Chris Froome is een matennaaier. Sinds de etappe van donderdag heeft de in Kenia geboren Brit een hoop van zijn sympathie verloren. Van leuke knecht naar pestkop.
‘Ik ben de beste’
Op weg naar Peyragudes voelt Froome zich goed, hij kan meer dan tempo maken voor zijn kopman, Bradley Wiggins, de man in het geel. Hij voelt dat hij Alejandro Valverde terug kan halen. Hem bergop voorbij kan rijden, dat hij erop en erover kan gaan en als eerste over de finish kan komen in de zware Pyreneeënrit. Maar hij mag niet, want hij is meesterknecht. Niet de nummer één van de ploeg maar net een treetje daaronder. In de ploeg en in het klassement.
Maar hij voelt zich zoveel beter. Heeft er een beetje spijt van dat hij niet namens een andere ploeg door Frankrijk koerst. Dit is zijn laatste kans om iets bijzonders te laten zien. Vrijdag is het te vlak, zondag de aankomst in Parijs en zaterdag, in de tijdrit, is Wiggins net ietsjes beter. Dus Froome gaat op de pedalen staan. Zet aan en danst weg van een verbaasde in het geel gestoken Brit met enorme bakkebaarden.
Froome is los en voelt zich heerlijk. Eindelijk vrij. Om zijn superioriteit nog wat te benadrukken kijkt hij half achterom naar de gele trui, zijn kopman, haalt een hand van het stuur en wenkt: “Kom op Bradley, mee.”
Pestkop
Daarmee ontpopt Chris Froome zich als pestkop. Hij is het jongetje dat slimmer is dan zijn klasgenootjes en demonstratief als eerste zijn huiswerk inlevert. De voetballer die onder zijn niveau meedoet en dan maar gaat dollen en zoveel mogelijk panna’s probeert te maken. Richard Witschge die negen keer hooghoudt tegen Feyenoord.
Natuurlijk mag pesten in het wielrennen. Lance Armstrong was er een kei in. Vernederde Jan Ullrich door keer op keer te zeggen dat Ullrich veel meer talent had dan hijzelf. Daarmee de schuld van de kortere erelijst volledig bij de werklust van de Duitser te leggen. Armstrong pestte ook het hele peloton door zijn koffiemolentje, zijn hoge beenomwentelingen. ‘Kijk eens hij soepel ik trap terwijl jullie zitten te harken.’
Maar dat is tegen je tegenstander, om een oorlog te winnen. Niet tegen je kopman, niet tegen de eerste Brit die de tour kan winnen, niet tegen de man die je contractueel beloofd hebt te steunen. Het zal gestormd hebben aan de eettafel van de Skyploeg donderdagavond. De verklaring dat Froome in de Alpen zijn oortje niet hoorde door het lawaai blijkt een smoes. Froome zal op zoek moeten naar een nieuwe ploeg of alleen nog opgesteld worden als kopman. Als meesterknecht is hij sinds deze tour niet meer de vertrouwen.