Op 18 juni wordt in de Tweede kamer de financiële uitwerking van het Kunduzakkoord besproken. De door veel Nederlanders verafschuwde voorgestelde afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer komt daarbij onder andere ook aan bod. De ANWB heeft de Tweede Kamerleden laten weten fel tegenstander van deze maatregel te zijn. De ANWB adviseert de Kamer dan ook om toch vooral naar alternatieven te zoeken, omdat ons land met de autobelastingen steeds verder uit de pas loopt met andere EU landen. Volgens de automobilistenbond zou bij invoering van deze maatregel de maandelijkse belastingen voor een gemiddelde Nederlandse auto met benzinemotor bijna twee keer zo hoog uitkomen als in Duitsland (!).
Een gemiddelde Nederlandse auto met benzinemotor kost nu maandelijks 212 euro, dit zou na invoering van de maatregel op 282 euro uitkomen. In Duitsland is dit 142 euro per maand. De Belgen betalen per maand 163 euro en in Frankrijk zijn de gemiddelde maandkosten 135 euro.
Thuis blijven is geen optie
Deze bedragen hebben echter alleen betrekking op de belastingen, de totale gemiddelde maandelijkse autokosten gaan na invoering van de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding van 624 euro naar 690 euro per maand. Voor een Duitser zou dat volgens de ANWB 547 euro zijn.
Het kabinet beoogt met deze maatregel naar verluidt dat mensen in Nederland dan minder gaan reizen. De meeste forenzen hebben volgens de ANWB echter geen enkel realistisch alternatief voor hun dagelijkse woon-werkverkeer. Op stel en sprong van baan wisselen of dichter bij het werk gaan wonen is ook niet zomaar gebeurd. Het lijkt voor Nederland te hopen dat de Tweede kamer uiteindelijk kiest voor bezuinigingen in plaats van deze ‘bruut’ aandoende lastenverzwaring.
Bekijk hier de vergelijking autobelastingen (pdf).
