Vandaag vindt de derde editie van Fortarock plaats. Een metalfestival voor echte liefhebbers, opgericht dóór liefhebbers. Liefhebbers die toevallig een hele bak geld hebben. Melkpakken leveren geld op en een goedlopende melkpakkenfabriek zeker. Daarom kan Erik Korstanje nu maecenas spelen, voor goedbedoelende vervaarlijk uitziende metaalfans. Zo blijkt dat veel cultuur geen subsidie nodig heeft. Natuurlijk, er zijn heel veel festivals zonder subsidie. Bijna-monopolist Jojo weet wel hoe je een festival winstgevend kan maken. Met laffe middle-of-the-roadmuziek muziek en gouwe ouwe, omringd door een juiste buzzer om je festivals, en je komt al een heel eind. Ook een festival als De Affaire kan zonder subsidie leven, dankzij de plaatsing tijdens de Nijmeegse Zomerfeesten en een loyaal publiek. Maar Fortarock heeft iets unieks: een heuse mecenas.
Afgelopen kabinet deed een heleboel fout. Een heleboel, van boerkaverbod tot wietpas. Het is maar goed dat middels het Rentakkoord zaken als behoud van PGB en natuur zijn geregeld. Wat echter niet heel verkeerd was, was de zeis door de kunstsubsidies. Het had niet met de rancuneuze “weg met die linkse hobby’s”-instelling gemoeten, maar toch. Een paar van de 8000 symfonieorkesten die Nederland rijk was werden opgedoekt en veel kunstorganisaties werden aangezet om een kritisch te kijken of ze wel bestaansrecht hadden. En hoe ze dat gingen betalen.
Beschaving
Meteen na de aangekondigde bezuinigingen kwamen er marsen der beschaving op. Want subsidie op cultuur wegnemen dat was ongeveer hetzelfde als baby’s vermoorden, of zoiets. Dat protest zwakte ook alweer snel af, omdat veel kunstenaars en kunstinstellingen ook begrepen dat als er gesnoeid moet worden in de overheidsuitgaven, kunst niet zo’n hele gekke is om als eerste onder de loep te nemen. Bovendien: het blijkt dat je dus in de kunstensector heel veel geld zélf kan regelen.
Fortrock is daar een toonbeeld van. Een liefhebber met geld en je hebt opeens een supergaaf festival. En de ene meneer met geld houdt van opera’s, de andere van metal. Het is alleen wel de kunst dat geld te vinden en te zorgen dat je er iets mee kan. En dan blijkt het belang van een goed georganiseerde kunstensector. Fortarock kon op de bestaande, gesubsidieerde, infrastructuur van Doornroosje groot groeien. En toont daarmee aan hoe het moet.
De overheid moet zorgen voor een culturele infrastructuur. Met opleidingen (niet teveel), musea en concertzalen. De overheid moet zorgen voor mogelijkheden (jonge) mensen te begeleiden naar serieus cultureel ondernemerschap. Ze moet ook zorgen voor toegankelijkheid van kunst. Dat zijn de randvoorwaarden. Gezelschappen en festivals moeten echter geen subsidie krijgen, die moeten op zoek naar eigen geld. Als er iemand zo gek is tonnen in teringherrie met gitaren te stoppen, zoals bij Fortarock, kan dat bij andere kunstvormen ook. Dat is beschaving.
Huub Bellemakers zit nu te genieten van uiterst beschaafde kunstenaars als Benighted en Devin Townsend.