Bij een debat over “De macht van de media” verwacht je misschien dat deze macht ook ter discussie wordt gesteld, de praktijk leert dat het meestal anders is. Niet veel anders was het bij het 010-actueel debat, over opkomst van sociale media en de daar blijkbaar aan gerelateerde macht van de media. Eigenlijk kun je natuurlijk ook nauwelijks iets anders verwachten als men in de aankondiging al stelt dat “de media zo afhankelijk van ‘hot’ nieuwsitems” waren. De uitgangspunten zijn daarmee vastgelegd: ‘social’ zorgt voor sneller en meer informatie, daar kun je in principe nog alle kanten mee op, maar er wordt overwegend gekozen voor de benadering waarin “meer informatie” ook voor transparantie zorgt. Dat dit helemaal niet het geval hoeft te zijn wordt vaak vergeten en daardoor gaan veel mediadebatten over de “kloof tussen burger en politiek”, terwijl de eigenlijke vraag is of we daar überhaupt wel veranderingen in kunnen zien.
Wanneer het gaat over de voor- en nadelen van social media geven beide kampen vaak een verkeerde voorstelling van zaken. Waar de tegenstanders er van uit gaan dat er alleen “onzin” gepost wordt, of er uit de hoeveelheid toch geen wijs te worden is, geven voorstanders graag aan wat zij als individu bereikt hebben via ‘sociale media’. Beide kampen kiezen er op deze manier voor een oordeel te baseren op enkele cases, of een veronderstelling van hoe individuele personen met ‘social’ om zouden gaan. Hierdoor blijft juist het sociale, het netwerk aspect onderbelicht. En het zijn juist al die sociale interacties die we al heel goed kennen en kunnen benoemen.
Voor voorstanders is de “kracht van social media” altijd duidelijk: je kunt veel mensen bereiken, persoonlijke contacten leggen en jezelf op de kaart zetten. Nu zijn de voorbeelden van succesverhalen ook legio, maar ze vergeten één belangrijk ding: we zijn pas net begonnen. Bijna nooit hoor je een politicus over hoe men gebruik zou maken van de kracht van social media als iedereen ineens (relevante) vragen zou gaan stellen. Je hoort ook bijna nooit hoe je het verschil kunt maken als ineens alle slijters in Nederland op Twitter zitten. Het probleem is dus dat die kracht van individuen heel moeilijk schaalt: zodra het druk begint te worden nemen dat soort voordelen drastisch af.
Bij het 010-actueel debat was het vooral Chris Aalberts die het zichtbaar oneens was met de mensen die vonden dat persoonlijk contact alleen maar eenvoudiger wordt. “Wat doet u als u ineens 1000 vragen per dag krijgt”, vroeg hij PvdA gemeenteraadslid Peter van Heemst. Deze moest daarop ook wel toegeven dat hij het dan niet meer alleen af zou kunnen. Interessant is dat de “thermometer in de samenleving” als aspect later wel te berde werd gebracht, maar weinig werd uitgediept. Jammer, want het zou juist goed zijn om te bedenken hoe we dit soort kanalen willen gebruiken als het echt allemaal groot wordt. De inzichten van Aalberts hadden dan ook wel wat meer gehoor mogen vinden.
Steeds meer bedrijven zitten er op Twitter, werd er door iemand geroepen. dat is óók een interessante observatie: gaan mensen nu gezellig met die bedrijven Twitteren, of proberen ze de interactie met vreemden steeds meer uit de weg te gaan. De waarheid zit in veel gevallen zoals altijd in het midden, maar het echte discussiepunt bij dit soort mediadebatten zou alleen al hier om moeten zijn: “hoe spelen we in op veranderende media-behoeftes?”. Dat u over 5 jaar niet of nauwelijks meer op Twitter zit is zeer waarschijnlijk. Waarom gaan debatten dan altijd over Twitter, Facebook en andere specifieke netwerken? Van professional tot leek: het gaat amper over de achterliggende ontwikkelingen, misschien omdat dan blijkt dat oude structuren gewoon stand houden. Social media zijn ’disruptive’ in de zin dat ieder nieuw netwerk de kaarten deels weer schudt, maar nauwelijks in het feit dat er in het algemeen kloven gedicht worden of communicatie persoonlijker is.
Gebruik van ‘nieuwe media’ is aantrekkelijk omdat het vaak sneller werkt, handige instrumenten toe voegt of beter aansluit bij de dagelijkse praktijk. We moeten voor de echte ‘kracht’ dan ook naar de grote getallen kijken, en niet naar de kleine individuele voordeeltjes die ontstaan wanneer de kaarten opnieuw geschud worden. Een trendwatcher bij u in de buurt weet het al: big data is big business.