De ‘Sunny Side of Sex’ won dit jaar de Dick Scherpenzeelprijs voor buitenlandjournalistiek. Terecht, zo zou ik willen zeggen, want in deze vierdelige documentaireserie wordt er een uniek licht op de seksuele cultuur in niet-westerse landen geworpen. De serie is vrolijk en grappig, maar werpt tegelijk ook een spiegel op voor de Nederlandse samenleving. Want tolerant, doorgeslagen of niet, wie de Sunny Side of Sex bekijkt krijgt toch de indruk dat we hier nog steeds heel preuts zijn.
Preuts is wellicht niet helemaal het goede woord; heteronormatief is misschien een betere. Want ja vrije seks mag en samenwonen, open relaties, swingen en andere losse seksuele vormen zijn steeds meer in zwang, maar een man die biseksueel is? Een vrouw die ooit als man is geboren? Queers (mensen die zichzelf geen specifiek genderstempel willen geven; ze voelen zich man én vrouw, of geen van beiden), travestieten, transgenders, transseksuelen? Dat blijven toch maar wat vreemde en onwennige ‘verschijnselen’.
Lady boys, Japanse poppenseks en ping-pong shows
Begin dit jaar reisde ik naar Thailand waar ik verbleef bij een Thaise-Chinese familie in een buitenwijk van Bangkok. Zoals in zoveel Thaise familiehuizen is het er een komen en gaan van familieleden. Eigenaar van het huis is de oom van een goede Thaise vriend van mij die ik tijdens mijn studietijd in San Diego heb ontmoet, daarnaast wonen er permanent zijn nieuwe vijfentwintig-jaar jongere vriendin en de zoon en dochter van een andere tante die zelf op het platteland woont. Maar ook neven, nichten, ooms, tantes en achterkleinkinderen doen regelmatig het huis aan. En dan zijn er nog de boyfriends en girlfriends en mijn eigen vrienden: Khan mijn studiemaatje uit Amerika, Socotra zijn Zuid-Afrikaanse vriendin en Dylan; ook een Zuid-Afrikaan en fanatiek homoactivist.
Met mijn drie vrienden reisde ik door Bangkok. Overdag bezochten we prachtige tempels en paleizen. ’s Avonds verkenden we de seksuele cultuur van deze bruisende metropool, waar… zo ontdekte ik al snel, alles mag, alles kan en niets vreemd is. Als je maar betaalt natuurlijk.
Vandaag het eerste deel in een serie over lady boys, happy endings, pedofilie, Japanse poppenseks, trans parties, ping-pong shows en de magere meisjes van Soy Cowboy. Sommige dingen vond ik verbazingwekkend, andere afschrikwekkend of zelfs aanstootgevend, maar feit is: Amsterdam is een behouden kaasstolp in vergelijking met de totale gekte van wereldstad Bangkok.
Een agente met een baardje
Zodra je het vliegveld van Bangkok binnenloopt slaat de vochtige warmte je tegemoet. De vele airco’s en luchtroosters ten spijt, het is warm. Ik ben moe en heb vreselijke spierpijn. Maar daar weet mijn goede vriend Khan wel een oplossing voor. Samen met een neef staat hij me tussen duizenden mensen op te wachten. Khan is Thai. Zijn neef is Thai. De anderen in die eindeloos lange geordende rijen ook. En ik beschik niet over het mobiele nummer van m’n studievriend. Op het moment dat ik de overvolle aankomsthal in loop realiseer ik me dan ook onmiddellijk dat ik een grote fout heb begaan. Iedereen is kort. Iedereen lacht vriendelijk. Iedereen heeft zwarte haren en uitgestreken gezichten. Als slechtziende is het zoeken naar een speld in een hooiberg. Ik loop maar heen en weer en tuur vermoeid naar de gezichten. Eerst lijkt iedereen hetzelfde, maar naarmate ik vaker langs de rijen loop beginnen me de verschillen in bouw en lengte op te vallen. Sommige jongens hebben make-up op, terwijl een aantal meisjes zo stoer gekleed zijn dat ik ze aanvankelijk voor mannen aanzie. Een jongen die duidelijk niet is omgebouwd loopt evengoed op hakken. Een agente heeft een baardje op haar gezicht laten tatoeëren. Ze lacht naar me en vraagt met een hoge mierzoete stem of ik hulp nodig heb. Ik knipper even met m’n ogen en loop dan maar weer snel door.
Uiteindelijk schiet Khan me aan. ‘Daar ben je! Ik zag je langslopen maar ik mocht niet uit de rij. We huggen elkaar later oke? Dat is niet zo gepast hier op het vliegveld.’
Hij stelt me voor aan z’n neef en we stappen in de auto. Een uur later arriveren we bij het huis van zijn oom.
De massagesalon
“Heb je last van spierpijn?” vraagt Khan voor de neus weg.
“Ja.”
“Mooi Dylan klaagt er ook steeds over, dus morgen gaan we naar de familiesalon.”
“De wat?”
“De massagesalon waar m’n familie zich wekelijks laat masseren,” verduidelijkt Khan snel.
Ik kijkt uit het raam naar de hoge voorbij flitsende gebouwen.
Waar ben ik nu weer beland? Is het enige wat ik denken kan.
Die volgende morgen na een ontbijt van rijst, mierzoete banencakejes, jelly-pudding en overrijpe mango’s rijdt de neef ons naar de salon.
Vrijwel in elke straat van Bangkok zijn wel één of meerdere massagesalons te vinden. Voor 60 Bath, iets minder dan twee euro, word je anderhalf uur lang platgewalst, uit elkaar getrokken en heen en weer gerold. Extra populair: de voetmassage. Je kan je edele teentjes wel twee uur onder handen laten nemen als je wil.
Met verbazing kijk ik naar de rijen stoelen waar de Thaise klanten lui onderuitgezakt een kopje thee drinken terwijl iemand hun benen en voeten masseert. In Egypte mag je nooit de onderkant van je schoonzool laten zien. Laat staan dat je, je voeten door iemand aan laat raken. Dat is slavenwerk. Voeten liggen in het Midden-Oosten zo gevoelig dat ze standaard met ‘benen’ worden aangeduid. “Zo’n voetmassage is toch vernederend?” fluister ik tegen Khan. “Waarom? Je voeten zijn toch gewoon een onderdeel van het lichaam. Probeer het!” Aarzelend neem ik in één van de stoelen plaats. Maar zodra de vrouw mijn voeten aanraakt, begin ik luid te protesteren. Het geeft me maar een koloniaal gevoel om iemand je vieze plakkerige pootjes onder handen te laten nemen.
Dan maar de gewone massage. Khan, Dylan en ik worden in een stoffen cabine op rieten matten gelegd. We krijgen een wijde harembroek en dun T-shirt aan en liggen enigszins onwennig naast elkaar. Er zijn geen doeken die ons van elkaar scheiden. Zelfs de borstmassage gaan onbedekt. Gelukkig kijken mijn vrienden beschaafd een andere kant op. Khan krijgt een mannelijke masseur toegewezen, maar daar is hij als Amerikaanse college-boy toch niet zo blij mee. “Masseer hem maar,” zegt hij terwijl hij snel naar Dylan wijst. Die is als homo maar al te blij met een mannelijke masseur en vraagt op ondeugende toon aan zijn eigen stevige masseuse of ze mij niet onder handen wil nemen. Ik kijk bedenkelijk. De vrouw weegt zeker honderd kilo – en die moet straks over mijn rug lopen?
Kunnen vrouwen ook een happy ending krijgen?
“Dit is een hele beschaafde salon,” vertelt Khan me terwijl onze ledematen uit elkaar worden getrokken, onze botten worden gekraakt en onze spieren flink worden opgerekt.
“Maar als ik hier alleen zou zijn dan…”
“Dan wat?”
“Dan zouden ze vragen of ik een happy ending wil.”
“Een happy ending?”
“Ja je weet wel…”
“Kunnen vrouwen ook een happy ending krijgen?”
“Dat weet ik niet, wacht ik vraag het even.”
En zonder blikken of blozen wendt hij zich tot mijn lesbische massagemachine en vraagt haar of vrouwen ook de optie wordt aangeboden om klaar te komen aan het eind.
De drie masseurs lachen (in Thailand een teken van ongemakkelijkheid – leer ik al snel).
“Nee,” zegt de vrouw resoluut.
“Het is een taboe,” legt Khan uit.
“Maar andersom niet?”
“Nee, ach, het is zo makkelijk bij een man.”
Blowjob bars
Dan neemt de wat oudere vrouwelijke masseuse van Khan het woord. “Het helpt een man om te relaxen. In deze salon komen veel zakenmannen… die hebben stress. Ze drinken hier thee, worden gemasseerd en gaan weer blij naar buiten. Frustratie is niet goed voor hun prestaties.”
Dat deze handelingen in Nederland toch echt buiten de werkzaamheden van een masseuse vallen vindt ze maar vreemd. “Je masseert toch het hele lichaam?”
Tja, als je het zo ziet… denk ik even, maar nee, het blijft gek.
Al snel ontdek ik dat je in Thailand niet alleen een happy-ending bij de massagesalon kunt krijgen. In de hoerenbuurten van Bangkok zijn genoeg blowjob bars waar mannen onder het genot van een biertje of een glas whisky door een vrouw (die achter de stoffen afscheiding van de bar zit) worden gepijpt.
“Dat meen je niet!” roep ik verbaasd. “En die vrouwen krijgen ze niet te zien?”
“Nee.”
“Dus dat zijn gewoon levende robotjes.”
“Ja.”
Ik vind het misselijkmakend.
Khan worstelt duidelijk met de opmerkelijke sekscultuur in Thailand. Aan de ene kant is hij opgevoed als Thai en neemt hij het op voor de Thaise gebruiken en gewoonten. Aan de andere kant leeft hij al heel zijn leven in San Fransisco en is hij bekend met de Amerikaanse preutsheid op seksgebied.
“Wat vind je er nou zelf van?” vraag ik hem.
“Tja, niet respectvol naar de vrouw toe. Maar zo gaat het hier.”
“Niet alle mannen doen dat toch?”
“Nee, maar het is zo makkelijk. In ieder geval af en toe… Thaise mannen zijn gewoon verzot op een happy ending.”
Monique Samuel (1989) is een Egyptische-Nederlandse politicoloog en auteur. en blogt regelmatig over ontwikkelingen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika op www.moniquesamuel.nl. Dit voorjaar verscheen haar boek ‘Mozaïek van de Revolutie: een kijkje achter de voordeur van het Nieuwe Midden-Oosten’ bij Uitgeverij De Geus. Deze nieuwe serie op DeJaap gaat echter over haar bezoek aan Thailand en de seksuele cultuur aldaar. Hierin komen onder meer het sekstoerisme, prostitutie, de gay-queerscene, massage salons, gedwongen huwelijken en andere zaken aan de orde.