“Dag lieve mensen, hebben jullie ook zo lekker geslapen de afgelopen weken? Nou ik wel, en ik ben er helemaal klaar voor. Heeft u er ook weer een beetje zin in? Die Tour de France van 2013. We gaan er een mooie editie van maken, eentje die u niet snel zult vergeten, een rondtocht langs hoogte- en ja inderdaad ook dieptepunten uit 100 jaar Tour de France. Het wordt echt iets bijzonders.
Het wordt een klimmerstour jongens en meisjes. Niet van dat halve werk tegen de klok. Als je de echte mannen van de jongetjes wilt onderscheiden zul je elkaar pijn moeten doen in het hooggebergte. Goed, voor Team Movistar en Euskaltel gooien we er nog even een bescheiden ploegentijdrit tegenaan, hebben ze ook wat om voor te strijden, maar verder zal het verschil toch bergop gemaakt moeten worden. Ja natuurlijk, die ene tijdrit naar Mont Saint-Michel daar kwamen we niet onderuit, maar daar staat tegenover dat er op 17 juli lekker 32 kilometer bergop naar Chorges gereden mag worden. Alléz, we zijn toch geen mietjes, beste heren?
Nee, laten we stilstaan bij het hooggebergte, want we hebben weer een mooie hoeveelheid fraais voor jullie in petto. En we beginnen op 6 juli al. Dan mag het pak zich opmaken voor 194 kilometer naar Ax-Trois Domaines. Ja precies, dat vrolijke Pyreneeënplaatsje waar Carlos Sastre in 2003 het snelst bergop ging. Sympathieke renner, leuke Tourwinnaar. Leuk dorpje trouwens ook dat Ax-Trois Domaines, niet zo veel Tourhistorie verder, maar goed ook daar is aan gedacht.
Wat dacht u van 14 juli, Quatorze Juilet, die heerlijke Franse feestdag staat volledig in het teken van de Tour. Want denk maar niet dat die jongens het cadeau krijgen op zo’n dag hoor, dat ze lekker de benen stil kunnen houden en een Fransman het weer cadeau gaat krijgen in een lange ontsnapping. Nou haha, lang gaat het wel worden, 191 kilometer om precies te zijn. Van Givors naar de Mont Ventoux. De Mont Ventoux, ik voel de schrik al. Ja precies, die pukkel midden in Frankrijk. Ja, ik zei toch al dat ze het niet cadeau zouden krijgen. Er zijn er inderdaad voor minder van hun fiets gevallen.
Maar dat is toch wat we willen mensen? Heroïek, strijden op de flanken van de mooiste cols die Frankrijk rijk is en na afloop een goed glas wijn? Goed we gaan door, want we zijn er nog niet. Ook onze Italiaanse vrienden verdienen een eerbetoon. Herinnert u zich Pantani nog? Die vloog in 1997 in krap veertig minuten de Alpe d’Huez op. Ja, dat was toen natuurlijk heel hard, maar het wordt wel weer eens tijd dat iemand daar eens in de buurt komt. Dus we doen hem gewoon twee keer. Haha, ja dat vond ik zelf eigenlijk ook wel grappig. Twee keer, als het de eerste keer niet lukt, kunnen jullie het gewoon nog eens proberen.
Oh ja vergeten jullie trouwens niet dat we de dag erna nog naar Le Grand Bornand gaan? Le Grand Bornand hoor ik u denken, daar won in 2004 toch? Ja, ik weet het, maar laten we het daar nu gewoon even niet meer over hebben. Dat was 2004, dat is alweer zo lang geleden, laten we het over het nu hebben. Het is trouwens maar 204 kilometer die laatste bergetappe dat vond ik er nog wel bij kunnen. Parijs is immers in zicht.
Dan had ik tot slot nog wel één klein puntje. Jullie moeten wel even allemaal jullie vrouw bellen dat jullie wat later thuis zijn zondag. Uurtje of acht ’s avonds, dan ligt de Champs-Elysées er het mooist bij namelijk. Ik heb er zin in, ik hoop jullie ook!”
Christian Prudhomme, directeur van de Tour de France