ThePostOnline

Grenzenloosheid vraagt meer om praten dan om wetten

02-05-2012 13:00

Een interessante discussie met CNV-voorzitter Jaap Smit bij AVRO’s Vrijdagmiddag Live, een discussie die eigenlijk een beetje bij toeval op gang kwam. Bert Brussen was aan het begin van zijn overzicht van de gebeurtenissen op internet van die week en Smit werd gevraagd waar hij nu precies stond in de kwestie rondom het offline halen van een aantal websites. De korte discussie die volgde was met name erg interessant omdat je voelt dat zelfs in die paar minuten Smit langzaam beseft dat zijn eerste, vrij resolute, uitspraak eigenlijk weinig hout snijdt in de digitale wereld. Daarmee geeft hij ons eigenlijk in vogelvlucht een kijkje in de problematiek rond (online) wetgeving, met als kernbegrip ‘grenzenloosheid’. Wat men soms ‘grenzeloos’ vindt, komt ineens ter discussie te staan door de ‘grenzenloosheid’.

Fatsoen
De kwestie in deze was ‘fatsoen’: ‘kun’ je wel de Koningin met een strop om haar nek afbeelden? Eigenlijk is dit een beetje een uitgekauwd verhaal, met denkbeelden als “Moet dat nou zo?” en “Dit is toch niet nodig!”. Misschien “moet het” inderdaad wel niet zo, maar moet je het daarom ook verbieden, is hier dan de vraag. Smit was aanvankelijk vrij resoluut: het “leek hem wel” dat de sites om een plaatje van een opgehangen Koningin offline moesten. Waarschijnlijk overzag hij de implicaties van die uitspraak niet helemaal, zou hij ook zo resoluut met zo’n antwoord komen als de shared hosting ook de site van het CNV zou bevatten? (Bij wijze van spreken.)

Iets later in het gesprek moet hij toegeven dat je iets als fatsoen toch eigenlijk niet bij wet kunt regelen. De realisatie dat fatsoen -wat je wel en niet kunt “maken”, of “wat hoort”- in onze samenleving voor iedereen anders ligt leeft bij Smit blijkbaar toch ook sterk. Dit geldt ook voor andere zaken die we willen aanpakken, op internet zijn geen grenzen. Dus waar begin je sowieso eigenlijk? Veel landen doen een moedige poging, maar wil je het internet het ínternet houden dan is er eigenlijk geen beginnen aan. Daarmee staat het model voor alle globaliserende krachten die ons politieke bestel nu ook in zijn greep houden. De hele internationale politiek samengebald in een tweetal minuten radio, het blijft soms een erg mooi medium.

Kracht van verandering
De discrepantie tussen “ik vind” en “anderen doen” is soms een erg verwarrende. Smit liet zich ook even leiden door de eigen opvattingen. Beatrix met een strop om de nek, “dat doe je niet”, ongeacht of u het daar dan wel of niet mee eens bent: wat doe je er aan? Anderen het recht op deze uiting ontnemen gaat ver, en daarnaast wordt het ook steeds moeilijker ze dit recht te ontnemen. Binnen tien minuten staat een afbeelding overal, en kom je er waarschijnlijk nooit meer van af.

Het besef dat anderen invloed hebben over wat je tegenkomt, ook al is dit in strijd met je eigen normen en waarden, is soms lastig. Over het hele links-rechts spectrum zien we dit terug. Het ligt mede ten grondslag aan de angst voor de Islam, voor Europa en voor de globalisatie. We weten allemaal dat veranderingen onontkoombaar zijn, maar we proberen ze toch in te dammen. Maar indammen, daar “zijn wij ook niet van”, want we zijn immers een open en liberale samenleving. Je hoeft de angst voor de Islam niet terecht te noemen om toch te onderkennen dat het logisch is dat de samenleving soms even geen raad weet met zichzelf wanneer het geconfronteerd wordt met een hoofddoek of burqa.

Juridiseren
Jaap Smit slaat de spijker op zijn kop wanneer hij zegt dat we niet alles moeten juridiseren. Je hoeft tegenwoordig maar even om te kijken of iemand wil op internet al ‘legale stappen‘ tegen je ondernemen. Dat is een overtrokken reactie die geen plaats heeft in deze nieuwe wereld. Hetzelfde geldt voor andere zaken die we liever niet zien, maar die we vanuit ons liberale gedachtengoed ook eigenlijk weer wel willen accepteren: we moeten er over praten, niet gaan juridiseren. Natuurlijk loert dan het gevaar op een D66-maatschappij waarin we alles kapot gaan relativeren, waarin we onze bezwaren niet meer willen uitspreken omdat we zulke vrijheidsdenkers zijn. Dat is dan misschien een risico dat we moeten durven nemen. Het internet is grenzeloos, daarin vallen nationale -en zeker persoonlijke- bezwaren heel erg uit de toon.

Blijft over: het probleem van al dan niet georganiseerde criminaliteit als informatie- en identiteitsdiefstal, religieuze aanslagen of bijvoorbeeld het maken en verspreiden van kinderporno. Dat praat je natuurlijk niet weg, dat is ook niet iets dat je wilt laten liggen omdat je zo liberaal bent. Maar misschien is dat wel een extra reden om te zeggen “Fatsoen is leuk, maar dat gaan we niet afdwingen. Laten we nu kijken hoe we internationaal de echte criminaliteit aanpakken zonder het internet of de samenleving lam te slaan.”

CC-Foto: ‘Rob!