Januari 2011. Het is een anoniem nieuwsbericht, zoals die er in een transferperiode constant zijn: ‘Karim El Ahmadi naar Dubai’. El Ahmadi, drie jaar eerder voor vijf miljoen euro één van Feyenoord’s duurste aankopen ooit, vertrekt via de achterdeur naar het oliestaatje. Lekker een halfjaartje ballen, wat de jaren daarvoor maar niet lukte bij Feyenoord.
Een paar dagen voor zijn vertrek was El Ahmadi ook al in het nieuws. Hij was na de hopeloos verloren wedstrijd Feyenoord – De Graafschap door de politie staande gehouden toen hij met zijn auto De Kuip uit reed. Of beter: scheurde. Terwijl een woedende meute supporters door een deel van de harde kern tot rust werd gebracht, vond binnen de muren van het stadion een gesprek plaats tussen clubleiding, trainer Mario Been en de spelersgroep. Karim El Ahmadi trok zijn mond open over het in zijn ogen falende topsportbeleid dat Feyenoord al dan niet zou voeren. Gevolg: knallende ruzie met Mario Been en gierende banden van El Ahmadi’s auto.
Drie dagen later vertrok El Ahmadi gedesillusioneerd naar Dubai, op verhuurbasis naar Al Ahly. Die komt nooit meer terug, dacht men. En hoopte men, vooral in het Maasgebouw, waar de clubleiding van Feyenoord er in de maanden voor El Ahmadi’s vertrek alles aan doet het hem ongemakkelijk te maken. In letterlijk elk gesprek krijgt hij te horen een slechte voetballer te zijn ‘die er niets van kan’. Terwijl Feyenoord in Oman op trainingskamp is barst de bom meermaals: El Ahmadi wordt van het kastje naar de muur gestuurd door algemeen directeur Eric Gudde, die en passent nog bijna de onderhandelingen met Al Ahly verknalt, tot frustratie van El Ahmadi. Grootste slachtoffer van het maar voortdurende conflict zijn de prestaties van de middenvelder. Sinds zijn komst in de zomer van 2008 van FC Twente viel hij vooral tegen. Door blessures maakte hij al in z’n eerste seizoen een valse start, maar ook na zijn revalidatie is zijn spel een schim van wat hij in Enschede liet zien.
Dat ziet de clubleiding. Net als Het Legioen, dat begint te morren. Toch weet El Ahmadi een goede relatie te onderhouden met het meest fanatieke deel van de hondstrouwe supportersschare, het deel dat regelmatig met de clubleiding om te tafel zit maar in het voorjaar van 2011 het vertrouwen in diezelfde clubleiding, het gaat dan vooral om mensen als algemeen directeur Eric Gudde, toenmalig financieel directeur Onno Jacobs en suikeroom Pim Blokland, opzegt omdat ze zich niet serieus genomen voelen. Met die groep supporters voelt El Ahmadi binding; ze lopen tegen dezelfde problemen aan. Ze worden respectloos behandeld en voelen zich niet serieus genomen als ze opbouwende kritiek leveren. Iconisch voor die goede relatie tussen speler en supporter was na SC Heerenveen, in mei van dit jaar. Na de wedstrijd waarin Feyenoord kwalificatie voor de voorronde van de Champions League vaststelde, vielen El Ahmadi en één van die supporters elkaar huilend van geluk in de armen.
Alles was toch nog goed gekomen.
Daarom verdient El Ahmadi veel respect. Hij bleef knokken. In Dubai kwam hij tot de rust die hij nodig had, na jarenlang als grofvuil behandeld te zijn door ego’s die hun eigen belang boven dat van Feyenoord stelden, met alle sportieve, menselijke en financiële gevolgen van dien. Het was voor hem bevrijdend toen de spelersgroep trainer Mario Been, wiens positie door conflicten zoals die met de middenvelder, onhoudbaar was geworden, wegstemde tijdens een trainingskamp, in de voorbereiding op vorig seizoen. In de voetbaljaargang die volgde groeide de Marokkaan uit tot een bepalende speler, die samen met Jordy Clasie en Otman Bakkal aan de basis stond van het succes van Feyenoord. Een krachtig, sterk spelend middenveld.
Nu vertrekt hij naar Aston Villa. Een prachtige transfer naar een prachtige competitie. Het is hem gegund.