studierendement. Het onderwijs dat wij als studenten voor een vak normaal gesproken in een half jaar krijgen, wordt straks gepropt in losse spoedcursussen van hooguit zes weken. De faculteit wil tevens een ‘ruggengraat’ invoeren, een systeem waarmee studenten voor een belangrijk deel een uniform programma volgen, waarvan het ten strengste verboden is af te wijken. Het nieuwe systeem houdt een algehele verschoolsing van het wetenschappelijk onderwijs in, waarin het overgaan naar het volgende jaar het belangrijkste doel is en waar nauwelijks ruimte meer is voor individuele keuzevrijheid. Het probleem is echter dat samen met deze verschoolsing er kortzichtige, oppervlakkige studenten ontstaan, die misschien wel uitstekend worden in het reproduceren van kennis, maar geen nieuwe kennis meer leren ontdekken. Een ruggengraat moet niet star zijn, hij moet juist in alle kanten kunnen bewegen. In het nieuwe onderwijs kan dat niet.
Uitblinken in middelmatigheid
Wat gebeurt er straks met de student die zijn tentamens niet haalt, niet omdat hij te lui is, maar juist omdat hij te druk is nieuwe theorieën te ontwikkelen? Wordt deze student bestempeld als een luiaard, en uit zijn opleiding getrapt om ruimte te maken voor studenten die wel gehoorzamen? Wat gebeurt er met de student die zich niet nauw, maar breed wil ontplooien? Die meerdere studies gaat doen en betrokken wil zijn in de maatschappij? Heeft deze student straks nog wel de tijd en ruimte om zijn tentamens te halen? Of moet hij zich overgeven aan het strakke discipline van zijn opleiding?
Het uitblinken dat door de regering en universiteitsbesturen van studenten wordt verwacht is een uitblinken in middelmatigheid: goed zijn in het hersenloos opdreunen van feitjes en excelleren in het tevreden stellen, niet het overtreffen van de docent. Het is onmogelijk mensen te persen in een machinaal systeem, en de manier waarop onze faculteit dit straks toch wil doen zet het wetenschappelijk onderwijs te schande. Wetenschap draait om het nastreven van kennis, niet omdat dat op korte termijn economisch rendabel is voor een kleine groep, maar omdat het ons op langere duur tot inzichten brengt die de gehele mensheid vooruit helpen. Dit is prijsloos, en als mensen hebben wij de plicht ons tegen de kortzichtige afbreuk hiervan te verzetten.
Iain de Jong is lid van de Studentenraad van de Faculteit der Geesteswetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam