Het Openbaar Ministerie heeft aangekondigd streng op te treden tegen verstoorders van de Amsterdam Gay Pride, en met name de bekende botenparade. Een man uit Dordrecht is al aangehouden, na een oproep tot rellen bij de parade. De vraag is waarom homo’s deze bijzondere bescherming verdienen.
De aangehouden man plaatste op Twitter discriminerende teksten over homo’s, aldus het OM in Amsterdam, en zit daarom vast voor twee weken. Dat is vreemd, omdat er op Twitter vele discriminerende teksten te vinden zijn over moslims, Marokkanen, Polen, en Roma, en zelden wordt iemand daarvoor opgepakt. Homo’s zijn echter niet gelijk voor de wet: ze krijgen in Nederland een betere bescherming dan andere groepen. Dat is niet alleen een rechtsongelijkheid, het heeft politieke gevolgen.
Promotie voor bedrijven
De botenparade van Gay Pride is begonnen als feest, maar wel 100 procent commercieel. Bij de organisatoren heeft idealisme nooit een rol gespeeld: het is een product van de homohoreca in Amsterdam, en werd gesubsidieerd als Amsterdam-promotie. In het begin was het iets voor homo’s zelf, en voor de toeschouwers, die kwamen voor het spektakel.
Gaandeweg werd de parade aantrekkelijk voor derde partijen, als middel om zich te profileren. Grotere bedrijven en organisaties moesten enige schroom overwinnen, maar dat stadium is voorbij. Ook politici ontdekten de botenparade, om te beginnen de linkse partijen. De promotie-aspecten werden steeds belangrijker. Er wordt wel aan verdiend, want bedrijven betalen voor deelname. (In het verleden hebben omstreden bedrijven zoals Shell, ING en ABN-AMRO gebruik gemaakt van de Gay Pride om zichzelf te promoten).
Progressief imago
Wat kopen die bedrijven? Ze kopen een progressief, emancipatorisch en tolerant imago. Dat zijn de bedrijven echter niet, ze kopen slechts een leugen. Die kopen ze niet alleen bij de organisatoren. Ook de homo-gemeenschap werkt eraan mee, en dat is de gemeenschap wel aan te rekenen.
Het is ongepast dat een internationaal bedrijf zich in kan kopen bij de slachtoffer-status die homo’s in Nederland genieten. Het is specifiek fout dat ze bijzondere bescherming van het OM en de politie kunnen kopen. Als deelnemers aan de botenparade zijn ze bijvoorbeeld gevrijwaard van tegendemonstraties want die worden niet geduld.
‘Pro-homo is anti-Marokkaans’
Uiteraard pakken politici ook graag deze kans om zich positief te profileren. Ze kunnen met deelname aan de Gay Pride ook PVV-stemmers aanspreken, want in die kringen wordt ‘pro-homo’ als ‘anti-Marokkaans’ opgevat. Dat politici zichzelf graag verkopen is geen nieuws, maar ook in dit geval is er sprake van rechtsongelijkheid. Je kunt namelijk niet tijdens de botenparade tegen de deelnemende politici demonstreren.
Een bijzondere bescherming zou te rechtvaardigen zijn bij een onderdrukte groep. Dat is hier niet aan de orde. De hoogopgeleide autochtone homo’s, die het gezicht vormen van de homo-cultuur in Nederland, zijn geen slachtoffers. Ze verdienen geen privileges voor hun feesten of manifestaties. Ook al zijn vooral politie en OM verantwoordelijk voor de rechtsongelijkheid het geval wijst ook op een gebrek aan ethisch besef bij de homo-gemeenschap zelf.
