Wob wob wob. Niet veel anders was er dit jaar tijdens het Solar Weekend in Roermond te horen. Dubstep is de dominantste elektronische muziekstijl van het moment. Voor de één een hel, voor de ander een uitlaatklep van al zijn zorgen. Over één ding zijn beiden het eens: dubstep is chaos. Filosoof Roger Scruton is het hier ongetwijfeld mee eens. In The Decline of Musical Culture (1997) stelt hij dat muziek binnen een samenleving deze samenleving representeert. Een dominante muziekstijl als dubstep kan dan ook maar één soort samenleving representeren: een in totale wanorde levende, chaotische gemeenschap, die zijn ondergang nadert.
Danscultuur, luistercultuur, gebruikscultuur
Scruton maakt een onderscheid in de manier waarop een samenleving omgaat met muziek. Allereerst benoemt hij de danscultuur. In deze cultuur is het gebruikelijk om mee te doen in een dans als een vorm van esthetische expressie. In deze cultuur worden melodie, harmonie en ritme in muziek gewaardeerd. Scruton stelt dat in een danscultuur de bewegingen van dansers gecontroleerd zijn. Je leert je zelf uiten door de dansbewegingen onder de knie te krijgen. Met het ontdekken van de klassieke muziek wordt de danscultuur vervangen door een luistercultuur. De bewegingen die muziek teweeg brengt worden niet langer fysiek geuit, maar zijn hoorbaar in de abstracte ruimte. Er is geen binding met de empirische wereld: door te luisteren ervaar je de muziek. Tenslotte is daar de gebruikscultuur. Niet langer staat de muziek centraal. Kennis is niet nodig, noch controle over het eigen lichaam. Deze cultuur staat voor wanorde. Melodie, harmonie en ritme zijn niet langer verenigd in deze cultuur. Het enige dat gemaakt wordt is de negatie van muziek, de ontmenselijking van de geest van het lied.
Nirvana
Het toppunt van wanorde noemt Scruton Nirvana. Deze band doet wat haar publiek wil: het gaat niet om hoe mooi de muziek klinkt, maar om tegen de orde in de wereld te strijden. Men luistert niet langer naar de muziek, men luistert door de muziek heen. De elektronische verstoring zorgt er voor dat melodieuze zangkwaliteit van Kurt Cobain, welke niet bestaat, niet langer te horen is. Waar de fans van Nirvana zich mee identificeren is dan ook niet met de muziek, maar met het imago dat rond de band gevormd is aldus Scruton.
Waar de band Nirvana de zangkunsten van Kurt Cobain nog enigszins probeerde te verbloemen met melodieuze, elektrische gitaren, is er in dubstep helemaal niets overgebleven van wat Scruton als criteria neemt voor de esthetische waardering van muziek. Immers, niemand luistert zondagochtend vroeg naar Skrillex vanwege een esthetische waardering. De enige mogelijkheid die deze muziek open laat is ongecontroleerd dansen. Als het aan Scruton ligt, mag de apocalyps zijn intrede doen.
Gelukkig kan men twijfelen aan Scrutons argumentatie. In de muziek van Nirvana is namelijk wel degelijk een vereniging van melodie, harmonie en ritme. Het grootste probleem is om die vereniging te ontdekken. Dat ligt zeker niet voor iedere luisteraar weggelegd. Toch zijn er mensen die dit voor elkaar hebben gekregen. We moeten meer moeite doen om bij muziek van een band als Nirvana de verenging van melodie, harmonie en ritme te ontdekken.
Dubstep
Blijft over het wob wob wob geluid dat als dubstep betiteld wordt. Waarin vinden we deze verenging van melodie, harmonie en ritme? Wie het hoort, mag het zeggen. Zolang de hype aanhoudt, is er de mogelijkheid dat iemand het ons duidelijk maakt. Daarmee brengt hij orde in de wanorde die heerst. Mocht dat niet gebeuren, niet getreurd. Want zoals na ieder festival als Solar Weekend gezegd wordt: wat waren we gezellig uit, met z’n allen.
Niels Hagen is een ongecontroleerd danser en doet daar zo nu en dan verslag van op twitter.