Sinds het sluiten van het bezuinigingsakkoord tussen de partijen van de Kunduz-coalitie, zijn de electorale verhoudingen fors verschoven. Het enthousiasme voor het akkoord is zeker onder de VVD-kiezers duidelijk gedaald, maar ook speelt “Europa” een steeds belangrijkere rol (deze week in de gedaante van de ESM-ratificatie). De VVD houdt haar kiezers nu steeds minder vast, terwijl de PVV dat juist een stuk beter doet dan kort na de val van het kabinet. Terwijl direct na de val van het kabinet nog amper VVD-kiezers de oversteek meer maakten naar de PVV is die stroom nu weer wel op gang gekomen en mede daardoor zien we dat vandaag de PVV twee zetels is gestegen (naar 25) en de VVD weer één gedaald (naar 24).
Het verlies van GroenLinks dankzij het interne gekrakeel om de kandidatuur van Dibi van drie zetels van vorige week is voor tweederde deel weer goedgemaakt (van vier naar zes). Mede daardoor is de PvdA weer twee zetels teruggezakt naar 21. De SP stijgt één zetel en staat daarmee met 30 zetels vijf voor op nummer twee (de PVV). Het CDA valt weer één zetel terug naar 14.
Mede daardoor verliezen PvdA, CDA en VVD samen nu 23 zetels. Dat komt vooral doordat deze drie partijen gezien worden als de verantwoordelijke partijen in de afgelopen 25 jaar en die daardoor aangesproken kunnen worden op de problematiek in de eurolanden, het oplopen van onze eigen schulden en het gebrek aan hervormen in het verleden. (Daarover heeft Maurice de Hond een artikel geschreven met als titel “Als je deel van het probleem bent”). Ze staan nu samen op 59 zetels, ver van het niveau van ruim boven de 100 dat ze doorgaans scoorden. Coalitievorming lijkt steeds moeilijker te worden. Zo is de Kunduz-coalitie sinds 27 april gedaald van 76 naar 66 zetels!
In ons onderzoek van dit weekend laten we onder meer nog het volgende zien:
– 32 procent van de VVD-kiezers is negatief over het bezuinigingsakkoord (gemeten op 18 mei).
– 50 procent van de Nederlanders wil dat de ESM-ratificatie over de verkiezingen heen worden getild. Bij de VVD-kiezers is dat ongeveer de helft. 36 procent was voor de motie van afkeuring tegen Minister De Jager.
– Het vertrouwen in Premier Rutte is duidelijk aan het dalen. Staat nu op 5,6 en was altijd boven de 6. Die daling is niet zozeer onder de VVD-kiezers, maar wel onder de andere kiezers.
– Kans op het stemmen van die partij is bij de PVV de laatste 4 weken zes procent gestegen. Onder kiezers met lage opleiding scoort deze partij ongeveer een derde aan electorale potentie, tien procent lager dan de SP. Onder kiezers met hoge opleiding scoort de PVV maar negen procent. D66 is met 40 procent de partij met de hoogste potentie onder deze groep kiezers, gevolgd door VVD en PvdA met 30 procent.
– Het aandeel VVD-kiezers dat aangeeft wederom VVD te stemmen is gedaald naar 62 procent, terwijl dat ruim een half jaar geleden nog bijna 80 procent was. Bij de PVV is dat percentage sinds eind april gestegen van 60 procent naar 75 procent. Ook hierbij zien we het proces heel duidelijk met verschillen tussen kiezers met hoge en lage opleiding.
Het complete onderzoek op PDF is hier te lezen.
De wekelijkse opiniepeiling van Maurice de Hond is afkomstig van Peil.nl.
