Wat is er zo uniek aan een WK wielrennen? De sfeer. Het WK is het jaarlijkse hoogtepunt voor de wielersupporter. Het beste dat de sport te bieden heeft en als evenement volstrekt uniek: op een plaatselijke omloop rijden landenteam rondjes tot er na een slopende afvalrace gesprint wordt voor de zege.
De koers is doorgaans gratis toegankelijk en er hangen speakers en tv-schermen langs de kant. Het duurt nooit langer dan twintig minuten voor de renners weer langskomen. Precies genoeg tijd om een lauw, waterig pilsje en een zak frieten te halen bij een van de tappunten langs het parcours. De typische WK-sfeer; dit weekend tussen Maastricht en Valkenburg te proeven.
Dat er slechts één keer per jaar een dagje met landenteams wordt gereden maakt het evenement extra bijzonder: het wedstrijdverloop kent prachtige combines en valse streken tussen de collega’s-voor-een-dag. En langs de kant staan uitzinnige supporters uit diverse landen gebroederlijk hun lauwe, waterige pilsjes te drinken. Zo is het al jaren en zo is het goed. Laten we dit schaarse goed koesteren.
Daar dacht de Internationale wielerbond UCI geen moment over na bij haar keuze voor de toewijzing van het WK 2016 aan Qatar. De UCI besloot het deze week op haar jaarlijkse Grote Congres tijdens de wereldkampioenschappen die momenteel in Limburg plaatsvinden. Er worden tijdens dit Congres traditioneel wat proefballonnetjes uit de lucht geschoten (‘generaal dopingpardon instellen!’), wat nieuwe, onbeduidende regels ingevoerd (‘renners die met het shirt open rijden krijgen een boete!’) en wanneer het Grote Congres aan het slot het organiserend comité van het WK over drie jaar aanwijst heeft zij haar belangrijkste taak weer vervuld. Daarna is het tijd voor het Grote Banket en vervolgens is het drie dagen koers kijken en dan naar huis.
Wielrennen is, wanneer het om het bondsbestuur gaat, helaas als alle andere sporten. Het WK Voetbal gaat immers ook naar het snikhete Qatar en de Olympische Winterspelen zijn straks in een Russische badplaats. Zolang er maar Grote Congressen en Grote Banketten zijn. Wat de supporters er van denken doet er niet toe.
Extra pijnlijk: uitgerekend in een congreszaaltje van een Maastrichts hotel rolde Qatar dus uit de stembus. Een land waar tijdens de jaarlijkse Tour of Qatar hooguit een tiental supporters langs de kant staan. Een land zonder wielergeschiedenis noch wielerheden. Een volstrekt onlogische plek voor een WK, kortom. Verbreding en mondialisering van de sport is leuk, maar alleen naar plekken waar wielrennen leeft en een basis heeft, alstublieft. Niet slechts naar waar het geld zit.
Begrijp me niet verkeerd: het was fantastisch dat er WK’s in verre landen als Colombia, Australië en Canada werden georganiseerd. Dat recht is niet voorbehouden aan West- en Zuid-Europa. Er zijn wereldwijd genoeg plekken waar het wielerhart klopt. Het zou fantastisch zijn mocht er ooit eens een WK in Guatemala worden verreden. Ik zou meteen mijn tickets boeken. Enfin, geen geld, geen WK.
Qatar, daar gaat het wielerpeloton maar lekker in februari opwarmen terwijl de supporters een plastic beker pils drinken achter de dranghekken bij het WK veldrijden. 40 graden is het er deze week. En geen koud pilsje te krijgen. Ook geen lauw, waterig pilsje. Ik zeg het u maar vast, mocht u nog denken dat u daar straks die unieke WK-sfeer zult vinden.
Ik ga extra genieten op de Cauberg komend weekend.