Beste minister Schippers, wellicht hebt u – net als ik en naar ik hoop en aanneem inmiddels vele anderen – de column van psychiater Sandra Kooij gelezen. In haar artikel staat het relaas van een 18-jarig meisje dat graag behandeling wilde voor haar psychiatrische problematiek. Welke problemen ze had wordt niet verteld, maar ze zat er zo mee in haar maag dat ze het haar ouders niet kon, durfde of wilde vertellen. De benodigde eigen bijdrage van 200 euro voor een psychiatrische behandeling kon ze echter niet betalen. Aangezien ze niet wilde dat haar ouders er weet van zouden hebben, heeft ze noodgedwongen besloten af te zien van behandeling. Behandeling die achteraf gezien noodzakelijk was, aangezien het meisje inmiddels suïcide heeft gepleegd.
Om nu te zeggen dat uw beleid de enige reden is voor haar daad gaat te ver, en het zou haar leven en lijden ook oneerbiedig simplificeren. Echter, er zijn verscheidene zaken die door deze tragische gebeurtenis een duidelijker gezicht krijgen. Namelijk dat zorgmijders zich niet beperken tot psychotische daklozen. Misschien nog belangrijker: dat uw boodschap om hulp te zoeken bij familie, vrienden en buren in plaats van (in uw ogen) te vroeg naar een GGZ-instellingen te stappen, niet zo makkelijk te realiseren is. Psychische problemen zijn moeilijk bespreekbaar. Vaak schamen patiënten zich, geven ze zichzelf de schuld, of zijn de problemen te intiem om te delen met familie of vrienden; laat staan buren die je verder alleen tegenkomt als je de kliko aan de straat zet. Met uw beleid gaat u voorbij aan de ernst van de stigmatisering die het hebben van een psychiatrische aandoening heeft in de huidige maatschappij. Eenmaal gediagnosticeerd en behandeld is het veel moeilijker – en in de praktijk vaak onmogelijk – om weer als volwaardige burger te worden aangezien.
Staalharde weigering
Inmiddels heb ik ook al aan den lijve meegemaakt dat patiënten afhaken omdat ze de eigen bijdrage niet kunnen opbrengen. Het gaat nog niet direct om mensen waarbij ik inschat dat ze binnen afzienbare tijd suïcide zouden kunnen plegen – los van het feit dat in dat geval ook tegen iemands wil hulp geboden moet worden – maar wel om mensen die zonder behandeling en begeleiding moeilijker door het leven zullen gaan. En dat gaat over meerdere levensgebieden: sociale contacten, arbeid of andersoortige dagbesteding, rolvervulling binnen gezin / systeem. Om het nog niet eens te hebben over de mensen om de onbehandelde patiënt heen, en de eventuele overlast die een verward persoon kan veroorzaken op straat. Uw staalharde weigering om de eigen bijdrage van tafel te vegen – ook al is de gehele oppositie het oneens en staat het hele Malieveld vol met patiënten en professionals om te protesteren – staat me nog helder voor ogen; ik was er ook bij daar in Den Haag. En het feit dat u nu geregeld schermt met de boodschap dat u de hoogte van het bedrag door al die protesten al tweemaal hebt verlaagd is natuurlijk weinigzeggend; net als op de markt wordt rekening gehouden met een marge om af te dingen, dus die verlaging was ruim van tevoren ingecalculeerd.
Mens en minister
Hoewel uw eigen bijdrage en uw redenatie om die eigen bijdrage te verantwoorden nooit de enige oorzaak kan zijn geweest voor de zelfmoord van het 18-jarige meisje, is het zonder veel twijfel wel te benoemen als de spreekwoordelijke druppel die de emmer van het meisje deed overlopen. Ik ben dan ook erg benieuwd of deze gebeurtenis iets doet met u als mens en als minister. Zult u aan dit hele voorval voorbij gaan zonder er enige aandacht aan te schenken? Neemt u er wel notie van, maar wast u uw handen dan in onschuld? Of komt u bij zinnen en ziet u de inmiddels maar al te reële risico’s van uw discriminerende beleid? Wat ik ook graag zou willen weten: wat zou u de ouders, andere familie en vrienden van het meisje vertellen als u met ze in gesprek zou gaan? Vindt u het dan nog steeds reëel om uw beleid te verdedigen? Of zou een persoonlijk gesprek met de nabestaanden u toch op een of andere manier tot inkeer kunnen laten komen?
In afwachting van uw reactie,
Met vriendelijke groet,
Bas Ickenroth
Bas Ickenroth schrijft over muziek voor o.a. Kindamuzik en Subjectivisten.nl, maar werkt in het dagelijks leven als Verpleegkundig Specialist GGZ