Wetenschappers hebben het maar moeilijk. Als ze wetenschappelijk carrière willen maken moeten ze publiceren. Dit betekent: je doet een onderzoek, schrijft een artikel en stuurt het naar een wetenschappelijk tijdschrift. Zij sturen het door naar andere wetenschappers die er dan een oordeel over geven. De auteur weet niet wie hem beoordelen, de beoordelaars weten niet wie ze beoordelen. Er zijn op veel vakgebieden een beperkt aantal hoog aangeschreven tijdschriften waarin iedereen wil publiceren en de meeste aangeboden artikelen worden dus afgewezen.
De afdeling Communicatiewetenschap van de Universiteit van Amsterdam heeft op dit terrein in tien jaar een enorme reputatie opgebouwd. Met name de onderzoeksgroep over politieke communicatie heeft een zeer groot aantal artikelen gepubliceerd. De keerzijde laat zich raden. Er zitten ruim twintig wetenschappers onderzoek naar politieke communicatie te doen, maar het grote publiek merkt daar volstrekt niets van. De bredere verspreiding van hun inzichten levert namelijk geen wetenschappelijke carrièremogelijkheden op. Zij kunnen hun tijd efficiënter besteden.
Bewonderenswaardig
Alleen al om deze reden is het bewonderenswaardig dat Rens Vliegenthart – universitair hoofddocent en lid van deze onderzoeksgroep – een toegankelijk boek schreef over zijn vakgebied. U kletst uit uw nek geeft een overzicht van onderzoek naar de relatie tussen media, burgers en politiek. Vliegenthart vertelt over hoe de mediaberichtgeving over politiek door de tijd is veranderd, hoe de media de politiek beïnvloeden en andersom, en hoe de media invloed hebben op de politieke interesse en stemvoorkeuren van burgers.
Dat Vliegenthart zich aan deze klus waagt, verdient bewondering. Hij wordt er institutioneel niet voor beloond en dus is hij eigenlijk ‘gek’ dat hij zijn tijd niet heeft besteed aan een extra wetenschappelijk artikel, hetgeen hij ook niet onverdienstelijk doet. Het schrijven van een boek voor een breed publiek kan om vele redenen een uitdaging zijn. Veel wetenschappers kunnen niet toegankelijk schrijven, verliezen zich in details en weten hun bevindingen niet aan de belevingswereld van de lezer te koppelen. Maar Vliegenthart heeft van al die problemen geen last.
Gebrek aan relevantie
Een probleem blijft over: Vliegenthart beschrijft onderzoek van zichzelf en collega’s, dat inmiddels in wetenschappelijke artikelen is gepubliceerd. Dit onderzoek blinkt niet uit in relevantie. Zo legt Vliegenthart uit hoe Wilders via de media zijn aanhang voor zich probeert te winnen. De conclusie is dat Wilders er goed in slaagt die onderwerpen onder de aandacht te brengen die voor de PVV electoraal voordelig zijn. Tja.
Waarom zijn die onderwerpen electoraal zo goed voor Wilders? Waarom wint Wilders verkiezingen als hij de islam aanvalt? En kunnen we voorspellen of Wilders de verkiezingen weer wint nu hij de EU tot speerpunt heeft gemaakt? We kunnen er aan de hand van het onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam alleen naar gissen. Vliegenthart weet ook te melden dat aandacht voor immigratie in de media leidt tot meer steun voor de PVV. Dat is heel interessant, maar waarom is dit dan het geval? Geloven burgers alles wat in de media komt?
Stel dat ik morgen in Pino-pak in het Acht Uur Journaal verschijn en meld dat ik de reïncarnatie van Michael Jackson ben. Geloven mensen dat dan omdat dat in de media wordt gezegd? Ik waag het te betwijfelen. Ik denk dat de meeste kijkers zullen denken dat ik een enorme idioot ben.
Duivels dilemma
Zo zit het dus met het onderzoek uit U kletst uit uw nek. Het is allemaal wetenschappelijk verantwoord verricht en toegankelijk vertaald naar het hier en nu. Maar het is ook losgezongen van de thema’s waar het in het publieke debat echt om gaat. Is immigratie op dit moment werkelijk een probleem? Brengen media dit thema goed in kaart en krijgen burgers zo een realistisch beeld van hoe het er met de immigratie voorstaat? En als burgers iets van immigratie vinden, hebben ze dit dan via de media opgedaan of doen alledaagse ervaringen er ook toe? En ga zo maar door.
Deze vragen komen in het boek van Vliegenthart niet of nauwelijks aan bod, want deze vallen buiten het soort onderzoek wat de Universiteit van Amsterdam doet. Daarmee zijn er niet alleen organisatorische en institutionele redenen waarom UvA-wetenschappers het grote publiek links laten liggen, er zijn ook grote inhoudelijke drempels. Dit onderzoek is interessant, maar laat heel veel vragen onbeantwoord. Dat kan in de wetenschap wel, maar in een boek voor een breed publiek ligt dat toch anders.
Chris Aalberts is docent en onderzoeker politieke communicatie. Rens Vliegenthart recenseert binnenkort Aalberts’ nieuwe boek Achter de PVV.